25 september 2023

Jacobs – Wentink, politica Gré (Jaarboek 41 2018 pg 54-57)

Niets uit deze publicatie mag worden overgenomen zonder toestemming van de Stichting Werkgroep Oud-Castricum.


Jaarboek 41, pagina 54

De idealen van Gré Jacobs-Wentink

Gré Jacobs-Wentink.
Gré Jacobs-Wentink.

In 1946 werd Gré Jacobs-Wentink raadslid voor de pas opgerichte PvdA. Ze was een bevlogen mens met een groot hart voor minderbedeelden.

Gré werd in 1901 in Heemskerk geboren. Het gezin Wentink, dat niet bepaald tot de welgestelden behoorde, telde negen kinderen waarvan Gré het derde was. Haar vader Hendrik Jan (Hein) was begonnen als groenteventer in de Zaanstreek en werd later tuinder en aardbeienkweker, zoals bijna iedereen in de familie. In de winter had Hein enkele koeien op stal.

Gré kwam uit een rood nest, zouden we vroeger zeggen. Vader was een aanhanger van de vrijzinnig democraten en later van de SDAP, wat nog wel eens aanleiding gaf tot heftige discussies in de familiekring. Ervaringen in de crisisjaren (1929-1939) troffen haar zo dat ze niet anders kon dan opkomen voor de mensen die hulp nodig hadden.

Het gezin Wentink rond 1920.
Het gezin Wentink rond 1920. Achterste rij van links naar rechts: Floor, Jan, Tinus, Gré, Jo, Ma en Mien; vooraan: Piet, vader Hein Wentink, Henk en moeder Maartje Wezel.

Vader Hein won in 1899 een geldprijs in de Staatsloterij. Hij gaf de helft aan zijn moeder en van de andere helft kon hij voor 1.900 gulden een nu nog bestaand boerderijtje laten bouwen op grond van de familie Gevers, dichtbij kasteel Assumburg. In mei 1900 betrok het inmiddels uit vier personen bestaande gezin het nieuwe stolpje. Gré en haar broers en zusjes werden natuurlijk vaak ingeschakeld bij het plukken van aardbeien en andere werkzaamheden, maar er was nog genoeg tijd om heerlijk te spelen in de omgeving van het kasteel. Toen de familie Gevers de grond verkocht, raakte Hein zijn boerderijtje kwijt en begon hij op een andere plaats in Heemskerk opnieuw.


Jaarboek 41, pagina 55

Fochteloo

Gré hield helemaal niet van dansen en kroegbezoek. Toch kwam ze in 1923 op een zondag in De Rustende Jager een vrolijke, jonge Castricummer tegen. Jacob Hendrik (Jaap) Jacobs was de naam. Diens vader Hannes was in dienst geweest bij Prinses Von Wied, familie van de Oranjes, die uitgestrekte duinterreinen bezat in Castricum en Heemskerk. Hannes had er nog een pensioen van 17 gulden per jaar aan overgehouden.

Oude boerderij op het terrein van Duin en Bosch.
Oude boerderij op het terrein van Duin en Bosch uit de 17e eeuw: het Oude Huis. Oorspronkelijk heette het De Kwekerij. Oude Parklaan 8 in Bakkum. Collectie Oud-Castricum. Toegevoegd.

In 1933 kocht de provincie het duingebied. Jacobs kwam in dienst van de provincie en verhuisde met zijn vrouw Adriana (Jane) van den Berg van het oude boerderijtje op het terrein van het ziekenhuis naar een woning aan de toen nog nieuwe Zeeweg, waar hij zelf nog aan meegewerkt had.

Zijn zoon Jaap had na een paar klassen lagere school wat gerommeld bij Bakkumse middenstanders en was vaak in het café of op boerenkermissen te vinden. De kinderen in het dorp keken op maandagmorgen bij de paaltjes langs de weg, want Jaap legde daar iedere zondagnacht de centen en de halfjes neer die hij van zijn kroegfeesten over had. Het raakte aan met Gré en ze trouwden op 30 april 1925 in Heemskerk. Jaap ging een ander leven leiden. De ambities van zijn vrouw leerde hij pas later goed kennen.

Jaap en Gré Jacobs en zoon Hans met zijn trapauto bij jachthuis Fochteloo, Zeeweg 1.
Jaap en Gré Jacobs en zoon Hans met zijn trapauto bij jachthuis Fochteloo, Zeeweg 1.

Jaap kwam net als zijn vader in dienst bij het PWN en na een eerste huisje aan het Schulpstet kregen ze de kans om in het oude jachthuis Fochteloo van de Von Wieds, het eerste huis aan de Zeeweg, te gaan wonen.

De familie Jacobs als bewoners van Fochteloo.
De familie Jacobs als bewoners van Fochteloo voor de oorlog. Collectie Oud-Castricum. Toegevoegd.

Hans, het eerste kind van Jaap en Gré, was drie jaar oud toen Hendrik Jan werd geboren. Hij leefde maar drie dagen en er was veel verdriet. Hans bleef enig kind. Gré kwam vervolgens lange tijd in ‘de tent’, een eenvoudig draaibaar bouwsel waar je overdag in lag en die je bij duizenden in Nederland bij de huizen zag. Frisse lucht was toen nog de beste remedie tegen tbc. Ze kreeg het niet makkelijk. Haar schoonmoeder propageerde een nieuw middel tegen de kwaal, geitenmelk. Daarom stonden er twee sikken (bokjes) in een hokje op het erf.

Marie Wentink - Beusman was de schoonzuster van Gré en trad in haar voetsporen als lid van de gemeenteraad tussen 1962 en 1970. Links Marie en rechts Gré samen met kinderen rond 1930 op het kampeerterrein.
Marie Wentink-Beusman was de schoonzuster van Gré en trad in haar voetsporen als lid van de gemeenteraad tussen 1962 en 1970. Links Marie en rechts Gré samen met kinderen rond 1930 op het kampeerterrein.

Langzamerhand werd Gré weer beter. Ze zag voor zichzelf andere mogelijkheden dan alleen het huishouden. In 1934 werd Jaap beheerder van het ‘tentenkamp’, zoals het kampeerterrein aan de Zeeweg toen werd genoemd en hij verhuisde met zijn Gré naar de beheerderswoning.

Op het kampeerterrein in Bakkum.
Op het kampeerterrein in Bakkum: staand midden kampbeheerder Jacob (Jaap) Jacobs en rechts zijn vrouw Grietje (Gré) Jacobs-Wentink. Links zittend Piet Bleijendaal, onbekend, Henk Wentink, onbekend. Collectie Oud-Castricum. Toegevoegd.

Een broer van Gré, Hendrik Jan Wentink, had ook een Castricumse aan de haak geslagen: Marie Beusman. Het echtpaar Wentink-Beusman ging nu op Fochteloo wonen. Marie zou later haar schoonzuster Gré in de gemeenteraad opvolgen.

Rooie Vrouwen

Gré werd lid van de Nederlandse Bond van Plattelandsvrouwen en op het kampeerterrein kwam ze in contact met mensen uit verschillende geledingen. Er ging een wereld voor haar open toen ze in mei 1935 met een groepje Huize De Born in de Bennekom bezocht voor een cursus voor bestuursleden voor vrouwengroepen.

Het was financieel mogelijk gemaakt door het Thiele Wibautfonds, ingesteld ter ondersteuning van acties voor gelijke rechten voor mannen en vrouwen. Liesbeth Ribbius Peletier had het plan voor conferentieoord De Born bedacht en er uitvoering aan gegeven. Zij was in 1925 de eerste vrouw in het partijbestuur van de SDAP.

Het huis was bedoeld voor bijeenkomsten van arbeidersvrouwen, leden van de Bond voor Sociaal-Democratische Vrouwen propaganda clubs en andere vrouwenorganisaties. Tot in de jaren (negentien) negentig was De Born een bolwerk voor de sociaal-democratie.


Jaarboek 41, pagina 56

Vrouwenemancipatie en acceptatie van lesbiennes stond centraal. De Born werd bezocht door groepen als de Rooie Vrouwen, Vrouwen in de Overgang (VIDO) en bewoners van Blijf-van-mijn-lijf-huizen. Op de gastenlijst kwamen namen als Hedy d’Ancona, Liesbeth den Uyl en vele anderen voor.

Gré Jacobs-Wentink: “Ik was met ruzie van huis gegaan, want mijn christelijke schoonmoeder was razend dat ik naar die rooie beweging ging”.

In een brief aan Liesbeth Ribbius Peletier schreef ze wat een geweldige indruk die bijeenkomst in 1935 had gemaakt: “Het heeft mijn leven totaal veranderd. We waren haast allemaal vrouwen van het platteland. Velen werkten op het land of hadden het vroeger gedaan. Het was de tijd dat alle producten, die met zoveel moeite verbouwd werden, doordraaiden en er was vreselijke armoede bij de tuinders en veel werkeloosheid. Zoals de meesten van ons was ik tot mijn 11e jaar op school geweest. We hadden als klein kind zes weken landbouwverlof en met vier weken vakantie waren we dan tien weken op het land. En hier gingen we weer een week naar school en leerden we postwissel (om geld te versturen) formulieren in te vullen en hoe we een brief moesten schrijven als we een spreekster nodig hadden voor onze vrouwengroep. Zo begon het; later waren er wel ingewikkelder onderwerpen. Er was toen nog verschil tussen de stads- en plattelandsbevolking. Wij keken daar erg tegen op. Langzaam raakten we iets van ons minderwaardigheidsgevoel kwijt. Alles wat ik gedaan heb, heb ik gedurfd door hetgeen ik leerde op De Born.”

Vanaf die eerste bijeenkomst werd ze vaste bezoekster, maar die eerste keer zou ze nooit meer vergeten.

Al in de crisisjaren was Gré werkzaam voor de gemeentelijke commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon, die ook het bestuur vormde voor het Tehuis van Ouden van Dagen aan de Overtoom. Ze ging op huisbezoek bij werklozen, kleine boeren en tuinders. Eens in het jaar kregen deze mensen steun voor kleding, beddengoed en schoeisel. Na enkele jaren werd ze lid van deze commissie, waarvan ook drie wijkverpleegsters, de kerken en een raadslid deel uit maakten. De wethouder van sociale zaken was de voorzitter.

Jaap Jacobs bij de ingang van kampeerterrein Bakkum. Op de achtergrond de beheerderswoning.
Jaap Jacobs bij de ingang van kampeerterrein Bakkum. Op de achtergrond de beheerderswoning.

Toen de oorlog uitbrak woonden Jaap en Gré nog steeds bij het kampeerterrein. Ondanks de bezetting werd alles in het werk gesteld om het kamperen nog doorgang te laten vinden. De Duitsers bepaalden dat er ‘s nachts geen licht mocht worden ontstoken. De witte tenten moesten worden gecamoufleerd. Dat laatste was onmogelijk en daarom werd vervolgens bepaald dat alle tenten onder de beschutting van bomen moesten staan.

Er werd dus gekampeerd, maar er was na enig tijd geen petroleum meer met als gevolg geen eten. Ben Kuilman nam de exploitatie van een op het terrein geplaatste Centrale keuken op zich.

In 1942 veranderde de situatie drastisch. Het kampeerterrein werd gesloten en Jacob en Gré vonden tijdelijk een woning in de Bakkummerstraat.

Van 1943 tot 1945 woonden ze in de Torenstraat toen de toegang tot Bakkum verder beperkt werd.

Raadslidmaatschap

Na de oorlog werd Gré Jacobs actief voor allerlei noodorganisaties en besturen, waaronder de Gezinsverzorging, Het Witte Kruis en Maatschappelijk Hulpbetoon. Als gevolg daarvan werd ze aangezocht om voor de pas opgerichte Partij van de Arbeid zitting te nemen in de gemeenteraad.

Op 3 september 1946 installeerde burgemeester Smeets de raad, waarvan Gré als enige vrouw deel uitmaakte. Dat was heel wat voor een tuindersdochter vond ze, maar ze liet zich duidelijk gelden. Technische zaken bij de aanleg van straten en riolering lieten haar koud.


Jaarboek 41, pagina 57

Sociale en culturele onderwerpen hadden haar volle belangstelling. Op subsidie voor jeugdverenigingen mocht absoluut niet worden bezuinigd. Ze was tegen vermakelijkheidsbelasting voor culturele voorstellingen.

Gré Jacobs werkte nauw samen met haar partijgenoot Gerrit Meijer, raadslid en wethouder tussen 1946 en 1970.
Gré Jacobs werkte nauw samen met haar partijgenoot Gerrit Meijer (staand, rechts), raadslid en wethouder tussen 1946 en 1970.

Al in een van haar eerste raadsvergaderingen pleitte ze voor een verenigingsgebouw voor culturele doeleinden. Ze vroeg of er vanuit de Wederopbouworganisatie materiaal beschikbaar gesteld kon worden om iets dergelijks te realiseren. Aanvankelijk was ze een roepende in de woestijn. Het ooms-katholieke jeugdhuis ‘de Kern’ werd pas in 1974 een volledig dorpshuis en Geesterhage is in 1976 geopend.

Als enige raadslid stemde Gré tegen een bepaling in de politieverordening, waarbij het werd verboden ‘zich staande, zittende, liggende, hangende of leunende langs de openbare weg te bevinden’. Succes had ze met haar pleidooien voor de oprichting van een schooltandartsendienst. Ze vocht voor een intensievere bestrijding van tbc waar ze zelf onder had geleden. Doorlichting van de bevolking bestond nog niet, maar ze kreeg het voor elkaar dat er een test (reactie van Pirquet middels krasjes op de bovenarm) op scholen werd uitgevoerd. Alle onderwijszaken en schoolmelkvoorziening hadden haar volle aandacht.

De realisering van een verenigingsgebouw bleef een van haar grote wensen. Ze zag het als een belangrijk alternatief voor cafébezoek, ter voorkoming van drankmisbruik en van groot belang voor de dorpsgemeenschap: “Er wonen hier mensen uit alle delen van het land. Stads- en dorpsmensen passen zich niet gemakkelijk bij elkaar aan. Daarom zijn onze wethouder en ik al jaren bezig voor een verenigingsgebouw. We waren al zover dat we een voorlopig bestuur bij elkaar hadden uit alle geledingen en zelfs een kapelaan, dat is hier heel wat.”

In de naoorlogse jaren pleitte ze ook voor een badhuis. Door dubbele bewoning van veel huizen werden badkamers als keuken in gebruik genomen. Ze was trots op de totstandkoming van twaalf woningen voor ouderen die aan het Rusthof, bij de Verlegde Overtoom, gebouwd werden.

Zicht op de Dorpsstraat vanaf de Oudeweg (Rusthof).
Zicht op de Dorpsstraat 42 vanaf de Oudeweg (Rusthof) in Castricum. Het weiland rechts werd ook wel gebruikt voor veiling van aardbeien en was ook het kermisterrein. Collectie Oud-Castricum. Toegevoegd.

Ze heeft een hartstochtelijk pleidooi gehouden voor een verzorgingshuis voor bejaarden ongeacht geloofsrichting, maar daar was Castricum toen nog niet aan toe.

Gré en Jaap op het bordes voor het oude raadhuis in de Dorpsstraat in de jaren 1960.
Gré en Jaap op het bordes voor het oude raadhuis in de Dorpsstraat in de jaren 1960.

Raadslid Belgraver stelde in 1949 voor om aan het begin van de vergadering een gebed uit te spreken. Wethouder Gerrit Meijer en Gré Jacobs stemden tegen. Beiden waren van mening dat dit niet in een openbare raadsvergadering paste, maar ze konden de invoering niet tegenhouden.

Het toen gebruikelijk ontslag van vrouwen als ze trouwden, was een doorn in haar oog. Inhakend op de universele rechten van de mens zei ze in een redevoering: “Ik vind dat het tot de rechten van de vrouw behoort dat zijzelf uitmaakt welk werk zij verricht. En als zij gaat trouwen heeft zij alleen met haar man te overleggen of zij blijft werken of niet”.

Met een onderbreking van enkele jaren maakt Gré Jacobs van 1946 tot 1962 deel uit van de gemeenteraad. Terugkijkend op het lidmaatschap van de raad beschreef ze de situatie na de oorlog: “Castricum was na de oorlog een chaos. Veel puin, bijna 400 huizen afgebroken en het grootste gedeelte van de bevolking geëvacueerd. Wij gingen er in onze fractie vanuit dat, als we iets wilden bereiken, dit alleen kon door samenwerking met anderen en dat we niet zoals het vroeger was elkaar dwars moesten zitten. Dat we door samenwerking ons dorp weer hebben opgebouwd en uitgebreid, vind ik wel het belangrijkste van het werk dat wij gedaan hebben.”

Ze bleef na haar raadslidmaatschap nog lang actief lid van de Rooie Vrouwen aan wie ze haar archief overdroeg. Ze genoot van het succes van haar zoon Hans, chef actualiteiten en eindredacteur bij de VARA, betrokken bij het satirische programma ‘Zo is het toevallig ook nog eens keer.’

Gré Jacobs-Wentink overleed op 30 oktober 1992 op 91-jarige leeftijd in verzorgingshuis De Santmark.
Moge dit artikel beschouwd worden als een eerbetoon aan haar en haar geestverwanten.

Niek Kaan

Bronnen:

  • Archief Gré Jacobs-Wentink;
  • Jeugdherinneringen van Hans Jacobs;
  • Gedenkboek Stichting De Born;
  • W. Muijs-Wentink, familie Wentink, Heemskring nummer 6, Historische Kring Heemskerk;
  • Regionaal Archief: notulen gemeenteraad van Castricum;
  • Zuurbier, S.P.A., Het gemeentebestuur van Castricum, 34e Jaarboek Oud-Castricum (2011).

Met dank aan:
Adri de Haas-Mooij, Fons Mok, Julia Wennekes en Marjan Wentink.


22 november 2022

Gemeentebestuur 1974 – 2002, 4e deel (Jaarboek 35 2012 pg 21-37)

Niets uit deze publicatie mag worden overgenomen zonder toestemming van de Stichting Werkgroep Oud-Castricum.


Jaarboek 35, pagina 21

Het gemeentebestuur van Castricum tussen twee fusies:
de fusie met Bakkum in 1812 en de fusie met Limmen en Akersloot in 2002

4e deel: periode 1974-2002 met zeven keer een nieuwe gemeenteraad

Het vierde en laatste artikel over het gemeentebestuur van Castricum behandelt de periode vanaf de gemeenteraadsverkiezingen in 1974 tot de fusie met de gemeenten Limmen en Akersloot in 2002.

In 1974 begint een nieuwe politieke periode in de Castricumse gemeenteraad met de drie christelijke partijen in het CDA en een samenbundeling van vier linkse partijen in een afzonderlijke lijst (PvdA, PPR, D66 en PSP). Waren er in 1970 nog negen verkiezingslijsten, in 1974 zijn er slechts vijf.

Op 1 januari 1974 telt Castricum telt 20.715 inwoners; bij het ingaan van de fusie op 1 januari 2002 telde de ‘oude’ gemeente Castricum 23.345 inwoners.

1. De raadsperiode van september 1974 tot september 1978 (19 raadszetels)

Het aantal raadsleden is uitgebreid van 17 naar 19.
De verkiezingen worden gehouden op 29 mei 1974. Het CCC doet nu overeenkomstig de landelijke politiek mee als CDA (lijst 1). Verder Sociaal Politiek Castricum (SPC) onder aanvoering van Piet Janzen (Lijst 2), De heren J.P. van Hemert en ir. W. Stam trekken lijst 4; zij halen overigens geen zetel. De PvdA-PPR-D66-PSP-combinatie haalt 7 zetels, het CDA haalt 6 zetels, de VVD 5 en SPC haalt 1 zetel.
Er worden 9.552 stemmen uitgebracht.
De beëdiging van de raadsleden is op 3-9-1974.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Boxtel, W.C.A.M. van gedurende periode van 1-1-1969 tot 1-11-1977
Gmelich Meijling, J.C. gedurende periode van 17-4-1978 tot 31-5-1985

Raadsleden:
Stam, L.W. zetel a, PvdA-PPR-D66-PSP, van 1-9-1970 tot 15-10-1976
Janmaat, H. zetel a, PvdA-PPR-D66-PSP, van 28-10-1976 tot 5-9-1978
Poeze, H.A. zetel b, PvdA-PPR-D66-PSP, van 28-10-1971 tot 7-9-1982
Janmaat, H. zetel c, PvdA-PPR-D66-PSP, van 3-9-1974 tot 27-3-1975
Hilarius, J. zetel c, PvdA-PPR-D66-PSP, van 24-4-1975 tot 29-3-1979
Leijgraaf, J.H.A. zetel d, PvdA-PPR-D66-PSP, van 3-9-1974 tot 5-9-1978
Mooijman, A.J.S. zetel e, PvdA-PPR-D66-PSP, van 3-9-1974 tot 5-9-1978
Scholtz-Brand, P. zetel f, PvdA-PPR-D66-PSP, van 3-9-1974 tot 7-9-1982
Wit, A.J.M. de zetel g, PvdA-PPR-D66-PSP, van 3-9-1974 tot 5-9-1978
Baltus, C.J. zetel h, CDA, van 4-9-1962 tot 6-11-1975 (overl.)
Boer, G. de zetel h, CDA, van 29-1-1976 tot 5-9-1978
Bats-van Oort, N.A. de zetel i, CDA, van 1-9-1970 tot 5-9-1978
Wokke, H.P.zetel j, CDA, van 1-9-1970 tot 26-2-1987
Kaper, D. zetel k, CDA, van 3-9-1974 tot 5-9-1978
Noort, C. van zetel l, CDA, van 3-9-1974 tot 7-9-1982
Ruijter, C. de zetel m, CDA, van 3-9-1974 tot 23-2-1995
Wagenaar-Maan Voogd Bergwerf, P. zetel n, VVD, van 1-9-1970 tot 25-5-1976
Deetman, A. zetel n, VVD, van 26-6-1976 tot 27-4-1978
Gramberg-Huijbrechtse, J.M. zetel o, VVD, van 25-1-1973 tot 25-3-1976
Dijckhoff, A.M.B. zetel o, VVD, van 29-4-1976 tot 5-9-1978
Beltman, J.D. zetel p, VVD, van 3-9-1974 tot 29-1-1976
Postelmans-Blankemeijer, M.J. zetel p, VVD, van 26-2-1976 tot 31-1-1985
Heerschop, A.J.P. zetel q, VVD, van 3-9-1974 tot 30-3-1978
Beltman, J.D. zetel q, VVD, van 27-4-1978 tot 5-9-1978
Velde, H. van der zetel r, VVD, van 3-9-1974 tot 5-9-1978
Janzen, P.F. zetel s, SPC, van 5- 9-1961 tot 29-4-1981

Toelichting tabel:
De kleine letters a tot en met s geven de zetels aan van 19 raadsleden. Als een raadslid wordt vervangen binnen een raadsperiode, dan geldt voor zijn opvolger dezelfde letter. De begin- en einddatum vermelden de periode van genoemd raadslid.


Jaarboek 35, pagina 22

Het college van burgemeesters en wethouders bij het afscheid van de raad op 31 augustus 1978; v.l.n.r. zittend: Henk Wokke, burgemeester Gmelich Meijling en Paula Scholtz - Brand; staand: Henk van der Velde, Harry Poeze en gemeentesecretaris Fons Mok.
Het college van burgemeesters en wethouders bij het afscheid van de raad op 31 augustus 1978. Van links naar rechts zittend: Henk Wokke, burgemeester Gmelich Meijling en Paula Scholtz-Brand; staand: Henk van der Velde, Harry Poeze en gemeentesecretaris Fons Mok.

Wethouders:
De vier wethouders, gekozen tijdens de eerste raadsvergadering op 3-9-1974, zijn H.P. Wokke (ruimtelijke ordening, financiën en verkeer), H. van der Velde (openbare werken, gemeentewerken en personeelszaken), H.A. Poeze (sociale zaken) en L.W. Stam (onderwijs, culturele- en sportzaken). Door zijn benoeming tot burgemeester van Wieringen, vertrekt laatstgenoemde en wordt op 28-10-1976 opgevolgd als wethouder door mevrouw P. Scholtz-Brand.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • De Rustende Jager wordt afgebroken.
  • Inspraakprocedure Dorpskom, vaststelling bestemmingsplan dorpskom.
  • Ingebruikneming sportpark van de voetbalvereniging CSV.
  • Aankoop door de gemeente van boerderij en landerijen van het Albert Asjesfonds voor de oostelijke uitbreiding.
  • Bouw nieuwe brandweerkazerne.
Bij het afscheid van de raadsleden uit de zittingsperiode 1974-1978 op 31 augustus 1978.
Bij het afscheid van de raadsleden uit de zittingsperiode 1974-1978 op 31 augustus 1978. Van links naar rechts zittend: Henk van der Velde, Henk Wokke, burgemeester Gmelich Meijling, Paula Scholtz-Brand en Dirk Kaper; staand: Fons Mooijman, Aad de Wit, Hans Janmaat, Hans Beltman, Louk Dijckhoff, Joop Leijgraaf, Jane Postelmans- Blankemeijer, Harry Poeze, Fons Mok, Jan Hilarius, Gerrit de Boer, Nora Bats-van Oort, Piet Janzen en Cees van Noort.

Jaarboek 35, pagina 23

Burgemeesterswissel: vertrek Van Boxtel en komst Gmelich Meijling

Sinds eind maart 1977 is burgemeester Van Boxtel wegens gezondheidsredenen niet meer in staat om zijn functie uit te oefenen en wordt op non-actief gesteld. Op zijn verzoek is hem per 1 november van dat jaar eervol ontslag verleend. Kort daaraan voorafgaand is hij verhuisd naar Breda. Van Boxtel heeft zich in een hectische periode in de plaatselijke geschiedenis vooral ingezet op de terreinen ruimtelijke ordening (plan Noordend, structuurschets, winkelcentrum Geesterduin) en het welzijnsbeleid. Hij was een man met gevoel voor decorum en etaleerde een grote verbale vaardigheid.

Gmelich Meijling, burgemeester van1978 tot 1985.
Gmelich Meijling, burgemeester van 1978 tot 1985.

Van Boxtel wordt opgevolgd door J.C. Gmelich Meijling. Op 17 april 1978 wordt in een buitengewone raadsvergadering in Geesterhage de nieuwe burgemeester door locoburgemeester H.P. Wokke geïnstalleerd. Gmelich Meijling is voor zijn komst naar Castricum achtereenvolgens marine-officier en wethouder van Oegstgeest.

2. De raadsperiode van september 1978 tot september 1982 (19 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 31 mei 1978. De gecombineerde lijst van de partijen PvdA, PPR, D66 en PSP wordt niet voortgezet. De PvdA en ook D66 doen als afzonderlijke partijen mee aan de verkiezingen. De PPR en PSP komen wel met een gecombineerde lijst uit. Behalve de hiervoor genoemde partijen doen alleen nog mee het CDA, de VVD en de Communistische Partij van Nederland (CPN). De laatstgenoemde partij haalt overigens geen zetel. De zetelverdeling is als volgt: CDA 8 zetels, de PvdA 4, de VVD 4, D66 2 zetels en de combinatie PPR/PSP haalt 1 zetel.
Het aantal kiesgerechtigden is 15.447; er worden 12.007 stemmen uitgebracht.
De beëdiging van de raadsleden is op 5-9-1978.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Gmelich Meijling, J.C. gedurende periode van 17-4-1978 tot 31-5-1985

Raadsleden:
Janzen, P.F. zetel a, CDA, van 5-9-1961 tot 29-4-1981
Martens, A.J. zetel a, CDA, van 27-5-1981 tot 9-4-1990
Wokke, H.P. zetel b, CDA, van 1-9-1970 tot 26 2-1987
Noort, C. van zetel c, CDA, van 3-9-1974 tot 7-9-1982
Ruijter, C. de zetel d, CDA, van 3-9-1974 tot 23-2-1995
Berkhout, P. zetel e, CDA, van 5-9-1978 tot 21-9-1989
Rieke, R. zetel f, CDA, van 5-9-1978 tot 7-9-1982
Veldt, H.J. zetel g, CDA, van 5-9-1978 tot 29-4-1986
Wolf, P.G.B. de zetel h, CDA, van 5-9-1978 tot 14-4-1998
Poeze, H.A. zetel i, PvdA, van 28-10-1971 tot 7-9-1982
Scholtz-Brand, P. zetel j, PvdA, van 3-9-1974 tot 7-9-1982
Hilarius, J. k, PvdA, van 24-4-1975 tot 29-3-1979
Mooijman-Rodenburg, L.C. zetel k, PvdA, van 26-4-1979 tot 7-9-1982
Graaf, H.J.C. de zetel l, PvdA, van 5-9-1978 tot 30-8-1979
Mostert. A. zetel l, PvdA, van 27-9-1979 tot 7-9-1982
Postelmans-Blankemeijer, M.J. zetel m, VVD, van 26-2-1976 tot 31-1-1985
Koppenberg, R. zetel n, VVD, van 5-9-1978 tot 28-4-1983
Roos, C.H. zetel o, VVD, van 5-9-1978 tot 30-10-1980
Emmaneel, F.M.E. zetel o, VVD, van 20-11-1980 tot 29-4-1986
Slijkhuis, G.J. zetel p, VVD, van 5-9-1978 tot 31-1-1980
Rinkel, Th.S. zetel p, VVD, van 28-2-1980 tot 29-4-1986
Ritzer, V.G.N. zetel q, D66, van 5-9-1978 tot 25-2-1982
Kortbeek-Buur, H.E.M. zetel q, D66, van 25-3-1982 tot 7-9-1982
Wentink-Klinkenberg, M.M. zetel r, D66, van 5-9-1978 tot 7-9-1982
Bijlenga, J. zetel s, PPR/PSP, van 5-9-1978 tot 29-4-1986


Jaarboek 35, pagina 24

Wethouders:
De vier wethouders, gekozen tijdens de eerste raadsvergadering op 3-9-1974, zijn H.P. Wokke (ruimtelijke ordening en openbare werken), P.F. Janzen (sociale zaken en volkshuisvesting), mevrouw P. Scholtz- Brand (onderwijs, jeugd en cultuur) en C.H. Roos (financiën en recreatie). Mevrouw P. Scholtz-Brand treedt per 1-6-1979 als wethouder af in verband met de problematiek rond de Juliana van Stolbergschool. In de raadsvergadering van 14-6-1979 wordt besloten om voorlopig met drie wethouders verder te gaan. In de vergadering van 27-9-1979 wordt als haar opvolger V.G.N. Ritzer benoemd, die vanaf 25-3-1982 wordt opgevolgd door P.G.B. de Wolf.
Wethouder C.H. Roos wordt opgevolgd op 20-11-1980 door M.J. Postelmans-Blankemeijer. P.F. Janzen wordt niet opgevolgd bij besluit van de raad op 26-2-1981; het college gaat verder met drie wethouders.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • Opening ‘Bloemenbaan’ van het tenniscomplex Noord-End.
  • Aanleg van de wijk Kooiweg-Noord.
  • Bouw woongebouw aan het Kortenaerplantsoen.
  • Raadsbesluit tot intrekking van de plaatselijke monumentenverordening.
  • Vaststelling bestemmingsplan bedrijfsterrein-zuid.
  • Opening van de havo-afdeling van de Jac. P. Thijsse openbare scholengemeenschap.
  • De geplande zuidelijke randweg wordt in de structuurschets geschrapt.
  • Bouw van een nieuw raadhuis.

Direct voorafgaande aan de fusie werden door gemeentevoorlichter Hans Schwartz drie oud-raadsleden geïnterviewd over hun eigen ervaringen als raadslid. Deze interviews werden gepubliceerd in de afscheidskrant die in december 2001 door de ‘oude’ gemeente Castricum werd uitgegeven en zijn (iets verkort) in dit artikel opgenomen, omdat ze ervaringen vertolken uit de hier beschreven periode van het gemeentebestuur.

De heer C. de Ruijter

Cees de Ruijter heeft van 1974 tot 1995 in de gemeenteraad zitting gehad, tot november 1985 onder de vlag van het CDA en na die datum voorde groepering Castricum Aktief. Hij rolde als het ware in het raadswerk. Al jaren was hij actief inde lokale, regionale en landelijke besturen van de CDA-jongeren. In Castricum was hij lid van vrijwel alle adviescommissies van de raad. In het begin was het raadswerk natuurlijk vooral spannend, later waren termen als interessant en leuk meer van toepassing.

In mijn beginperiode heb ik ook veel geleerd; mensen als Koppenberg, Van Noort, Berkhout en Stam waren natuurlijk niet de eerste de besten.

Ondanks het feit dat De Ruijter altijd positief is ingesteld, bewaart hij toch ook nog wel een aantal minder goede herinneringen aan zijn raadsperiode. Het slepende gedoe rond de herbouw van het verbrande zwembad noemt hij een van de dieptepunten. Als goede tweede in de categorie dieptepunten noemt hij de onenigheid met het CDA, die leidde tot zijn vertrek uit de CDA-fractie. Als gevolg hiervan richtte hij deg roepering Castricum Aktief op. Het succes van die fractie beschouwt hij als een van de hoogtepunten van zijn politieke carrière.

Over de samenvoeging van de gemeenten Akersloot, Castricum en Limmen is De Ruijter zonder meer positief.
Een heel goede zaak, het behoud van de groene gebieden is van groot belang, maar er zijn meer positieve gevolgen. Een voorwaarde voor succes is wel om de ontstane problemen in het fusieproces zo snel mogelijk op te lossen.”

3. De raadsperiode van september 1982 tot september 1986 (19 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 2 juni 1982. Behalve het CDA, de VVD en D66 is er een gecombineerde lijst van de PvdA en PPR. Ook doet er een nieuwe partij mee onder de naam Gemeente Belangen Castricum (GBC). Laatst genoemde partij haalt overigens geen zetel. De zetel verdeling is als volgt: CDA 6 zetels, de PvdA/PPR 6, de VVD 6 en D66 haalt 1 zetel.
Het aantal kiesgerechtigden is 16.129; er worden 11.741 stemmen uitgebracht.
De beëdiging van de raadsleden is op 7-9-1982.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Gmelich Meijling, J.C. gedurende periode van 17-4-1978 tot 31-5-1985
Schouwenaar J.M. gedurende periode van 16-1-1986 tot 7-4-1998

Raadsleden:
Wokke, H.P. zetel a, CDA, van 1-9-1970 tot 26-2-1987
Ruijter, C. de zetel b, CDA, van 3-9-1974 tot 23-2-1995
Berkhout, P. zetel c, CDA, van 5-9-1978 tot 21-9-1989
Veldt, H.J. zetel d, CDA, van 5-9-1978 tot 29-4-1986
Wolf, P.G.B. de zetel e, CDA, van 5-9-1978 tot 14-4-1998
Martens, A.J. zetel f, CDA, van 27-5-1981 tot 1-5-1990


Jaarboek 35, pagina 25

Bijlenga, J. zetel g, PvdA/PPR, van 5-9-1978 tot 29-4-1986
Dirkse, D. zetel h, PvdA/PPR, van7-9-1982 tot 1-4-1985
Neure, A. van zetel h, PvdA/PPR, van 25-4-1985 tot 29-4-1986
Hoeven, Chr. van der zetel i, PvdA/PPR, van 7-9-1982 tot 29-4-1986
Mosk, J.A. zetel j, PvdA/PPR, van 7-9-1982 tot 21-3-1994
Postma, J.M. zetel k, PvdA/PPR, van 7-9-1982 tot 14-4-1998
Schwartz, H.H. zetel l, PvdA/PPR, van 7-9-1982 tot 1-5-1990
Postelmans-Blankemeijer, M.J. zetel m, VVD, van 26-2-1976 tot 31-1-1985
Bos-Mutsemaker, C.W.H.M. zetel m,  VVD, van 18-2-1985 tot 29-4-1986
Koppenberg, R. zetel n, VVD, van 5-9-1978 tot 28-4-1983
Not, G.M. van zetel n, VVD, van 26-5-1983 tot 29-3-1984
Wagenaar-Maan Voogd Bergwerf, P. zetel n, VVD, van 26-4-1984 tot 29-4-1986
Rinkel, Th.S. zetel o, VVD, van 28-2-1980 tot 29-5-1986
Emmaneel, F.M.E. zetel p, VVD, van 20-11-1980 tot 29-4-1986
Korthouwer, J.Th. zetel q, VVD, van 7-9-1982 tot 29-4-1986
Stevens, J. zetel r, VVD, van 7-9-1982 tot 29-4-1986
Rouwhorst, Th.A.J. zetel s, D66, van 7-9-1982 tot 14-4-1998

Wethouders:
Er is een afspiegelingscollege van de drie grote partijen. Wethouders deze raadsperiode zijn H.P. Wokke, Chr. van der Hoeven en M.J. Postelmans-Blankemeijer. Laatstgenoemde wordt op 18-2-1985 opgevolgd door Th.S. Rinkel.
Chr. van der Hoeve stapt 14 oktober 1983 op na de aanvaarding van een motie van wantrouwen. Hij wordt opgevolgd door A. Martens. Daarmee komt een einde aan het afspiegelingscollege.

Het raadhuis dat in november 1982 in gebruik werd genomen.
Het raadhuis dat in november 1982 in gebruik werd genomen.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • Ingebruikneming nieuwe raadhuis.
  • Bouw woningen tussen Beverwijkerstraatweg en Oude Haarlemmerweg (Tolweid).
  • Realisatie bouwplan Het Strengh.
  • In het plan Kooiweg-Noord worden de straten met bloembollennamen bebouwd.
  • Bouw woningen bij Geesterduin.
  • Bouw appartementencomplex op de plaats van de voormalige Pius X-school aan de Alkmaarderstraatweg.
  • Cees de Ruijter treedt uit de CDA fractie en richt op 27 januari 1986 een nieuwe plaatselijke partij op genaamd ‘Castricum Aktief’.
Burgemeester Gmelich Meijling.
Burgemeester Gmelich Meijling.

Burgemeesterswissel: vertrek Gmelich Meijling en komst Schouwenaar

Na een periode van zeven jaar als burgemeester van Castricum actief geweest te zijn, wordt Gmelich Meijling benoemd tot burgemeester van Den Helder. Aan deze stad heeft hij als marineofficier veel herinneringen en hij ziet dit als een uitdaging om deze veel grotere plaats als burgemeester te mogen dienen. In een buitengewone raadsvergadering wordt op 31 mei 1985 afscheid van de burgemeester genomen. Hij ontvangt van locoburgemeester H.P. Wokke de zilveren legpenning van de gemeente Castricum en wordt geprezen om zijn bestuurlijke en representatieve kwaliteiten. Gmelich Meijling heeft zich met een grote gedrevenheid ingezet voor de huisvesting van het ambtelijk apparaat, wat heeft geresulteerd in de bouw van een nieuw gemeentehuis.

Burgemeester Schouwenaar.
Burgemeester Schouwenaar.

Tot zijn opvolger als burgemeester van Castricum wordt benoemd J.M. Schouwenaar.
Op 17 januari 1986 wordt hij geïnstalleerd. Schouwenaar (voor intimi Koos) was daarvoor zeven jaar burgemeester van het Noord-Hollandse Venhuizen.

4. De raadsperiode van september 1986 tot mei 1990 (19 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 19 maart 1986. Er zijn vijf lijsten: het CDA, de combinatie PvdA en PPR, de VVD, D66 en Castricum Aktief (CA). De zetelverdeling is als volgt: CDA 6 zetels, de PvdA/PPR 5, de VVD 5, CA 2 en D66 haalt 1 zetel.
Het aantal kiesgerechtigden is 17.253; er worden 13.526 stemmen uitgebracht.
De beëdiging van de raadsleden is op 29-4-1986.


Jaarboek 35, pagina 26

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Schouwenaar J.M. gedurende periode van 16-1-1986 tot 7-4-1998

Raadsleden:
Wokke, H.P. zetel a, CDA, van 1-9-1970 tot 26-2-1987
Rieke, R., zetel a, CDA, van 26-3-1987 tot 1-5-1990
Berkhout, P. zetel b, CDA, van 5-9-1978 tot 21-9-1989
Wilms. F.F.J. zetel b, CDA, van 23-10-1989 tot 1-5-1990
Wolf, P.G.B. de zetel c, CDA, van 5-9-1978 tot 14-4-1998
Martens, A.J. zetel d, CDA, van 27-5-1981 tot 1-5-1990
Branderhorst, G.V. zetel e, CDA, van 29-4-1986 tot 21-3-1994
Groot-Kruidenberg, C.A.M. zetel f, CDA, van 29-4-1986 tot 1-9-1992
Mosk, J.A. zetel g, PvdA/PPR, van7-9-1982 7-9-1982 tot 21-3-1994
Postma, J.M. zetel h, PvdA/PPR, van 7-9-1982 tot 14-4-1998
Schwartz, H.H. zetel i, PvdA/PPR, van 7-9-1982 tot 1-5-1990
Sluis-Brouwer, H.C.J. van der zetel j, PvdA/PPR, van 29-4-1986 tot 1-5-1990
Wennekes, J.A.A. zetel k, PvdA/PPR, van 29-4-1986 tot 21-3-1994
Rinkel, Th.S. zetel l, VVD, van 28-2-1980 tot 29-5-1986
Wagenaar-Maan Voogd Bergwerf, P. zetel l, VVD, van 26-6-1986 tot 1-5-1990
Hartgers-de Jong, A. zetel m, VVD, van 29-4-1986 tot 21-3-1994
Krouwel, G. zetel n, VVD, van 29-4-1986 tot 21-3-1994
Postelmans-Blankemeijer, M.J. zetel o, VVD, van 29-4-1986 tot 8-11-1993
Slijkhuis, G.J. zetel p, VVD, van 29-4-1986 tot 1-5-1990
Ruijter, C. de zetel q, CA, van 3-9-1974 tot 23-2-1995
Zandbergen, J.M. zetel r, CA, van 29-4-1986 tot 1-4-2000
Rouwhorst, Th.A.J. zetel s, D66, van 7-9-1982 tot 14-4-1998

Wethouders:
De drie wethouders gedurende deze raadsperiode waren H.P. Wokke (financiën, economische zaken en gemeentewerken), J.M. Postma (onderwijs, welzijns- en sportzaken) en M.J. Postelmans- Blankemeijer (ruimtelijke ordening, volkshuisvesting, sociale zaken en volksgezondheid). Door zijn benoeming als burgemeester van Marken vertrekt Wokke en wordt vanaf 26-3-1987 opgevolgd door A.J. Martens. Vanwege de besluitvorming rond de herbouw van het zwembad stapt wethouder A.J.Martens op 23 februari 1989 op. Hij wordt op 11 maart1989 opgevolgd door T.A.J. Rouwhorst.

5-7-1987: Het zwembad De Witte Brug brandt totaal uit.
5-7-1987: Het zwembad De Witte Brug brandt totaal uit.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • Vaststelling van het uitbreidingsplan Albert’s Hoeve door de gemeenteraad en aanleg eerste deel van de wijk
  • Straatnamen gewijd aan landnamen en vrouwennamen.
  • Jumelage met Balatonfüred in Hongarije wordt aangegaan.
  • Het sportfondsenbad ‘De Witte Brug’ wordt in de as gelegd.

5. De raadsperiode van mei 1990 tot maart 1994 (19 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 21 maart 1990. Ten


Jaarboek 35, pagina 27

opzichte van de voorgaande verkiezingen van 1986 is de PvdA niet meer gecombineerd met de PPR. Deze laatste partij is opgegaan in Groen Links die nu afzonderlijk aan de verkiezingen meedoet. De zetelverdeling is als volgt: CA en het CDA elk 4 zetels, D66, de PvdA en de VVD elk 3 zetels en Groen Links haalt 2 zetels. De grote winnaar is Castricum Aktief die van 2 naar 4 zetels opklimt.
Het aantal stemgerechtigden is 17.575. Er worden 12.078 stemmen uitgebracht.
De beëdiging van de raadsleden is op 1-5-1990.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Schouwenaar J.M. gedurende periode van 16-1-1986 tot 7-4-1998

Raadsleden:
Ruijter, C. de zetel a, CA, van 3-9-1974 tot 23-2-1995
Zandbergen, J.M. zetel b, CA, van 29-4-1986 tot 1-4-2000
Bouman, I.G. zetel c, CA, van 1-5-1990 tot 31-12-2001
Hemert, J.P. van zetel d, CA, van 1-5-1990 tot 14-4-1998
Wolf, P.G.B. de zetel e, CDA, van 5-9-1978 tot 14-4-1998
Branderhorst, G.V. zetel f, CDA,  van 29-4-1986 tot 21-3-1994
Groot-Kruidenberg, C.A.M. zetel g, CDA, van 29-4-1986 tot 1-9-1992
Ven, A.A. van de zetel g, CDA, van 10-9-1992 tot 31-12-2001
Slot-Abeling, C.A.M. zetel h, CDA, van 1-5-1990 tot 26-8-1991
Wilms, F.F.J. zetel h, CDA, van 26-8-1991 tot 21-3-1994
Rouwhorst, Th.A.J. zetel i, D66, van 7-9-1982 tot 14-4-1998
Galen, G.H. van zetel j, D66, van 1-5-1990 tot 21-3-1994
Schoor, H. van zetel k, D66, van 1-5-1990 tot 31-12-2001
Mosk, J.A. zetel l, PvdA, van 7-9-1982 tot 21-3-1994
Postma, J.M. zetel m, PvdA, van 7-9-1982 tot 14-4-1998
Wennekes, J.A.A. zetel n, PvdA, van 29-4-1986 tot 21-3-1994
Jong, A. de. zetel o, VVD, van 29-4-1986 tot 21-3-1994
Krouwel, G. zetel p, VVD, van 29-4-1986 tot 21-3-1994
Postelmans-Blankemeijer, M.J. zetel q, VVD, van 29-4-1986 tot 8-11-1993
Beltman, J.D. zetel q, VVD, van 25-11-1993 tot 21-3-1994
Beens-Jansen, M. zetel r, GL, van 1-5-1990 tot 14- 4-1998
Peperkamp, C.Q. zetel s, GL, van1-5-1990  tot 21-3-1994

Wethouders:
Een college van CDA, PvdA, D66 met steun van Groen Links. De VVD en CA gaan in de oppositie. De drie wethouders gedurende deze raadsperiode zijn P.G.B. de Wolf (ruimtelijke ordening, verkeer en volkshuisvesting), J.M. Postma (financiën en onderwijs) en T.A.J. Rouwhorst (economische zaken, gemeentewerken, openbare werken en milieu).

3-11-1988: uitbreiding winkelcentrum Geesterduin; opening verricht door burg. Schouwenaar.
3-11-1988: uitbreiding winkelcentrum Geesterduin; opening verricht door burgemeester Schouwenaar.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • Bouwvlek G in uitbreidingsplan Albert’s Hoeve.
  • Heropening van zwembad ‘De Witte Brug’.
  • Opening kantoor van Het Noordhollands Landschap in het oude raadhuis.
  • Fusie van het Bonhoeffercollege en de Henricus Mavo.
  • Heropening gerenoveerde en uitgebreide winkelcentrum Geesterduin.
  • Samenwerkingsverband van de gemeenten Velsen, Beverwijk, Heemskerk, Uitgeest en Castricum is gepromoveerd tot een officieel Gewest IJmond.
  • Aanleg fietspad naar Heemskerk in het verlengde van de Heemstederweg.
  • Opening winkel van de stichting Muttathara op de Castricummer Werf.

Mevrouw A. de Jong

Anneke de Jong heeft van 1986 tot 1994 de VVD vertegenwoordigd in de Castricumse gemeenteraad. Zij maakte deel uit van vrijwel alle raadscommissies. Als medewerkster van de nieuwe gemeente Bergen kan zij zich een goed beeld vormen van allerlei zaken rond een gemeentelijke fusie.

Een fusie vergt buitengewoon veel van ambtenaren en bestuurders. De effecten zullen voor de inwoners vaak pas in een veel later stadium worden opgemerkt. Voordat de dienstverlening optimaal functioneert, gaat er namelijk toch wel enige tijd overheen.

Ze is van mening dat aansluiting bij de regio ten noorden van Castricum een positief gevolg zal zijn van de fusie. Anneke de Jong vond het raadswerk vooral spannend en leerzaam. Na allerlei andere bestuurlijke activiteiten, waaronder het peuterspeelzaalwerk, wilde zij het ook wel eens aan de andere kant van de tafel proberen. In de aanloop naar het zich verkiesbaar stellen als gemeenteraadslid had zij grote waardering gekregen voor de toenmalige wethouder van onderwijs en welzijn mevrouw P. Scholtz. De kandidatuur van Anneke de Jong was ook een gevolg van haar activiteiten bij het


Jaarboek 35, pagina 28

schrijven van een Emancipatienota. De beste ervaringen had Anneke de Jong in de commissie onderwijs.

Daar werd door de verschillende vertegenwoordigers van de politieke partijen buitengewoon goed samengewerkt ener zijn in die periode ook heel wat belangrijke besluiten genomen.

Na acht jaar vond ze het genoeg en maakte zij plaats voor andere vertegenwoordigers uit de VVD.

Afscheid van de raad in maart 1994.
Bij het afscheid van de raad in maart 1994. Van links naar rechts zittend: Jan Postma, Piet de Wolf, burgemeester Schouwenaar, gemeentesecretaris Herman Sterken, Theo Rouwhorst en Joop Zandbergen; staand: Ria Beens-Jansen, Jaap Mosk, Anneke de Jong, Julia Wennekes, Hans Beltman, Irene Bouman, Gerrit Branderhorst, Catharina Peperkamp, Fer Wilms, Hans van Schoor, Jan van Hemert, Cees de Ruijter en Alex van de Ven.

6. De raadsperiode van maart 1994 tot april 1998 (19 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 2 maart 1994. Aan de verkiezingen doen dezelfde partijen mee als bij de voorgaande verkiezingen. De zetelverdeling is als volgt: CA 7 zetels, het CDA, de PvdA en de VVD elk 3 zetels, D66 2 zetels en Groen Links haalt 1 zetel.
Er worden 12.884 stemmen uitgebracht.
De beëdiging van de raadsleden is op 21-3-1994.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Schouwenaar J.M. gedurende periode van 16-1-1986 tot 7-4-1998
Waal, C.J.D. gedurende periode van 8-4-1998 tot 31-12-2001

Raadsleden:
Ruijter, C. de zetel a, CA, van 3-9-1974 tot 23-2-1995
Lute, A.A.M. zetel a, CA, van 30-3-1995 tot 20-6-1996
Duinmeijer-Beentjes, G.A.M. zetel a, CA, van 26-9-1996 tot 14-4-1998
Zandbergen, J.M. zetel b, CA, van 29-4-1986 tot 1-4-2000
Bouman, I.G. zetel c, CA, van 1-5-1990 tot 31-12-2001
Hemert, J.P. van zetel d, CA, van 1-5-1990 tot 14-4-1998
Ven, A.A. van de zetel e, CA, van 10-9-1992 tot 31-12-2001
Deen, A.C.M.T. zetel f, CA, van 21-3-1994 tot 14-4-1998
Weda, F.J.S. zetel g, CA, van 21-3-1994 tot 31-12-2001
Wolf, P.G.B. de zetel h, CDA, van 5-9-1978 tot 14-4-1998
Gosliga, IJ.J. van zetel i, CDA , van 21-3-1994 tot 31-12-2001
Staaij-Hogeling, A.M.A. van der zetel j, CDA, van 21-3-1994 tot 29-9-1994
Meppelink, J.D. zetel j, CDA, van 31-10-1994 tot 31-12-2001
Postma, J.M. zetel k, PvdA, van 7-9-1982 tot 14-4-1998
Meijer, E.F.G. zetel l, PvdA, van 21-3-1994 tot 31-12-2001
Visser, A.B. zetel m, PvdA, van 21-3-1994 tot 14-4-1998
Bijvoet-de Brouwers, M.E. zetel n, VVD, van 1-3-1994 tot 31-12-2001
Lamme, A.H. zetel o, VVD, van 21-3-1994 tot 31-12-2001
Tempelman, B.A. zetel p, VVD, van 21-3-1994 tot 14-4-1998
Rouwhorst, Th.A.J. zetel q, D66, van 7-9-1982 tot 14-4-1998
Schoor, H. van zetel r, D66, van1-5-1990 tot 31-12-2001
Beens-Jansen, M. zetel s, GL, van 1-5-1990 tot 14-4-1998


Jaarboek 35, pagina 29

Wethouders:
De drie wethouders gedurende deze raadsperiode zijn J.P. van Hemert, J.M. Postma en A.H. Lamme.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • Nieuwbouw Jac.P. Thijsse College aan de Bloemen.
  • Opening milieu-natuurtuin ‘Tuin van Kapitein Rommel’.
  • Opening bezoekerscentrum ‘De Hoep’.
  • Aanleg van het natuur- en landschapspark ‘Hendriksveld’.
  • Bouw vlek E/F in uitbreidingsplan Albert’s Hoeve.
  • Opheffing van de Bethlehemparochie.
  • Instelling onderzoek mogelijke fusie Akersloot, Limmen en Castricum.
Afscheid van de raad begin april 1998.
Bij het afscheid van de raad begin april 1998. Van links naar rechts zittend Joop Zandbergen, André Lamme, Jan van Hemert, Koos Schouwenaar, Herman Sterken, Jan Postma en Bert Meijer; staand Ben Tempelman, Bert Visser, Hans Meppelink, Marian Bijvoet-De Brouwers, Ymte van Gosliga, Ria Beens-Jansen, Fred Weda, Gerda Duinmeijer- Beentjes, Hans van Schoor, Alex van de Ven, Theo Rouwhorst, Piet de Wolf, Irene Bouman en Nettie Deen.

Burgemeesterswissel: vertrek Schouwenaar en komst Waal

Na een periode van twaalf jaar neemt Koos Schouwenaar afscheid van Castricum. Hij is benoemd per 7 april 1998 tot burgemeester van Maarssen. Op 3 april 1998 is er een afscheidsreceptie in Geesterhage. Castricum neemt afscheid van een burgemeester die midden in de lokale samenleving stond en die de sportiefste burgemeester van ons land was. Koos Schouwenaar was meervoudig Nederlands kampioen wielrennen bij de burgemeesters.

Waal, burgemeester van 1998 tot 2002.
C.J.D. Waal, burgemeester van 1998 tot 2002.

Met een mogelijke fusie van Castricum, Akersloot en Limmen in het vooruitzicht heeft het ambt van zijn opvolger een tijdelijk karakter en krijgt het predicaat waarnemend-burgemeester. In die functie wordt per 8 april 1998 benoemd de heer C.J.D. Waal.

Waal was tot die tijd in vele functies werkzaam: tien jaar als wethouder van Leiden, negen jaar burgemeester van Deventer, voorzitter van de Hogeschool Rotterdam en lid van Provinciale Staten van Zuid-Holland.

Als bestuurlijk zwaargewicht is Waal benoemd om het samenvoegingsproces in goede banen te leiden; hij is een fervent voorstander en een ambassadeur van de samenvoeging. Op 8 april 1998 wordt waarnemend burgemeester Waal door locoburgemeester J.P. van Hemert tijdens een buitengewone raadsvergadering geïnstalleerd.


Jaarboek 35, pagina 30

7. De raadsperiode van april 1998 tot januari 2002 (19 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 4 maart 1998. Aan de verkiezingen doen dezelfde partijen mee als bij de voorgaande verkiezingen. De zetelverdeling is als volgt: de VVD 5 zetels, CA 4 zetels, het CDA, GL en de PvdA elk 3 zetels en D66 haalt 1 zetel.
Er worden 12.746 stemmen uitgebracht.
De beëdiging van de raadsleden is op 14-4-1998.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Waal, C.J.D. gedurende periode van 8-4-1998 tot 31-12-2001

Raadsleden:
Bijvoet-de Brouwers, M.E. zetel a, VVD, van 21-3-1994 tot 31-12-2001
Lamme, A.H. zetel b, VVD, van 21-3-1994 tot 31-12-2001
Portegies, C. zetel c, VVD, van 14-4-1998 tot 31-12-2001
Ruijmgaart, J.I. zetel d, VVD, van 14-4-1998 tot 31-12-2001
Willems, E.W. zetel e, VVD, van 14-4-1998 tot 27-10-1999
Holtslag, J. zetel e, VVD, van 25-11-1999 tot 31-12-2001
Zandbergen, J.M. zetel f, CA, van 29-4-1986 tot 10-4-2000
Voulon, P. zetel f, CA, van 27-4-2000 tot 31-12-2001
Bouman, I.G. zetel g, CA, van 1-5-1990 tot 31-12-2001
Ven, A.A. van de zetel h, CA, van10-9-1992 tot 31-12-2001
Weda, F.J.S. zetel i, CA, van 21-3-1994 tot 31-12-200131-12-2001
Gosliga, IJ.J. van zetel j, CDA, van 21-3-1994 tot
Meppelink, J.D. zetel k, CDA, van 29-9-1994 tot 31-12-2001
Wilms, F.F.J. zetel l, CDA, van 1-5-1990 tot 31-12-2001
Cornel-Draijer, J.M. zetel m, GL, van 14-4-1998 tot 31-12-2001
Keijsper, V.P. zetel n, GL, van 14-4-1998 tot 29-11-1998  (overl.)
Bijlenga, J. zetel n, GL, van 28-1-1999 tot 31-12-2001
Peperkamp, C.Q. zetel o, GL, van 14-4-1998 tot 31-12-2001
Meijer, E.F.G. zetel p, PvdA, van 21-3-1994 tot 31-12-2001
Gelderen, D. van zetel q, PvdA, van 14-4-1998 tot 31-12-2001
Hommes, J.M. zetel r, PvdA, van 14-4-1998 tot 31-12-2001
Schoor, H. van zetel s, D66, van 1-5-1990 tot 31-12-2001

Wethouders:
De drie wethouders gedurende deze raadsperiode zijn A.H. Lamme, IJ.J. van Gosliga en E.F.G. Meijer.

Oktober 1999: Onthulling van het monument van de Slag bij Castricum.
Oktober 1999: Onthulling van het monument van de Slag bij Castricum.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • Nieuwbouw Bonhoeffercollege.
  • Reconstructie bocht Stationsweg-Dorpsstraat-Beverwijkerstraatweg.
  • Herinrichting Burgemeester Mooijstraat.
  • Bouw vlek H in uitbreidingsplan Albert’s Hoeve.
  • Monument ter herdenking van de Slag bij Castricum.
  • Besluit door gemeenteraden tot samenvoeging van de gemeenten Akersloot, Limmen en Castricum per 1 januari 2002.

De heer J. Bijlinga

De raadswerkzaamheden van Jan Bijlenga strekken zich over een groot aantal jaren uit. Van 1978 tot 1982 vertegenwoordigde hij de PPR/PSP in de gemeenteraad en van 1982 maakte hij vier jaar lang deel uit van de PvdA/PPR-fractie. In 1999 kwam hij opnieuw in de gemeenteraad, toen als lid van de Groen Links-fractie.

Bijlenga vindt vooral het werk in de adviescommissies zeer aantrekkelijk.
Daar vindt vaak de echte discussie plaats. Allerlei verschillende standpunten komen hier samen: de contacten met de ambtenaren, de ontmoetingen met de inwoners. In de raad is het allemaal wat formeler en zijn de kaarten vaak al geschud.”

Jan Bijlenga is, zoals vele anderen, er eigenlijk een beetje ingerold. “Zonder enige kennis van zaken,” zoals hij zelf nadrukkelijk opmerkt. Dan moet er in de achter ons liggende jaren heel wat veranderd zijn, want het raadswerk van Bijlenga wordt volgens velen gekenmerkt door een grote dossierkennis en door een gedegen voorbereiding.

Hij is geen man die redeneert in hoogte- en dieptepunten. Toch denkt hij met genoegen aan twee zaken terug. In zijn eerste raadsperiode heeft hij zich verzet tegen de bouw van het ‘nieuwe’ gemeentehuis in Castricum. Nog steeds waardeert hij dat hij daarin ook de ruimte kreeg van andere fracties. Als lid van de PvdA/PPR-fractie heeft hij een


Jaarboek 35, pagina 31

initiatiefvoorstel ingediend over de medezeggenschapin het onderwijs.

De samenvoeging zelf acht Bijlenga een goede ontwikkeling.
Door het grotere draagvlak kan een duidelijk gebiedsgerichte aanpak plaats vinden, waardoor eventuele problemen ook beter beheersbaar worden.”

Het college in 2001.
Het college in 2001. Van links naar rechts Ymte van Gosliga (wethouder), Herman Sterken (ex-gemeentesecretaris), Bert Meijer (wethouder), Cees Waal (burgemeester) en André Lamme (wethouder).
Gemeentebestuur in december 2001. Bijzondere raadsvergadering ter afsluiting van de huidige bestuursperiode en de huidige gemeente.
Gemeentebestuur in december 2001. Bijzondere raadsvergadering ter afsluiting van de huidige bestuursperiode en de huidige gemeente. Van links naar rechts zittend Ymte van Gosliga, André Lamme, Cees Waal, Niek Kaan en Bert Meijer; staand: Marian Bijvoet-De Brouwers, Hans van Schoor, John Hommes, Jan Bijlenga, Daphne van Gelderen, Hans Holtslag, Hans Meppelink, Fred Weda, Catharina Peperkamp, Fer Wilms, Inge Ruijmgaart, Janine Cornel-Draijer, Alex van de Ven, Christel Portegies, Piet Voulon en Irene Bouman.

Samenvatting periode 1974 tot 2002

In het onderstaande schema wordt het aantal raadszetels vermeld dat een politieke partij of combinatie van partijen bij elke verkiezingen heeft gehaald. Groepen of eenlingen die geen enkele zetel hebben behaald, worden niet genoemd.


Jaarboek 35, pagina 32

Verdeling van de raadszetels over de politieke partijen.
Verdeling van de raadszetels over de politieke partijen,

Slotopmerking

Het oude gemeentewapen.
Het oude gemeentewapen.

Met de fusie van de gemeenten Castricum, Akersloot en Limmen per 1 januari 2002 wordt een periode van 190 jaar afgesloten, waarin de gemeente Castricum – behoudens minimale grenscorrecties – binnen dezelfde gemeentegrenzen heeft bestaan. Deze gemeentegrenzen werden per 1 januari 1812 gevormd na de fusie van de toenmalige gemeenten Bakkum en Castricum.

De samenvoeging in 2002 werd noodzakelijk geacht, omdat vooral de oorspronkelijke gemeenten Akersloot en Limmen te klein werden geacht om zelfstandig te blijven. Het in stand houden van een ambtenarenkorps om de benodigde diensten te kunnen aanbieden, is voor kleine gemeenten financieel niet meer op te brengen. Op de langere termijn zou dat ook voor Castricum kunnen gaan gelden.

Door de samenvoeging is een grote buffer ontstaan tussen kaasstad Alkmaar en staalstad IJmond. Laten we hopen dat daardoor ook voor de toekomst het behoud van dit groene middengebied gewaarborgd is.

Simon Zuurbier

Bronnen:

Archieven:

  • Regionaal Archief Alkmaar: archief gemeente Castricum 1812- 1992, burgerlijke stand en bevolkingsregisters gemeente Castricum
  • Gemeentehuis Castricum: archief Gemeenteraad;
  • Centraal Bureau voor Genealogie.

Publicaties:

Bruin, Roel J.W. de, Castricum in de groei, 30e Jaarboek Oud-Castricum (2007)


Personalia gemeentebestuur van 1974 tot 2002

Bats-van Oort, Nora Aldegonda de, geboren Maastricht 16-8-1938, onderwijzeres, woonde Henri Dunantsingel 12 (1970), later Willem de Rijkelaan 6 (1974), gehuwd met Felix Th. de Bats, dochter van Theodorus A. van Oort en Helena J.L. Leenarts.
Raadslid CCC van 1-9-1970 tot 3-9-1974 en CDA van 3-9-1974 tot 5-9-1978.

Beens-Jansen, Maria (Ria), geboren Amsterdam 26-5-1944, woont 1e Groenelaan 61. Van 1999-2005 prov. statenlid van N-H voor GL, wethouder van Beverwijk (2004-06) na 2006 waarnemend burgemeester van Wieringermeer, 2010 wethouder van Castricum, gehuwd met Jan Beens, dochter van Reint Jansen en Berendina Gosseling.
Raadslid GL van 1-5-1990 tot 14-4-1998.

Beltman, Johan Derk (Hans), geboren Bussum 10-5-1934, economisch drs., woont Kamperfoelielaan 17, gehuwd met (1) Antje Roest Crollius (overleden 29-12-1997), (2) met Renée Katy Jeelof, zoon van Arend Johan Beltman en Jacoba Jannetje van Lonkhuijzen.
Raadslid VVD van 3-9-1974 tot 29-1-1976, van 27-4-1978 tot 5-9-1978, van 25-11-1993 tot 21-3-1994.

Berkhout, Peter, geboren Wieringerwaard 3-3-1942, constructeur, bouwkundig adviseur (1986), woonde Dokter Melchiorlaan 10, in 1994 vertrokken naar Vlissingen, woont in Amsterdam, weduwnaar van Hendrika Johanna Penha, zoon van Pieter Rokus Berkhout en Lena Riede.
Raadslid CDA van 5-9-1978 tot 21-9-1989.


Jaarboek 35, pagina 33

Boer, Gerrit de, geboren Hollum (Ameland) 1-5-1927, assistent accountant, woont Dag Hammerskjöldlaan 97, werd op 29-4-1997 onderscheiden als lid in de Orde van Oranje Nassau, overleden Castricum 22-11-2009, gehuwd met Johanna Magdalena Goede, zoon van Gerrit de Boer en Renske van der Laag.
Raadslid CDA van 29-1-1976 tot 5-9-1978.

Bos-Mutsemaker, Cora Wilhelmina Helena Mary, geboren Amsterdam 19-5-1942, salarisadministratie Duin en Bosch, woonde Joos de Moorstraat 11, gehuwd geweest met PieterBos, dochter van Herman Jacob Mutsemaker en Maria de Vos.
Raadslid VVD van 18-2-1985 tot 29-4-1986

Bouman, Irene Gerardina, geboren Medemblik 22-6-1950,onderwijzeres, woont Bakkummerstraat 52, gehuwd metJohannes Gijsbertus Krimp, dochter van Jan Bouman en AnnaRegina Vriesman.
Raadslid CA van 1-5-1990 tot 31-12-2001.

Boxtel, Wouterus Cornelis Anna Maria van, geboren Tilburg 3-12-1918, wethouder en locoburgemeester van Breda, burgemeester van Castricum, woonde Stationsweg 13, later Dotterbloem 13, verhuist op 11 oktober 1977 naar Breda, aldaar overleden 18-11-1998, gehuwd met (1) Mathilda van Luijck, (2) Dina Maria Johanna ’t Sas, zoon van Vincentius J.L. van Boxtel en Adriana J. Heerkens.
Burgemeester van 1-1-1969 tot 1-11-1977 (stopt in maart 1977, staat een aantal maanden op non-actief).

Branderhorst, Gerrit Victor, geboren ‘s-Hertogenbosch 21-5-1945, civiel ingenieur, woont Hendersonstraat 5, gehuwd met Isabelle Catharina Weststeijn, zoon van Cornelis Pieter Hendrik Branderhorst en Emma Cornelia van der Beek.
Raadslid CDA van 29-4-1986 tot 21-3-1994.

Bijlenga, Jan, geboren Utrecht 11-2-1934, wetenschappelijk ambtenaar (bibliothecaris Universiteits-bibliotheek), woonde Prinses Margrietstraat 22, overleden Alkmaar 16-3-2007, gehuwd met Cornelia Theresia Helena Jeanne Aarts, zoon van Jacob Johannes Bijlenga en Geertje Jansen.
Raadslid PPR/PSP van 5-9-1978 tot 7-9-1982; PvdA/PPR van 7-9-1982 tot 29-4-1986, GL van 28-1-1999 tot 31-12-2001.

Bijvoet-De Brouwers, Marianne Elisabeth (Marian), geboren Naarden 8-12-1943, opleiding aan de Zwitserse Hogere Hotelschool te Lausanne, woonde Duinpad 2 (1994), daarna Kinnehin 2 (1998), gehuwd geweest met Willem Frederik Bijvoet, dochter van Herman Thiemen Robert De Brouwers en Elisabeth Spijkstra.
Raadslid VVD van 21-3-1994 tot 31-12-2001.

Cornel-Draijer, Janine Margarietha, geboren Eindhoven 30-5-1949, wetenschappelijk medewerkster, woont Dag Hammarskjöldlaan 39, gehuwd met Carel Wilhelm Cornel, dochter van Jannes Draijer en Tettje Margrieta Weeke.
Raadslid GL van 14-4-1998 tot 31-12-2001.

Deen, Antoinetta Cornelia Maria Theresia (Nettie), geboren Castricum 9-12-1938, woont Prof van der Scheerlaan 80, gehuwd geweest met Cornelis Adrianus Bakker, dochter van Petrus Gerardus Deen en Johanna Cornelia Veldt.
Raadslid CA van 21-3-1994 tot 14-4-1998.

Deetman, Arie, geboren Den Haag 16-12-1931, afdelings-directeur bij een bank, oprichter Rotary Castricum-Limmen, woonde Mendelsohnlaan 15, overleden Castricum 18-9-1980, gehuwd met Geertruida M.C. Helmers, zoon van Jan W. Deetman en Adriana F. Zevenbergen.
Raadslid VVD van 19-11-1970 tot 27-4-1972; van 26-6-1976 tot 27-4-1978.

Dirkse, David, geboren Amsterdam 8-6-1917, technisch chemicus, woonde Helmkade 4, overleden Heemskerk 9-4-1995, gehuwd met Henriette Charlotte Boukamp, zoon van Eduard George Dirkse en Johanna Kuijken
Raadslid PvdA/PPR van 7-9-1982 tot 28-3-1985.

Duinmeijer-Beentjes, Gerarda Anna Maria (Gerda), geboren Castricum 16-2-1952, woont Heereweg 47, gehuwd met Nicolaas Maria Duinmeijer, dochter van Gerardus Gijsbertus Beentjes en Annie Alida Brakenhoff.
Raadslid CA van 26-9-1996 tot 14-4-1998.

Dijckhoff, Aloysius Maria Bernhard (Louk), geboren te ’s-Gravenhage 29-2-1940, reclame-adviseur, administrateur, woont Schelgeest 25, in 1980 vertrokken naar Terschelling, gehuwd met Johanna Geesje Tenhaeff, zoon van Aloysius Maria Bernard Dijckhoff en Maria Louise van Rijn.
Raadslid VVD van 29-4-1976 tot 5-9-1978.

Emmaneel, François Marie Eduard (Frans), geboren Terneuzen 6-5-1932, docent, woonde Henri Dunantsingel 42, overleden Dijon 26-6-1999, gehuwd met Mathilde Josephine Debije, zoon van Johannes Franciscus Emmaneel en Jeannetta Virginie Marie van der Vlies.
Raadslid VVD van 20-11-1980 tot 29-4-1986.

Galen, George Hendrikus van, geboren Utrecht 30-4-1950, wetenschappelijk medewerker, woont Nuhout van der Veenstraat 31, vanaf 1995 in Velsen, inmiddels overleden, gehuwd met Antoinette Seya Hoogstraten, zoon van Willem Frederik van Galen en Maria van Woudenberg.
Raadslid D66 van 1-5-1990 tot 21-3-1994.

Gelderen, Daphne van, geboren Heemskerk 24-1-1970, studeerde Internationale betrekkingen (UvA), beleidsmedewerker Welzijn, woont Tulpenveld 158, gehuwd met Steven de Römph, dochter van Petrus Marinus van Gelderen en Julia Alida Agnes Wennekes (raadslid).
Raadslid PvdA van 14-4-1998 tot 31-12-2001.

Gmelich Meijling, drs. Jan Christoffel, geboren te Heemstede 4-2-1936, was marineofficier vanaf 1960, wethouder in Oegstgeest, woonde Händelstraat 24, werd in juni 1985 burgemeester van Den Helder en in 1994 staatssecretaris van Defensie, overleden Wassenaar 2-6-2012, gehuwd met Anne Marie Siemens, zoon van Christoffel Willem Gmelch Meijling en Emma Rensia Huizinga.
Burgemeester van 17-4-1978 tot 31-5-1985.

Gosliga, IJmte Jouke van, geboren Amsterdam 3-3-1944, directeur scholengemeenschap voortgezet onderwijs, woont Rooseveltlaan 14 (1994), Juliana van Stolbergstraat 29 (1998), gehuwd met Jannetje Anna Filius, zoon van Jouke van Gosliga en Anna Eijsenga.
Raadslid CDA van 21-3-1994 tot 31-12-2001, wethouder van 14-4-1998 tot 31-12-2001.

Graaf, Hendrikus Jacobus Cornelis de (Henk), geboren Castricum 15-3-1946, loodgieter, woonde Pirola 20, later Leo Toepoelstraat, nu Cieweg 60, gehuwd met Anne Maria Peeters, zoon van Engelbertus de Graaf en Alida Johanna Visser.
Raadslid PvdA van 5-9-1978 tot 30-8-1979.

Gramberg-Huijbrechtse, Jacoba Margaretha (Gré), geboren Amsterdam 6-3-1923, kinderverzorgster, woont Anna van Burenstraat 7, gehuwd met Frederik Karel Gramberg, dochter van Franciscus J. Huijbrechtse en Maria E. Mossel.
Raadslid VVD van 25-1-1973 tot 25-3-1976.

Groot-Kruidenberg, Cornelia Alida Maria (Corry), geboren Zaandam 15-5-1947, medisch analiste, woonde Monetastraat 13, , nu Laan van Albert’s Hoeve, gehuwd met Johannes Gerbrandus Groot, dochter van Gerardus Johannes Kruidenberg en Jacoba Sophia Lange.
Raadslid CDA van 29-4-1986 tot 1-9-1992.


Jaarboek 35, pagina 34

Heerschop Anthonius Johannes Petrus (Ton), geboren te Haarlem 7-1-1939, medewerker SFB; documentalist, woonde Kamperfoelielaan 1, vanaf 1988 in Haarlem, aldaar overleden 6-10-1990, partner van Hendrik van der Velde (wethouder), zoon van Anthonius Johannes Petrus Heerschop en Maria Fokkelina Christina Suurendonk.
Raadslid VVD van 3-9-1974 tot 30-3-1978.

Hemert, Jan Petrus, geboren Amsterdam 26-2-1928, leraar geschiedenis op Atheneum, voorzitter VVV Castricum-Bakkum, ridder in de Orde van Oranje Nassau, woonde Kemphaan 9, overleden Uitgeest 14-7-2011, gehuwd met Geeske Rosina de Vries, zoon van Martinus C. van Hemert en Sybilla Eusman.
Raadslid D66 van 1-9-1970 tot 3-9-1974; CA van 1-5-1990 tot 14-4-1998; wethouder van 14-2-1972 tot 3-9-1974 en van 21-3-1994 tot 14-4-1998.

Hilarius, Jan, geboren Amsterdam 13-2-1932, hoofd personeel en organisatie Openbare Werken Haarlem, woonde Rossinistraat 10 (1975), Geelvinckstraat 76 (1978), overleden Alkmaar 5-8-2012, gehuwd met Jacoba Elisabeth den Hoed, zoon van: Jan Hilarius en Wilhelmina Hardijzer.
Raadslid PvdA-PPR-D66-PSP van 24-4-1975 tot 5-9-1978; PvdA van 5-9-1978 tot 29-3-1979.

Hoeven, Christiaan (Chris) van der, geboren Rotterdam 10-6-1944, ambtenaar secretarie gemeente Beverwijk, voorzitter stichting kunstzinnige vorming, vanaf 1-8-1982 inspraakbegeleider gemeente Alkmaar, woonde Deurganck 25, vanaf 1988 in Alkmaar, gehuwd geweest met Sonja Ingrid de Jong, zoon van: Willem van der Hoeven en Alida Hendrika Motz.
Raadslid PvdA/PPR; wethouder van 7-9-1982 tot 29-4-1986.

Holtslag, Johan (Hans), geboren Brummen 30-5-1943, hoofdleider van een koloniehuis in Julianadorp, in 1990 voorzitter Emergo, woont Prinses Beatrixstraat 31, gehuwd met Neeltje Adriana Anna Fokker, zoon van Steven Holtslag en Hendrina Johanna Schut.
Raadslid VVD van 25-11-1999 tot 31-12-2001.

Hommes, mr. Johannes Gerbrandus (John), geboren Castricum 16-12-1953, woont Tulpenveld 212, belastinginspecteur, gehuwd met Andrea Zwart, zoon van Johan Hommes en Wilhelmina Lute.
Raadslid PvdA van 14-4-1998 tot 31-12-2001.

Janmaat, Hans, geboren Amsterdam 3-7-1921, technisch hoofdambtenaar Dienst Volkshuisvesting Amsterdam, woonde Willem de Zwijgerlaan 78, overleden Castricum 25-1-1994, gehuwd met Jeltje Bootsma, zoon van Gerardus Janmaat en Anna Henriëtta Grommé.
Raadslid PvdA-PPR-D66-PSP van 3-9-1974 tot 27-3-1975 (om gezondheidsredenen); van 28-10-1976 tot 5-9-1978.

Janzen, Petrus Franciscus (Piet), geboren Heemstede 12-3-1915, chef wasserij op Duin en Bosch, ontving koninklijke onderscheiding, woonde Duinenbosch 12 (1961),Bakkummerstraat 45, overleden Amsterdam 23-2-1983, gehuwd met (1) Maria van Egmond, (2) Anna M. Borst, zoon van Leonardus P. Janzen en Johanna van der Linden.
Raadslid KVP van 15-9-1961 tot 4-9-1962; lijst Janzen (de R.K. Vrije Groepering) van 4-9-1962 tot 6-9-1966, KVP van 6-9-1966 tot 1-9-1970; PB70-74 van 1-9-1970 tot 3-9-1974; SPC van 3-9-1974 tot 5-9-1978 en CDA van 5-9-1978 tot 29-4-1981; wethouder van 5-9-1978 tot 27-5-1981.

Jong, Annigje de (Anneke), geboren Krimpen aan de Lek 13-9-1939, secretaresse, woonde Piet Heinlaan 71, eerder gehuwd met Peter Hartgens, dochter van Arie de Jong en Jannigje Huijzer.
Raadslid VVD van 29-4-1986 tot 21-3-1994.

Kaper, Dirk, geboren Zaandam 3-5-1908, hoofd Bouwkundige Dienst van Duin en Bosch, architect, voorzitter woningbouwvereniging, woonde Schelgeest 43 (1962), Sans Souci (van 1980), overleden Alkmaar 17-5-1990, gehuwd met Grietje Hoogendijk, zoon van Muus Kaper en Jannetje Kleijne.
Raadslid PCC van 4-9-1962 tot 1-9-1970 en CDA van 3-9-1974 tot 5-9-1978.

Keijsper, Volkert Petrus, geboren Blokker 18-6-1960, ontwikkelingswerker, voorzitter van de wereldwinkel, woonde Ruiterweg 45, ongehuwd overleden Zeewolde 29-11-1998, zoon van Johannes Jozef Keijsper en Martha Elisabeth Paulina Roobeek.
Raadslid GL van 14-4-1998 tot 29-11-1998 (overleden).

Koppenberg, Rudolf (Ruud), geboren Amsterdam 22-4-1936, hoofd secretarie-afdeling gemeente Haarlem, woonde aan De Bloemen 36, vanaf 1983 in Voorschoten, gehuwd met Maria Erna Bekker, zoon van Willem Cornelis Koppenberg en Jansje Mathilde Helsloot.
Raadslid VVD van 5-9-1978 tot 28-4-1983 (wegens benoeming tot directeur financiën in Den Haag).

Kortbeek-Buur, Hanneke Elsje Mary, geboren Soerabaja 29-9-1940, secretaresse, woonde Jan van Galenlaan 29, gehuwd met Andras Guus Theodorus Kortbeek, dochter van Arie Buur en Elsje Terlaak.
Raadslid D66 van 25-3-1982 tot 7-9-1982.

Korthouwer, Johannes Theodorus (Jan), geboren Heiloo 11-9-1941, leraar rooms-katholieke mavo Heerhugowaard en directeur Middenstandsschool Castricum, woonde Braveld 33, nu Hyacintenveld 23, gehuwd met Anna Maria Christian Ernst, zoon van Hendrikus Korthouwer en Anna Johanna de Roode.
Raadslid VVD van 7-9-1982 tot 29-4-1986.

Krouwel, Gerrit, geboren Utrecht 5-7-1952, technisch hoofdambtenaar gemeente Amsterdam, woont Bloemgaarde 48, gehuwd met Johanna Maria van Dijck, zoon van Elbert Johannes Krouwel en Aaltje Jansje Oosterbroek.
Raadslid VVD van 29-4-1986 tot 21-3-1994 (treedt tussentijds uit de VVD en blijft zijn zetel bezetten).

Lamme, Andreas Hendrik (André), geboren Amsterdam 8-6-1935, werkte als EDP-Auditor voor RCZ NV in Wormer, ontving koninklijke onderscheiding, woont Willem de Rijkelaan 4, gehuwd met Nelly Vermeulen, zoon van Dirk Andreas Lamme en Catharina Jacoba Helms.
Raadslid VVD en wethouder van 21-3-1994 tot 31-12-2001.

Leijgraaff, Johannes Hermanus Albertus (Joop), geboren Amsterdam 14-5-1939, assistent accountant, woonde Kastanjelaan 35, later Vondelstraat, CF Smeetslaan en Cieweg, gehuwd met Maria Jacoba Sophia Niessen, zoon van Theodorus Albertus Leijgraaff en Ludwina Geertruida Maria ten Thij.
Raadslid PvdA-PPR-D66-PSP van 3-9-1974 tot 5-9-1978.

Lute, Alfonsius Adrianus Maria (Fons), geboren Castricum 7-12-1956, verkoopleiding en marketing van industriële producten, afdelingsdirecteur beleggingsinstelling, woont Brederodestraat 8, gehuwd met Lucia Maria Paula Janssen, zoon van Johannes Lute en Johanna Maria Dix.
Raadslid CA van 30-3-1995 tot 20-6-1996.


Jaarboek 35, pagina 35

Martens, Adriaan Johan (Aad), geboren Venray 26-9-1938, gemeenteambtenaar van Alkmaar, woonde Dorpsstraat 106 (1970), Nachtegaal 11 (1982), gehuwd met Klasina Bouwman, zoon van Wilhelmus H. Martens en Geertruida M. de Ruyter.
Raadslid CCC van 19-11-1970 tot 3-9-1974; CDA van 27-5- 1981 tot 1-5-1990; wethouder van 26-3-1987 tot 1-5-1990.

Meppelink, Johannes Diederik (Hans), geboren Barendrecht 22-9-1931, commercieel medewerker, voorzitter van de Raad van kerken, van het bestuur van De Kern, van de Seniorenraad en Volggroep Soc. Vernieuwing, woont Rooseveltlaan12, gehuwd met Cornelia Maria de Klerk, zoon van: Dirk Meppelink en Johanna Cornelia van Oortmerssen.
Raadslid CDA van 31-10-1994 tot 31-12-2001.

Meijer, Egbert Franciscus Geerdinus (Bert), geboren Made en Drimmelen 1-5-1952, directeur basisschool Augustinus, woont Rossinistraat 9, Bloemgaarde 66 (2006), gehuwd met Petronella Maria Anna Koreman, zoon van Jakob Meijer en Helena Ludovica Francisca Hagenaars.
Raadslid PvdA van 21-3-1994 tot 31-12-2001; wethouder van 14-4-1998 tot 31-12-2001.

Mooijman, Alfons Julian Saïdjah (Fons), geboren Haarlem 24-8-1926, arbeidsdeskundige, woonde Jan van Brakellaan21, overleden Castricum 11-10-2011, gehuwd met Louisa C. Rodenburg (raadslid van 1979-1982), zoon van Jan Mooijman en Petronella van Oosterhout.
Raadslid PvdA van 1-9-1970 tot 30-9-1971; van 3-9-1974 tot 5-9-1978.

Mooijman-Rodenburg, Louisa Catharina (Loes), geboren Enkhuizen 16-9-1928, muziekdocente, woont Jan van Brakellaan 21, gehuwd met Alfons J.S. Mooijman (raadslid), dochter van Petrus Rodenburg en Louisa Kistemaker.
Raadslid PvdA van 26-4-1979 tot 7-9-1982.

Mosk, Jacob Arie (Jaap), geboren Oudkarspel 18-4-1941, wetenschappelijk ambtenaar ministerie WVC, werkt bij centrale laboratorium voor onderzoek van voorwerpen van kunst en wetenschap (Amsterdam), 2001 voorzitter Stichting Castricums Monument (2001), woonde Laanacker 20 (1982, 86), nu Stetweg 9, gehuwd met: Laura Henny Stoets, zoon van Arie Mosk en Anna Alida Kapitein.
Raadslid PvdA/PPR van 7-9-1982 tot 1-5-1990; PvdA van 1-5- 1990 tot 21-3-1994.

Mostert, Arend, geboren Bergschenhoek 7-3-1929, calculator; budget administrateur, woonde Jan van Galenlaan 19, overleden Castricum 4-8-1991, gehuwd met Margaretha Cornelia van der Wulp, zoon van Nicolaas Maarten Mostert en Maria Schipper.
Raadslid PvdA van 27-9-1979 tot 7-9-1982.

Neure, Aart van, geboren Zaandam 22-8-1918, fineerder, kantoorbediende, werkvoorbereider, woonde Bizetstraat 1, Castricum 26-9-2000, gehuwd met Margaretha Maria Strop, zoon van Klaas van Neure en Maartje de Vries.
Raadslid PvdA/PPR van 25-4-1985 tot 29-4-1986.

Noort, Cornelis van (Cees), geboren Rotterdam 8-6-1929, salarisadministrateur, woonde Korte Cieweg 40, later De Loet 22, overleden Castricum 31-3-1997, gehuwd met Willempje Catharina van Dooren, zoon van Gerrit van Noort en Anna Sikma.
Raadslid CDA van 3-9-1974 tot 7-9-1982.

Not, Gonzales Marcus van, geboren Amsterdam 30-6-1927, employé BPM, woont Petronella Voutestraat 22, gehuwd met geweest met Elmy Constance Colthoff, zoon van Maria van Not.
Raadslid VVD van 26-5-1983 tot 29-3-1984.

Peperkamp, Catharina Qunera, geboren Castricum 11-2-1951, docent organisatiekunde en management aan Hogeschool in Haarlem (2002), woont Dotterbloem 13, gehuwd met Herman Aart Waterman, dochter van Franciscus Josephus Peperkamp en Cornelia Maria Nijssen.
Raadslid GL van 1-5-1990 tot 21-3-1994, van 14-4-1998 tot 31-12-2001.

Poeze, dr. Harry Albert, geboren Loppersum 20-10-1947, politicoloog, woonde W. de Zwijgerlaan 64 (1978), nu Stetweg 21, gehuwd met Hinderkien Huisman, zoon van Eeltje Poeze en Antje Reuvers.
Raadslid PvdA van 28-10-1971 tot 7-9-1982; wethouder van 3-9-1974 tot 5-9-1978.

Portegies, drs. Christel, geboren Heemskerk 7-4-1971,  kunsthistoricus, woont Ch. van Pallandtlaan 8, samenwonend met Antony van Zanten, dochter van Pieter Maria Portegies en Adriana Geertruida Maria Jonkers.
Raadslid VVD van 14-4-1998 tot 31-12-2001.

Postelmans-Blankemeijer, Mary Jane (Jane), geboren Den Haag 16-9-1930, secretaresse, voorzitter Stichting Zorgcentrum Castricum (1999), ontving in 1994 een koninklijke en in 2005 een gemeentelijke onderscheiding, woont Jan van Galenlaan 15, overleden Alkmaar 20-5-2008, gehuwd met Pieter Nicolaas Postelmans, dochter van Dirk Nicolaas Blankemeijer en Severine Silvine Poublon.
Raadslid VVD van 26-2-1976 tot 31-1-1985; van 29-4-1986 tot 8-11-1993; wethouder van 20-11-1980 tot 22-11-1984.

Postma, Johannes Machiel (Jan), geboren Uitgeest 17-12-1950, docent onderwijskunde, ambtenaar ministerie Onderwijs & Wetenschappen, bestuurslid en adviseur van de Hogeschool Alkmaar, medewerker KPMG, in 1998 directeur Onderwijsbegeleidingsdienst Haarlem en omstreken, woonde Prinses Beatrixstraat 25, nu Prins Willem Alexandersingel 14, gehuwd met Maria van Wordragen, zoon van Bartele Postma en Johanna Eva Engelina Houben.
Raadslid PvdA/PPR van 7-9-1982 tot 1-5-1990; PvdA van 1-5-1990 tot 14-4-1998; wethouder van 29-4-1986 tot 14-4-1998.

Rieke, Roelof (Roel), geboren Wormerveer 29-9-1933, directeur technisch bureau, voorzitter VVV (1994), ontving in 2007 een koninklijke onderscheiding, woont Duindoornlaan 5, gehuwd met Barbara Elizabeth Gerardina Leguijt, zoon van: Hendrik Rieke en Hillegonda Hendrika Gerding.
Raadslid CDA van 5-9-1978 tot 7-9-1982; van 26-3-1987 tot 1-5-1990.

Rinkel, Theodorus Simon (Dick), geboren Hoogwoud 7-2-1934, ambtenaar gemeente Zaanstad, woont Molenweide 50, gehuwd met Catharina Maria Kooter, zoon van Dirk Rinkel en Christina Maria Bakker.
Raadslid VVD van 28-2-1980 tot 29-5-1986, wethouder van 18-2-1985 tot 29-4-1986.

Ritzer, drs. Vincentius Gerardus Nicolaas, geboren Utrecht 10-1-1944, gemeente ambtenaar, woonde Oranjelaan 39, gehuwd met Maria Magdalena Adriana Al, zoon van Johannes Marinus Ritzer en Bertha van Boom.
Raadslid D66 van 5-9-1978 tot 25-2-1982. Ontslag in verband met benoeming tot burgemeester van gemeente Onderbanken in Zuid-Limburg.

Roos, drs. Charles Hendrikus, geboren Amsterdam 12-9-1933, wetenschappelijk ambtenaar bij de Provinciale Planologische Dienst, woonde Cieweg 49, later Molenweide 1, gehuwd met Christina Maria Oprel, zoon van Charles Martinus Roos en Hendrika van Elst.
Raadslid VVD en wethouder van 5-9-1978 tot 30-10-1980.


Jaarboek 35, pagina 36

Rouwhorst, Theodorus Antonius Jacobus (Theo), geboren Amsterdam 14-2-1944, plaatsvervangend hoofd van Bureau Monumentenzorg Amsterdam, woont La Fontainestraat 6, gehuwd met Augusta Hendrika Gerritsma, zoon van Antonius Matheus Gerardus Rouwhorst en Anna Maria Tromp.
Raadslid D66 van 7-9-1982 tot 14-4-1998, wethouder van 1-5-1990 tot 21-3-1994.

Ruijmgaart, Julia Inge (Inge), geboren Terborg (Gelderland) 6-7-1957, heeft kapsalon Inge’s Hairshop, woont Bakkummerstraat 110, gehuwd met Stephanus Martinus Middelhoff, dochter van: Gerhard Everardus Ruijmgaart en Cornelia Alida Maria Worst.
Raadslid VVD van 14-4-1998 tot 31-12-2001.

Ruijter, Cornelis de (Cees), geboren Castricum 14-11-1938, woonde Het Wamellant 17, inkoper woningtextiel, woninginrichter, voorzitter KVP, afdeling Castricum van 1970-1974, in 1986 medeoprichter van politieke partij Castricum Actief. Speaker bij vele sportevenementen, braderieën. Start in 1989 samen met zijn broer een regiokrant ‘De Castricummer Uw Regiokrant’. Ontving in 1995 een koninklijke onderscheiding, gehuwd met Helena Jacoba Tuijnman, zoon van Qurinus de Ruijter en Catharina Brandjes.
Raadslid CDA van 3-9-1974 tot 29-4-1986; CA van 29-4-1986 tot 23-2-1995.

Scholtz-Brand, Paulina (Paula), geboren Zaandam 5-5-1924, kantoorbediende verffabriek, woonde Koningin Wilhelminalaan 25, overleden Egmond aan Zee 27-6-2012, gehuwd met Johan Scholtz, dochter van Louis Albert Branden Hendrika Jansen.
Raadslid PvdA-PPR-D66-PSP van 3-9-1974 tot 5-9-1978; PvdA van 5-9-1978 tot 7-9-1982; wethouder van 28-10-1976 tot 1-6-1979.

Schoor, Hans van, geboren Nieuwer Amstel 14-9-1949, HTS-elektrotechniek, bedrijfsleider van een schoonmaakbedrijf, woont Dr. Jacobilaan 6b, gehuwd met Theodora Maria Piek, zoon van Johannes van Schoor en Catharina Beck.
Raadslid D66 van 1-5-1990 tot 31-12-2001.

Schouwenaar, mr. Jacobus Marinus (Koos), geboren Rotterdam 13-5-1947, 12 jaar bij de marine, 3 jaar ambtenaar in Tubbergen, burgemeester van Venhuizen (1979-1986), woonde Orchideelaan 1. Wordt per 7-4-1998 burgemeester van Maarssen, nadien burgemeester van Middelburg (Z) tot zijn pensionering per 1-5-2012. Meervoudig Nederlands kampioen wielrennen bij de burgemeesters, gehuwd geweest met Margaretha Elisabeth van Douwe, zoon van Arie Jan Schouwenaar en Johanna Frederika Franssen.
Burgemeester van 16-1-1986 tot 7-4-1998.

Schwartz, Hans Hendricus (Hans), geboren Amsterdam 30-5-1944, directeur openbare basisschool, gemeente voorlichter, woonde Marshallstraat 34, nu IJmuiden, gehuwd met Gonda Marion van der Hout, zoon van Marinus Wilhelm Schwarz en Anna Weidman.
Raadslid PvdA/PPR van 7-9-1982 tot 1-5-1990.

Slijkhuis, ir. Gerrit Jan, geboren Apeldoorn 21-9-1924, ingenieur, woont Orchideelaan 4, overleden Castricum 21-5-2009, gehuwd met Margaretha Elisabeth van der Harst, zoon van Gerrit Jan Slijkhuis en Geertrui Zwiers.
Raadslid VVD van 5-9-1978 tot 31-1-1980, van 29-4-1986 tot 1-5-1990.

Slot-Abeling, Clara Antonia Margaretha (Clarien), geboren Enschede 5-10-1953, lerares, woont Bloemgaarde 11, gehuwd met Bernardus Johannes Slot, dochter van Blasius Johannes Abeling en Elisabeth Antonia Bröker.
Raadslid CDA van 1-5-1990 tot 26-8-1991.

Sluis-Brouwer, Helena Cornelia Johanna van der, geboren Oosterland 4-8-1933, directrice huishoudschool, woont Willem de Zwijgerlaan 16, gehuwd met Benjamin van der Sluis, dochter van Jacob Jacobus Gerard Brouwer en Adriaantje van Hoeve.
Raadslid PvdA/PPR van 29-4-1986 tot 1-5-1990.

Staaij-Hogeling, mr. drs. Anna Maria Aleida van der (Annet), geboren Weststellingwerf 16-7-1963, juridisch bestuurlijk medewerker bij Rijkswaterstaat in Haarlem, in 1994 bij Ministerie van Verkeer en Waterstaat in Den Haag; juriste bij de rechtswinkel in Castricum, woonde Laan van Albert’s Hoeve 194, gehuwd met Robert Johannes van der Staaij, dochter van Johannes Hendrikus Hogeling en Margaretha Angela Feringa.
Raadslid CDA van 21-3-1994 tot 30-9-1994.

Stam, drs. Lambertus Willem (Bert), geboren Koog aan de Zaan 6-5-1938, leraar, woonde Laanacker 16, vertrokken op 9-12-1976 naar Wieringen, achtereenvolgens burgemeester van Wieringen, Schagen en Vlaardingen, overleden Vlaardingen 11-9-2010, gehuwd met Wijnanda R.W.L. van den Brink, zoon van Dirk Stam en Antje Kraaij.
Raadslid PvdA van 1-9-1970 tot 16-10-1976; wethouder, locburgemeester van 3-9-1974 tot 16-10-1976.

Stevens, Jannes (Jo), geboren Gramsbergen 23-2-1918, ondernemer, woont J. van Heemskerklaan 16, gehuwd met Elsje Spijkerman, zoon van Hendrik Stevens en Trijntje Voerman.
Raadslid VVD van 7-9-1982 tot 29-4-1986.

Tempelman, Bernardus Antoni (Ben), geboren Deventer 5-5- 1934, assistent accountant; vertegenwoordiger, woont Van Haerlemlaan 34, gehuwd met Christina Johanna Maria Stut, zoon van Johannes Antonius Tempelman en Wilhelmina Elizabeth Kerkhoff.
Raadslid VVD van 12-4-1994 tot 14-4-1998.

Velde, ir. Hendrik van der (Henk), geboren Oosterhesselen 19-9-1924, directeur HTS te Haarlem, woonde Kamperfoelielaan 1, overleden Beverwijk 21-4-1982, partner Anthonius J.P. Heerschop (raadslid), zoon van Louw Hendrik van der Velde en Aafke Zijlstra.
Raadslid VVD en wethouder van 3-9-1974 tot 5-9-1978 (vanaf 30-3-1978 onafhankelijk wethouder).

Veldt, Hermanus Johannes (Herman), geboren Castricum 11-7-1935, bloembollenkweker, veehouder, woont Brakersweg 24, gehuwd met Divera Cornelia Maria Ligthart, zoon van Nicolaas Veldt (wethouder) en Johanna Jacoba Neelissen.
Raadslid CDA van 5-9-1978 tot 29-4-1986.

Ven, Alexander Antonius van de (Alex), geboren Castricum 6-11-1957, vervangend hoofd Bouw- en Woningtoezicht, gemeente Haarlemmermeer, woont Torenstraat 35, gehuwd met Catharina Elisabeth van de Bult, zoon van Andreas Antonius van de Ven en Anna Maria Afra Portegies.
Raadslid CDA van 10-9-1992 tot 22-12-1993 (uitgetreden uit het CDA), CA van 21-3-1994 tot 31-12-2001.

Visser, Albertus Barend (Bert), geboren Haamstede 29-12-1955, beleidsadviseur provincie Zuid-Holland., ambtenaar (gemeente Castricum), nu locogriffier bij de gemeente Purmerend, woont Koekoeksbloem 23, gehuwd met Margaretha Christina Johanna van Amerongen, zoon van Albertus Pieter Visser en Jannetje Adriaantje Kramer.
Raadslid PvdA van 21-3-1994 tot 14-4-1998.


Jaarboek 35, pagina 37

Voulon, Pieter (Piet), geboren Zweeloo 4-4-1943, jurist bij de gemeente Zaanstad, woonde Ruiterweg 61, gehuwd met Annechien Weering, zoon van Eduard Voulon en Trijntje Jacoba Swart.
Raadslid CA van 27-4-2000 tot 31-12-2001.

Waal, mr. Cornelis Jan Dirk (Cees), geboren Soest 15-9-1943, wethouder van Leiden (1974-84), burgemeester van Deventer (1984-93), voorzitter van de Hogeschool Rotterdam (1993-96), lid van Provinciale Staten van Zuid-Holland en lid van de Commissie voor bezwaarschriften van OC en W (1998), officier in de Orde van Oranje Nassau, ereburger van Leiden en Deventer, woonde C.F. Smeetslaan 111, overleden Leiden 11-7-2011, weduwnaar van Iris Schuddebeurs, relatie met Evelyne Verheggen.
Burgemeester van 8-4-1998 tot 31-12-2001.

Wagenaar-Maan Voogd Bergwerf, Petronella (Nel), geboren Vlaardingen 11-1-1932, woonde Kleibroek 56 (1970), Händelstraat 18 (1984), Burgemeester Nieuwenhuijsenstraat 43 Limmen; overleden Limmen 23-9-1999, gehuwd met Bernard W. Wagenaar, dochter van Alewijn Maan Voogd Bergwerf en Maartje S.Schouten.
Raadslid VVD van 1-9-1970 tot 25-5-1976; van 26-4-1984 tot 29-4-1986; van 26-6-1986 tot 1-5-1990; wethouder van 1-9-1970 tot 3-9-1974.

Weda, Frederikus Johannes Stephanus (Fred), geboren Castricum 26-12-1949, medewerker bij Gasbedrijf Midden-Kennemerland, woont Tulpenveld 218, gehuwd met Geertruida Janneke de Wal, zoon van Albertus Johannes Weda en Alida Maria Res.
Raadslid CA van 21-3-1994 tot 31-12-2001.

Wennekes, Julia Alida Agnes, geboren Langbroek 11-5-1946, kleuterleidster; beroepskracht gemeenschapsraad, woont Oranjelaan 31, gehuwd met Petrus Marinus van Gelderen, dochter van Lambertus Anthonius Wennekes en Julia Alida Agnes.
Raadslid PvdA/PPR van 29-4-1986 tot 1-5-1990; PvdA van 1-5-1990 tot 21-3-1994.

Wentink-Klinkenberg, Margaretha Maartje (Greet), geboren Westzaan 23-5-1944, kantoorbediende, woont Duyncroft 8, gehuwd met Pieter Wentink, dochter van Adriaan Dirk Jan Klinkenberg en Margaretha Johanna Veronika Zaaijer. Raadslid D66 van 5-9-1978 tot 25-6-1982.

Willems, Eelco Walraven (Eelco), geboren Amsterdam 24-3-1961, makelaar in onroerend goed, woonde Belle van Zuylenlaan 14, gehuwd met Theodora Elisabeth Maria van Zandbergen, zoon van Jacob Willems en Johanna Alida Tijssen.
Raadslid VVD van 14-4-1998 tot 27-10-1999.

Wilms, Ferdinand Frans Joseph (Fer), geboren Amsterdam 19-2-1949, zelfstandig ondernemer, woont Alkmaarderstraatweg 60, gehuwd met Catharina Cornelia Afra Maria Castricum, zoon van Joseph Frans Wilms en Maria Catharina van den Broek.
Raadslid CDA van 23-10-1989 tot 1-5-1990; van 19-9-1991 tot 21-3-1994, van 14-4-1998 tot 31-12-2001.

Wit, Adrianus Johannes Maria de (Aad), geboren Castricum 30-4-1946, opbouwwerker, woonde aan de Mient 41, later Ganzerik en van Renesselaan, gehuwd met Elisabeth Margaretha Alida Hendrikse, zoon van Adrianus de Wit en Catharina Margaretha Maria Lute.
Raadslid PvdA-PPR-D66-PSP van 3-9-1974 tot 5-9-1978.

Wokke, Hendrik Pancratius (Henk), geboren Castricum 12-5-1935, kruidenier, ondernemer, voorzitter VVV, voorzitter Rabobank, voorzitter stichtingsbestuur zwembad, ereburger van Castricum, woonde Bakkummerstraat 50, later Bloemgaarde 33, werd per 1-3-1987 burgemeester van Marken, en per 16-12-1990 burgemeester van Wervershoof, gehuwd met Maria Johanna Hes, zoon van Johannes Wokke en Anna Tromp.
Raadslid CCC van 1-9-1970 tot 3-9-1974; CDA van 3-9-1974 tot 26-2-1987; wethouder van 3-9-1974 tot 26-3-1987.

Wolf, Petrus Gerhardus Bernardus de (Piet), geboren Amsterdam 21-6-1939, leraar geschiedenis, woont Arnoldsonstraat 4, gehuwd met Margaretha Maria Theodora de Meij, zoon van Gerhardus Bernardus de Wolf en Adriana Constantia Welbergen.
Raadslid CDA van 5-9-1978 tot 14-4-1998; wethouder van 25-3-1982 tot 7-9-1982 en van 1-5-1990 tot 21-3-1994.

Zandbergen, Johannes Mattheus (Joop), geboren Castricum 19-7-1945, kapper, verkoper, woont Scheerling 25, gehuwd met Christina Cornelia Maria Baltus, zoon van Johannes Mattheus Zandbergen en Wilhelmina Schouten.
Raadslid CA van 29-4-1986 tot 10-4-2000. Enkele dagen na de verkiezingen in 1998 breekt Zandbergen met CA en start een eigen partij.

26 september 2022

Gemeentebestuur 1946 – 1974, 3e deel (Jaarboek 34 2011 pg 17-35)

Niets uit deze publicatie mag worden overgenomen zonder toestemming van de Stichting Werkgroep Oud-Castricum.


Jaarboek 34, pagina 17

Het gemeentebestuur van Castricum tussen twee fusies:
de fusie met Bakkum in 1812 en de fusie met Limmen en Akersloot in 2002

3e deel: periode 1946-1974 met zeven keer een nieuwe gemeenteraad

Het derde artikel over het gemeentebestuur van Castricum behandelt de periode 1946 tot 1974. In september 1946 is na een periode van vijf jaar weer een nieuw gekozen gemeenteraad in functie. Tijdens de Tweede Wereldoorlog wordt in 1941 de gemeenteraad buiten spel gezet. De bevrijding heeft een einde gemaakt aan het bewind van opeenvolgende NSB-burgemeesters en maakt de weg vrij voor een voorlopig gemeentebestuur met waarnemend burgemeester J.J. Nieuwenhuijsen aan het hoofd. Samen met locoburgemeester H. Nielen aan hen de taak om de eerste maatregelen te nemen om de grote gevolgen van de oorlog voor Castricum te boven te komen. Deze taak wordt door de nieuwe burgemeester C.F. Smeets overgenomen. Zijn komst op 15 november 1945 wordt door de dorpsgenoten beschouwd als het begin van een nieuwe toekomst voor Castricum.

Cornelius F. Smeets was van 1945 tot zijn pensionering in 1968 burgemeester van Castricum.
Cornelius F. Smeets was van 1945 tot zijn pensionering in 1968 burgemeester van Castricum.

Inhuldiging van de nieuwe burgemeester Smeets op 15 november 1945

Er is een feestelijke ontvangst georganiseerd met verwelkoming door locoburgemeester H. Nielen bij het kruispunt Van Oldenbarneveldweg-Zeeweg. Het programma bestaat verder uit een optocht met fanfare, padvinders, marechaussee enzovoorts via de Van der Mijleweg, Bakkummerstraat, Vinkebaan, Ruiterweg en Torenstraat naar het gemeentehuis, een défilé van schoolkinderen, zanghulde door scholieren, ontvangst in de raadzaal door waarnemend burgemeester J.J. Nieuwenhuijsen, gevolgd door installatie en receptie.

De krant noemt vrijdag 15 november een feestdag voor Castricum en spreekt de hoop uit dat de nieuwe burgemeester de gemeente tot grote bloei zal brengen. Als uiting van de gevoelens van de bevolking plaats de krant het volgende gedicht van zuster Bots:

Welkom hier! Heer Burgemeester.
Naar Uw komst is uitgezien,
Want wij voelen ons als wezen
En nog rommelig bovendien.
Vijf jaar strijd, plus een voorspel,
Van een paar jaar, ook daarbij.
Brachten ons niets dan ellende,
Twist en tweedracht, zij aan zij.
De oorlog ging; de vrede strompelt,
Nog op wank’len voeten voort.
Maar de wil om goed te willen,
Is aanwezig waar men hoort.
Doch wij hebben leiding noodig;
Op Uw komst wordt nu gebouwd.
Onze toekomst en belangen,
Worden aan U toevertrouwd.
Castricum wil mede werken,
Aan den opbouw van ons land.
En herstellen de gemeente,
Met U samen, hand in hand.
Welkom hier, heer Burgemeester,
Dat gij slagen moogt voorwaar.
Met Gods hulp moet dat wezen,
Wordt gij onzen Burgevaâr!

Cornelius Franciscus Smeets wordt op 12 november 1903 in het Limburgse Posterholt geboren als zoon van Frans J.I. Smeets en Maria A.H.G. Ketels. Cornelius treedt in de sporen van zijn vader en doorloopt een carrière in het openbaar bestuur.

Hij begint zijn loopbaan als ambtenaar op de secretarie te Posterholt met ingang van 1 november 1921 tot 1924; daarna vertrekt hij naar Zuid-Holland, waar hij in 1926 wordt benoemd als eerste ambtenaar in Hazerswoude. In 1931 volgt zijn benoeming tot ambtenaar van de provinciale griffie in Noord-Holland in Haarlem.

Op 12 oktober 1932 trouwt C.F. Smeets met de in Hazerswoude geboren Cornelia (Cor) Maria Koot. Uit hun huwelijk worden vier dochters geboren.

Vanaf januari 1937 wordt hij gemeentesecretaris en -ontvanger van Assendelft. Op 41-jarige leeftijd solliciteert hij met succes naar het ambt van burgemeester van Castricum, waar hij op 15 november 1945 wordt geïnstalleerd. Hij neemt zijn intrek in de burgemeesterswoning aan de Stationsweg, waar hij tot zijn pensionering op 1 december 1968 zal blijven wonen.


Jaarboek 34, pagina 18

Op 1 januari 1946 telt Castricum 6.625 inwoners. In de periode tot 1974 neemt de bevolking van Castricum explosief toe tot 20.715 inwoners op 1 januari 1974. Dit heeft ook gevolgen voor het aantal raadsleden dat direct gekoppeld is aan het aantal inwoners. In 1946 telt de gemeenteraad 13 raadsleden; dit aantal wordt uitgebreid naar 15 in 1953, naar 17 in 1966 en bij de verkiezingen in 1974 naar 19 raadsleden.

In de periode 1946 tot 1974 wordt zeven keer een nieuwe gemeenteraad gekozen. In dit artikel worden achtereenvolgens raadsperiodes behandeld met de samenstelling van de gekozen gemeenteraad, het aantal zetels per politieke partij, de gekozen raadsleden en wethouders, en de belangrijkste ontwikkelingen in Castricum gedurende elke raadsperiode.

1. De raadsperiode van september 1946 tot september 1949 (13 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 26 juli 1946. Er zijn vier lijsten: de Katholieke Volkspartij (KVP) behaalt 8 zetels, de Partij van de Arbeid (PvdA) 3 zetels en de combinatie Anti Revolutionaire Partij (ARP) met Christelijk Historische Unie (CHU) en de Communistische Partij Nederland (CPN) behalen elk 1 zetel. Er worden 3358 stemmen uitgebracht. De beëdiging van de raadsleden is op 3 september 1946.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Smeets, C.F. gedurende periode van 15-11-1945 tot 1-12-1968

Raadsleden:
Vries, P. de zetel a, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 2-9-1958
Berlee, Th. zetel b, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 14-6-1961 (overleden)
Beijersbergen v. Henegouwen, A.H.J. zetel c, KVP, gedurende periode van 3- 9-1946 tot 15-6-1949
Res, C. zetel c, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 6-9-1949
Graaf, E. de zetel d, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 6-9-1949
Kaandorp, J.W. zetel e, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 4-9-1962
Meij, J. van der zetel f, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 26-10-1954
Twisk, H. zetel g, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 4-9-1962
Veldt, N. zetel h, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 6-9-1966
Buimer, W. zetel i, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 2-9-1958
Jacobs-Wentink, G. zetel j, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 4-9-1962
Meijer, G. zetel k, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 1-9-1970
Bastiaan, J. zetel l, ARP+CHU, gedurende periode van 3-9-1946 tot 6-9-1949
J. Bedeke, J.S.G. zetel m, lijst 1, gedurende periode van 3-9-1946 tot 6-9-1966

Toelichting tabel:
De kleine letters a tot en met m geven de zetels aan van de dertien raadsleden. Als een raadslid wordt vervangen binnen een raadsperiode, dan geldt voor zijn opvolger dezelfde letter. De begin- en einddatum vermelden de periode van genoemd raadslid vanaf het begin van de in dit artikel behandelde tijdvak van de gemeenteraad (1946).

Wethouders:
De twee wethouders gedurende deze raadsperiode zijn P. de Vries en G. Meijer.
De Vries (KVP) was al raadslid in 1923 en was ook in 1931 en 1935 tot wethouder gekozen. Meijer (Partij van de Arbeid) kon als vertegenwoordiger van de ‘nieuwkomers’ worden beschouwd. Hij had in 1939 Amsterdam voor Castricum verruild en had een woning betrokken in de toen net opgeleverde Prinses Julianastraat.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode
Er is hoge prioriteit voor het herstel van de in de oorlog beschadigde woningen voor de terugkeer van geëvacueerde dorpsgenoten. Een Wederopbouwplan wordt opgesteld dat in 1947 van kracht wordt. Woningen worden gebouwd aan de Jan Hobergstraat, Leo Toepoelstraat en de Van Ginhovenstraat, vervolgens ook aan Schelgeest, Vondelstraat en aan de Poelven. Ook de Verlegde Overtoom wordt aangelegd.

2. De raadsperiode van september 1949 tot september 1953 (13 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 22 juni 1949. Er zijn vijf lijsten: de KVP haalt 8 en de PvdA 3 zetels. De combinatie ARP+CHU en Castricums Belang (CB) halen elk 1 zetel. Er zijn 3741 stemmen uitgebracht. De beëdiging van de raadsleden is op 3 september 1949.


Jaarboek 34, pagina 19

Burgemeester:
Smeets, C.F. gedurende periode van 15-11-1945 tot 1-12-1968

Raadsleden:
Vries, P. de zetel a, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 2-9-1955
Berlee, Th. zetel b, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 14-6-1961 (overleden)
Kaandorp, J.W. zetel c, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 4-9-1962
Meij, J. van der zetel d, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 23-6-1954
Twisk, H. zetel e, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 4-9-1962
Veldt, N. zetel f, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 6-9-1966
Stiemer, K. zetel g, KVP, gedurende periode van 6-9-1949 tot 4-9-1962
Verhoef-Defourny, J.C. zetel h, KVP, gedurende periode van 6-9-1949 tot 1-9-1970
Buimer, W. zetel i, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 2-9-1958
Jacobs-Wentink, G. zetel j, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 10-10-1950
Jonker, A. zetel j, PVDA, gedurende periode van 21-12-1950 tot 1-9-1953
Meijer, G. zetel k, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 1-9-1970
Belgraver, S. zetel l, ARP+CHU, gedurende periode van 6-9-1949 tot 7-5-1951
Bastiaan, J. zetel l, ARP+CHU, gedurende periode van 9-8-1951 tot 1-9-1953
Beijersbergen v. Henegouwen, A.H.J. zetel m, CB, gedurende periode van 6-9-1949 tot 23-1-1953
Bollen, J.J. zetel m, CB, gedurende periode van 25-2-1953 tot 4-9-1962

Wethouders:
De twee wethouders gedurende deze raadsperiode zijn P. de Vries en G. Meijer.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode
In 1949 wordt het Brinkplan aangepakt en de daarin opgenomen straten krijgen de namen van de straten die door de afbraak van de woningen aan De Puikman waren vervallen: Burgemeester Boreel-, Burgemeester Lommen- en Burgemeester Zaalbergstraat. Ook worden huizen gebouwd aan de Prinses Margrietstraat, Prinses Irenestraat, Prinses Marijkestraat, Prins Mauritsstraat, en Prins Frederik Hendrikstraat. Aan het Rusthof komen 12 bejaardenwoningen. In Bakkum worden huizen gebouwd aan de Vondelstraat, P.C. Hooftstraat en de Constantijn Huygenstraat. De Cuneraschool, een houten school uit Finland geïmporteerd, wordt opgeleverd. In 1951 wordt de rooms-katholieke kerk te Bakkum in gebruik genomen. Aan de Kramersweg wordt op 1 augustus 1952 een nieuw veilinggebouw geopend, omdat het oude gebouw aan de Dorpsstraat onbruikbaar was geworden.

Verplaatsen van het huis van de familie Schut van de Wilhelminalaan naar de Dorpsstraat.
Verplaatsen van het huis van de familie Schut van de Wilhelminalaan naar de Dorpsstraat. Collectie Stuifbergen. Toegevoegd.

In september 1952 wordt het stenen huis van de familie Schut, dat de verlenging van de Koningin Wilhelminalaan in de weg staat, 800 meter over de weg verschoven naar de hoek Prinses Beatrixstraat-Dorpsstraat.

De 10.000-ste inwoner wordt op 24 december 1952 ingeschreven. Woningen worden gebouwd aan de Prinses Beatrixstraat. In 1953 stelt de gemeenteraad een plan vast voor het gebied ten noorden van de Prinses Beatrixstraat tot aan de tegenwoordige Oranjelaan. Met bloedend hart zien veel raadsleden dat cultuurgrond voor woningbouw wordt opgeofferd. Raadslid en agrariër Klaas Veldt wijst op de gevoelens van eigenaren van wie de grond van vader op zoon is overgegaan.

Het raadhuis van Castricum in de jaren vijftig. Hier worden tot 1970 de raadsvergaderingen gehouden.
Het raadhuis van Castricum in de jaren (negentien) vijftig. Hier worden tot 1970 de raadsvergaderingen gehouden.

Jaarboek 34, pagina 20

3. De raadsperiode van september 1953 tot september 1958 (15 raadszetels)

Door het passeren van de grens van 10.000 inwoners wordt het aantal raadsleden uitgebreid van 13 naar 15. De verkiezingen worden gehouden op 27 mei 1953. Er zijn 5 lijsten: de KVP haalt 9 zetels, de PvdA 3, de combinatie ARP+CHU 1, Castricums Belang 2 en de VVD haalt geen zetel. Het aantal kiesgerechtigden is 5.682. Er worden 4.610 stemmen uitgebracht. De beëdiging van de raadsleden is op 1 september 1953.

Burgemeester:
Smeets, C.F. gedurende periode van 15-11-1945 tot 1-12-1968

Raadsleden:
Vries, P. de zetel a, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 8-11-1955
Zandbergen, J.W. zetel a, KVP, gedurende periode van 13-12-1955 tot 1-9-1970
Berlee, Th. zetel b, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 14-6-1961 (overleden)
Kaandorp, J.W. zetel c, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 4-9-1962
Meij, J. van der zetel d, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 24-8-1954
Res C. zetel d, KVP, gedurende periode van 26-10-1954 tot 2-9-1958
Twisk, H. zetel e, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 4-9-1962
Veldt, N. zetel f, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 6-9-1966
Beijersbergen v. Henegouwen, A.H.J. zetel g, KVP, gedurende periode van 1-9-1953 tot 2-9-1958
Stiemer, K. zetel h, KVP, gedurende periode van 6-9-1949 tot 4-9-1962
Verhoef-Defourny, J.C. zetel i, KVP, gedurende periode van 6-9-1949 tot 1-9-1970
Buimer, W. zetel j, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 2-9-1958
Jacobs-Wentink, G. zetel k, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 4-9-1962
Meijer, G. zetel l, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 1-9-1970
Bollen, J.J. zetel m, CB, gedurende periode van 25-2-1953 tot 4-9-1962
Veldhuisen, H. zetel n, CB, gedurende periode van 1-9-1953 tot 4-9-1962
Eikelenboom, A. zetel o, ARP+CHU, gedurende periode van 1-9-1953 tot 2-9-1958

Wethouders:
De twee wethouders gedurende deze raadsperiode zijn P. de Vries en N. Veldt. P. de Vries wordt op zijn verzoek op 30 september 1955 opgevolgd door G. Meijer.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode
Bebouwd wordt het gebied tussen Jan van Nassaustraat en de Eerste Groenelaan en de wijk achter de Prinses Beatrixstraat. Voorts vindt de bouw van de rooms-katholieke pastorie te Bakkum en de brandweerkazerne plaats. Ook wordt de Openbare ULO-school, de Gerardusschool, de Juliana van Stolbergschool, de Augustinusschool en de begraafplaats ’Onderlangs’ in gebruik genomen.

In 1957 komt stedenbouwkundige Gouwetor met een structuurvisie voor de verdere ontwikkeling van de gemeente. Dit plan voorziet in een geweldige uitbreiding van Castricum tot 40.000 inwoners; een woonstad die in de toelichting Groot-Castricum wordt genoemd. Een nieuw centrum, noordelijke, zuidelijke en oostelijke invalswegen en een westelijke randweg kenmerken het plan. De zuidelijke invalsweg zal de spoorlijn kruisen middels een viaduct. Bij het kruispunt van de hoofdwegen is het centrum gedacht.

4. De raadsperiode van september 1958 tot september 1962 (15 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 28 mei 1958. Er zijn zes lijsten: de KVP haalt 8 zetels, de PvdA 3, Castricums Belang 2 en de VVD 2 zetels. De combinatie ARP+CHU en de lijst Bastiaan halen geen zetels. Het aantal kiesgerechtigden is 6503. Er worden 5.533 stemmen uitgebracht. De beëdiging van de raadsleden is op 2 september 1958.


Jaarboek 34, pagina 21

Burgemeester:
Smeets, C.F. gedurende periode van 15-11-1945 tot 1-12-1968

Raadsleden:
Berlee, Th. zetel a, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 14-6-1961 (overleden)
Janzen, P.F. zetel a, KVP, gedurende periode van 15-9-1961 tot 29-4-1981
Kaandorp, J.W. zetel b, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 4-9-1962
Twisk, H. zetel c, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 4-9-1962
Veldt, N. zetel d, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 6-9-1966
Stiemer, K. zetel e, KVP, gedurende periode van 6-9-1949 tot 4-9-1962
Verhoef-Defourny, J.C. zetel f, KVP, gedurende periode van 6-9-1949 tot 1-9-1970
Zandbergen, J.W. de zetel g, KVP, gedurende periode van 8-11-1955 tot 1-9-1970
Kraakman, J. zetel h, KVP, gedurende periode van 2-9-1958 tot 1-9-1970
Jacobs-Wentink, G. zetel i, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 4-9-1962
Meijer, G. zetel j, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 1-9-1970
Hessing, H. zetel k, PVDA, gedurende periode van 2-9-1958 tot 4-9-1962
Bollen, J.J. zetel l, CB, gedurende periode van 25-2-1953 tot 4-9-1962
Veldhuisen, H. zetel m, CB, gedurende periode van 1-9-1953 tot 4-9-1962
Gerkens, G.G. zetel n, VVD, gedurende periode van 2-9-1958 tot 21-4-1961
Vries-Evenblij, H.H.F. de zetel n, VVD, gedurende periode van 31-5-1961 tot 4-9-1962
Verkerk, J. de zetel o, VVD, gedurende periode van 2-9-1958 tot 19-11-1970

Wethouders:
De twee wethouders gedurende deze raadsperiode zijn G. Meijer en N. Veldt.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode
Er wordt een plan gemaakt voor de zo genoemde bomenbuurt ten westen van de Kleibroek. De raad verzet zich tegen de daar geplande etagebouw in drie lagen. Het plan wordt in 1959 zonder etagebouw vastgesteld. Er worden huizen gebouwd aan de kastanjelaan, Lijsterbeslaan, Goudenregenlaan, Lindenlaan en Esdoornlaan. Dat gebeurt ook aan de Willem de Zwijgerlaan, de J.W. Frisostraat en Willem Lodewijkstraat. In Bakkum wordt het gebied rond de Professor van der Scheerlaan en Dr. Benderslaan bebouwd. Het wijkgebouw (Dr. Leenaershuis) en de rooms-katholieke Uloschool (Hendricus Ulo) worden in gebruik genomen. In maart 1960 komt een meerderheid van het college met een voorstel om een proefeenheid hoogbouw te realiseren. Dit voorstel wordt door de raad verworpen, alleen de fractie van de PvdA is er voor “omdat Noord-Kennemerland anders een groot vlak van huizen zal worden.”

Door vaststelling in 1960 van het plan in hoofdzaak ‘Oost’ wordt alvast ruimte gereserveerd voor de wijken Kooiweg, Molendijk, Noordend en een grote uitbreiding richting Uitgeest. Wethouder Veldt spreekt bij de vaststelling met weemoed over zijn jeugd toen Castricum nog klein was en bestond uit een agrarische bevolking en er ook door werd bestuurd. Hij kan zich de bezwaren van de agrariërs goed indenken, maar het algemeen en nationaal belang zal moeten prevaleren. Hij benadrukt de grote offers die hierdoor van de agrarische bevolking worden gevraagd.

Eind 1961 stelt de raad een uitwerking vast van het eerder genoemd plan in hoofdzaak ‘Oost’, namelijk het uitbreidingsplan Kooiweg met de op basis van de straatnaamgeving zogenoemde zeehelden- en componistenwijk.

De vergaderzaal in het gemeentehuis met om de tafel geschaarde raadsleden in 1962.
De vergaderzaal in het gemeentehuis met om de tafel geschaarde raadsleden in 1962, van links naar rechts W. Klinkenbijl, J.W. Zandbergen, P.F. Janzen, C.M. Hageman, C.J. Baltus, mevrouw J.C. Verhoef-Defourny, J. Kraakman, wethouder G. Meijer, wethouder N. Veldt, burgemeester C.F. Smeets, gemeentesecretaris G. Louter. Verder zijn nog herkenbaar J. Verkerk, J. de Vries, A. Kooiman, D. Kaper en raadsnotulist H. Koelman. Niet zichtbaar op de foto zijn W.M. Hendrikse en mevrouw M. Wentink-Beusman.

5. De raadsperiode van september 1962 tot september 1966 (15 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 30 mei 1962. Er zijn 6 lijsten: de KVP haalt 5 zetels, de Vrije rooms-katholieke Groepering, ook wel de lijst Janzen 3 zetels, de PvdA 3, Protestants Christelijk Castricum (PCC) 2 zetels en de VVD haalt 2 zetels. De Actielijst voor de vrede haalt geen zetels. Het aantal kiesgerechtigden is 7.480, er worden 6.476 stemmen uitgebracht. De beëdiging van de raadsleden is op 4 september 1962.


Jaarboek 34, pagina 22

Burgemeester:
Smeets, C.F. gedurende periode van 15-11-1945 tot 1-12-1968

Raadsleden:
Veldt, N. zetel a, KVP, gedurende periode van 3-9-1946 tot 6-9-1966
Verhoef-Defourny, J.C. zetel b, KVP, gedurende periode van 6-9-1949 tot 1-9-1970
Kraakman, J. zetel c, KVP, gedurende periode van 2-9-1958 tot 1-9-1970
Baltus, C.J. zetel d, KVP, gedurende periode van 4-9-1962 tot 6-11-1975 (overleden)
Houtkamp, L.G.M. zetel e, KVP, gedurende periode van 25-9-1962 tot 25-9-1962
Hageman, C.M. zetel e, KVP, gedurende periode van 25-10-1962 tot 6-9-1966
Janzen, P.F. zetel f, Lijst Janzen, gedurende periode van 5-9-1961 tot 29-4-1981
Zandbergen, J.W. zetel g, Lijst Janzen, gedurende periode van 8-11-1955 tot 1-9-1970
Klinkenbijl, W. zetel h, Lijst Janzen, gedurende periode van 4-9-1962 tot 6-9-1966
Meijer, G. zetel i, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 1-9-1970
Hendrikse, W.M. zetel j, PVDA, gedurende periode van 4-9-1962 tot 14-11-1970
Wenstink-Beusman, M. zetel k, PVDA, gedurende periode van 4-9-1962 tot 1-9-1970
Kaper, D. zetel l, PCC, gedurende periode van 4-9-1962 tot 1-9-1970
Kooiman, A. zetel m, PCC, gedurende periode van 4-9-1962 tot 19-11-1970
Verkerk, J. zetel n, VVD, gedurende periode van 2-9-1958 tot 19-11-1970
Vries, J. de zetel o, VVD, gedurende periode van 4-9-1962 tot 1-9-1970

Wethouders:
De twee wethouders gedurende deze raadsperiode zijn G. Meijer en N. Veldt.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode
Bebouwd worden de Bremlaan, Kamperfoelielaan en Orchideelaan en de wijk Kooiweg (componistennamen); in Bakkum de Van Bergenlaan, Van Assendelftlaan en de Van Haerlemlaan.

Op 3 november 1962 legt burgemeester Smeets aan de Offenbachstraat de eerste steen voor de 2.000e naoorlogse woning. De afdelingen Financiën, Onderwijs en Personeelszaken verhuizen uit het raadhuis naar het voormalig ‘tehuis voor ouden van dagen’ en een naastgelegen noodgebouw aan de Overtoom. Gemeentewerken wordt in 1964 verplaatst naar een nieuw gebouw op de Brink, dat als bijnaam ‘de Paddestoel’ krijgt.

De dependance van gemeentewerken aan de Brink is in 1965 gebouwd.
De dependance van gemeentewerken aan de Brink is in 1965 gebouwd. Foto Ad van de Velde. Toegevoegd.

Noodgebouwtjes van de rooms-katholieke en de openbare bibliotheek staan sinds 1964 aan de Burgemeester Boreelstraat. In 1966 wordt de Bethlehemkerk als noodkerk gebouwd aan het Kortenaerplantsoen. De openbare lagere school De Sokkerwei wordt in gebruik genomen.

Foto van de in 1962 gekozen gemeenteraad genomen kort na de installatie in september.
Foto van de in 1962 gekozen gemeenteraad genomen kort na de installatie in september. Staand van links naar rechts W. Klinkenbijl, C.J. Baltus, J.W. Zandbergen, P.F. Janzen, J. Kraakman, mevrouw J.C. Verhoef-Defourny, W.M. Hendrikse, mevrouw M. Wentink-Beusman, J. Verkerk, J. de Vries, A. Kooiman en D. Kaper. Achter de tafel de wethouders G. Meijer en N. Veldt, burgemeester C.F. Smeets en gemeentesecretaris G. Louter.

Jaarboek 34, pagina 23

6. De raadsperiode van september 1966 tot september 1970 (17 raadszetels)

Bij het passeren van de grens van 15.000 inwoners wordt het aantal raadsleden uitgebreid van 15 naar 17.

De verkiezingen worden gehouden op 1 juni 1966. De lijst Janzen is weer opgegaan in de KVP. Castricums Belang (CB) en de Boeren Partij (BP) doen mee aan de verkiezingen. In totaal zijn er 6 lijsten: de KVP haalt 6 zetels, de PvdA 3, de BP, CB, de PCC en de VVD halen elk 2 zetels. Er worden 7.866 stemmen uitgebracht. De beëdiging van de raadsleden is op 6 september 1966. Op 28-10-1966 treden Stam en Zonneveld uit de Boeren Partij en richten een eigen partij op: Progressief Rechts (PR).

Burgemeester:
Smeets, C.F. gedurende periode van 15-11-1945 tot 1-12-1968
Boxtel, W.C.A.M. van gedurende periode van 1-1-1969 tot 1-11-1977

Raadsleden:
Verhoef-Defourny, J.C. zetel a, KVP, gedurende periode van 6-9-1949 tot 1-9-1970
Zandbergen, J.W. zetel b, KVP, gedurende periode van 8-11-1955 tot 1-9-1970
Kraakman, J. zetel c, KVP, gedurende periode van 2-9-1958 tot 1-9-1970
Janzen, P.F. zetel d, KVP, gedurende periode van 5-9-1961 tot 29-4-1981
Baltus, C.J. zetel e, KVP, gedurende periode van 4-9-1962 tot 6-11-1975 (overleden)
Kaandorp, J.W. zetel f, KVP, gedurende periode van 6-9-1966 tot 1-9-1970
Meijer, G. zetel g, PVDA, gedurende periode van 3-9-1946 tot 1-9-1970
Hendrikse, W.M. zetel h, PVDA, gedurende periode van 4-9-1962 tot 14-11-1970
Wenstink-Beusman, M. zetel i, PVDA, gedurende periode van 4-9-1962 tot 1-9-1970
Stam, W. zetel j, BP, gedurende periode van 6-9-1966 tot 28-1-1971
Zonneveld, A. zetel k, BP, gedurende periode van 6-9-1966 tot 1-9-1970
Bollen, J.J. zetel l, CB, gedurende periode van 6-9-1966 tot 3-9-1974
Res, C. zetel m, CB, gedurende periode van 6-9-1966 tot 28-1-1971
Kaper, D. zetel n, PCC, gedurende periode van 4-9-1962 tot 1-9-1970
Kooiman, A. zetel o, PCC, gedurende periode van 4-9-1962 tot 19-11-1970
Verkerk, J. zetel p, VVD, gedurende periode van 2-9-1958 tot 19-11-1970
Vries, J. de zetel q, VVD, gedurende periode van 4-9-1962 tot 1-9-1970

Bij het afscheid van burgemeester Smeets in 1968. De burgemeester te midden van de in 1966 gekozen gemeenteraadsleden.
Bij het afscheid van burgemeester Smeets in 1968. De burgemeester te midden van de in 1966 gekozen gemeenteraadsleden. Staand an links naar rechts G. Meijer, J.J. Bollen, C. Res, J. Verkerk, A. Zonneveld, P.F. Janzen, J.W. Zandbergen, W. Stam, mevrouw M. Wentink-Beusman, D. Kaper, C.J. Baltus, J. de Vries en J.W. Kaandorp. Zittend aan tafel van links naar rechts de wethouders J. Kraakman en W.M. Hendrikse, burgemeester C.F. Smeets, secretaris G. Louter en wethouder A. Kooiman.

Jaarboek 34, pagina 24

Wethouders:
De drie wethouders gedurende deze raadsperiode zijn J. Kraakman (sociale zaken en huisvesting, volksgezondheid), W.M. Hendrikse (openbare werken) en A. Kooiman (onderwijs en personeelsbeheer).

Ontwikkelingen in deze raadsperiode
Vooral in de jaren (negentien) zestig besluiten veel agrariërs om te stoppen. Velen gaan bij Hoogovens werken. Zo loopt de agrarische productie steeds meer terug. Op 23 september 1967 wordt de veiling opgeheven en is Castricum tuinderdorp af.

Bebouwd worden achtereenvolgens de wijken Molendijk-Zuid (landnamen) en Molendijk-Noord (nobelprijswinnaars). De openbare lagere school ‘De Nobelschool’ wordt in gebruik genomen.

Nieuwe stationsgebouw in aanbouw.
Nieuwe stationsgebouw in aanbouw met een trein op het spoor richting Alkmaar. Collectie Oud-Castricum. Toegevoegd.

Het oude stationsgebouw wordt vervangen door een moderner gebouw. Er wordt een groot parkeerterrein met circa 2.000 parkeerplaatsen aangelegd aan het einde van de Zeeweg bij de strandafgang.
De raadsvergaderingen worden vanaf 1970 in de aula van de Juliana van Stolbergschool gehouden.

Bij de vaststelling van het bestemmingsplan Noordend op 1 juni 1970 staakten de stemmen. Voor de vierde keer in de geschiedenis stak de raad een stokje voor geplande hoogbouw. De gemeenteraad verlangde dat alle geplande hoogbouw langs de Soomerwegh zou worden vervangen door laagbouw. Dit zijn de locaties die we nu kennen als Plantenhove, Bloemgaarde en Molenweide. Het aangepaste plan werd op 11 juni 1970 met algemene stemmen aangenomen.

Burgemeester Smeets bij zijn afscheid.
Burgemeester Smeets bij zijn afscheid.

Afscheid van burgemeester Smeets

Op 1 december 1968 neemt burgemeester Smeets met het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd afscheid, na 23 jaar op een zeer gewaardeerde manier leiding te hebben gegeven aan de wederopbouw direct na de oorlog en de groei van Castricum. Tijdens zijn burgemeesterschap groeit de bevolking van Castricum van 6.600 tot ruim 18.000 inwoners. Er wordt een groots afscheid georganiseerd en de burgemeester wordt benoemd tot ereburger. Namens de burgerij krijgen de burgemeester en zijn echtgenote een reis aangeboden.

Wethouder en loco-burgemeester Hendrikse voert het woord tijdens een buitengewone raadsvergadering op 29 november 1968 ter gelegenheid van het afscheid van burgemeester Smeets.
Wethouder en locoburgemeester Hendrikse voert het woord tijdens een buitengewone raadsvergadering op 29 november 1968 ter gelegenheid van het afscheid van burgemeester Smeets.

Burgemeester Nielen van Heemskerk biedt een boom aan, die in de groene zone tussen Castricum en Heemskerk geplant moet worden om op symbolische wijze Castricum te beschermen tegen de wind uit de IJmond. Burgemeester Wytema van Alkmaar merkt op dat burgemeester Smeets door zijn onopvallendheid in de bestuursvoering doeltreffend heeft kunnen werken.

Verwelkoming door loco-burgemeester Hendrikse van de nieuwe burgemeester Van Boxtel en zijn echtgenote bij de grens van de gemeente Castricum op 3 januari 1969.
Verwelkoming door locoburgemeester Hendrikse van de nieuwe burgemeester Van Boxtel en zijn echtgenote bij de grens van de gemeente Castricum op 3 januari 1969.

Installatie burgemeester Van Boxtel

Per 1 januari 1969 wordt de 50-jarige W.C.A.M. van Boxtel tot burgemeester van Castricum benoemd. Van


Jaarboek 34, pagina 25

Boxtel is geboren en getogen in Brabant, is dan reeds tien jaar werkzaam als wethouder in de gemeente Breda en wordt als een bekwaam bestuurder gekwalificeerd. Hij komt naar Castricum in een periode van toenemende politieke spanningen en bestuurlijke vernieuwingen. Er zijn volop vragen over het toekomstige inwonertal van Castricum, de wegenstructuur, winkelcentra en andere voorzieningen. De inwoners willen ‘inspraak’, een tot dan toe nieuw begrip.

Burgemeester W.C.A.M. van Boxtel.
Burgemeester W.C.A.M. van Boxtel.

Bijna overenthousiast slaat de nieuwe burgemeester de hand  aan de ploeg. Zijn retorische gaven zijn groot en de raadsvergaderingen duren tot diep in de nacht, maar ondanks alle politieke problemen wordt er veel gepresteerd. Met zijn inzet voor de oprichting van de carnavalsvereniging ‘de Windtrappers’ heeft hij zijn zuidelijke afkomst niet verloochend. Vanaf 1970 wordt in Castricum carnaval gevierd onder de naam ’Pieperduin’.


Raadslid ir. W. Stam.
Raadslid ir. W. Stam.

Willem Stam

De in 1959 door Hendrik Koekoek opgerichte Boerenpartij boekte bij de Provinciale Verkiezingen in 1966 onverwacht succes met het behalen van 44 zetels, wat vertaald naar de verkiezingen voor de Tweede Kamer 10 zetels zou hebben opgeleverd.

Dit succes zette zich in hetzelfde jaar voort ook in Castricum bij de gemeenteraadsverkiezingen, waar in de raad namens de Boerenpartij twee raadsleden zitting kregen. Dit waren de tuinder Arie Zonneveld en ir. Willem Stam. Op Willem Stam, die in de periode 1966 tot 1974 met onderbrekingen deel van de raad uitmaakte, gaan we hier wat nader in, omdat hij zich in die periode ontpopte als een van de meest opmerkelijke, kleurrijke, maar ook controversiële Castricumse politici.

De in 1922 in Wormerveer geboren Willem Stam komt naar voren als iemand die moeilijk zijn politieke draai kon vinden, want voor zijn toetreden in 1965 tot de Boerenpartij had hij al het hele politieke spectrum, van uiterst links naar rechts, doorlopen. In de oorlogsperiode was hij aangesloten bij de communistische illegaliteit. Na de oorlog werd hij als Delfts student voorzitter van de Progressief Democratische Studentenvereniging, vervolgens was hij lid van de PvdA, tot hij in 1956 toetrad tot de VVD.

Willem Stam was bevriend met de journalist Henk Hofland, die in een radiorubriek in februari 2008 herinneringen aan zijn vriend ophaalde en hem daarbij karakteriseerde als iemand met een diepe weerzin tegen alles wat zich als gezag aandiende’.

Stam begreep al snel de politieke betekenis van publiciteit en zette in tegenstelling tot veel politici zijn ideeën met betrekking tot de politiek en de Boerenpartij in 1966 duidelijk op schrift in een boekje De Boerenpartij, een politieke verkenning’, met een voorwoord geschreven door Hendrik Koekoek. Hij kritiseerde daarin het partijstelsel in Nederland en richtte zijn blik op de toekomst met de Boerenpartij als kiem van een nieuwe politieke ontwikkeling.

Stam had zijn gedachten nog nauwelijks op schrift gesteld – zijn boekje lag in mei 1966 in de boekhandel – of hij raakte betrokken bij een crisis in de Boerenpartij. Het dubieuze oorlogsverleden van leden van de partij vond Stam onacceptabel. In een artikel in het Dagblad Kennemerland in september 1966 trok hij fel van leer tegen Koekoek en karakteriseerde hem als een clown en een onbenullige figuur.

Dat het langzamerhand niet goed zat met de verhouding tussen Stam, die als ideoloog van de Boerenpartij werd gezien en boer Koekoek, blijkt uit een kort citaat uit de hiervoor genoemde column van Henk Hofland: “Stam was ontevreden over de prestaties van Koekoek. Hij stelde mij voor bij hem op huisbezoek te gaan. Graag. We reden naar de boerderij in Bennekom. Op het erf liepen een paar neerslachtige geiten. We werden met wantrouwen begroet, kregen een kop koffie waarop het dikste vel zat dat ik ooit op een kop koffie heb gezien. Van het gesprek herinner ik mij niets. Kort daarop verliet Stam de partij.”

Leden van de Boerenpartij wisten na een ‘zuivering’ door een politieke noodraad een voortzetting van de partij te bewerkstelligen, wat Stam echter niet weerhield om samen met Arie Zonneveld in oktober 1966 uit de partij te treden. Daarbij maakte hij bekend zijn lidmaatschap van de Castricumse gemeenteraad te willen voortzetten namens de op te richten partij Progressief Rechts. Hij refereerde hierbij aan de zijns inziens niet partijgebonden ideeën die hij had gepubliceerd.

Stam had met deze nieuwe politieke partij duidelijk landelijke ambities, wat blijkt uit de bijeenkomst op 1 november 1966 in Hotel Polen te Amsterdam, waar het voorlopig bestuur, met Stam als voorzitter en


Jaarboek 34, pagina 26

woordvoerder, aan de landelijke pers werd voorgesteld. Hij had sinds de oprichting al veel positieve reacties uit het gehele land ontvangen. Er was zelfs een jongerenafdeling opgericht die al 24 leden telde.

Het aanblijven van Stam en Zonneveld in de Castricumse gemeenteraad lokte veel kritiek uit, zowel van raadsleden als van de overige leden van de Boerenpartij in Castricum. Stam bleef niettemin namens Progressief Rechts vier jaar in de raad actief. Het was een politiek roerige periode, met veel gekrakeel over de woningbouw in het kader van het plan Molendijk.

Vanaf zijn vestiging in Castricum in 1960 exploiteerde Stam een ingenieursbureau aan de Heereweg in Bakkum, gespecialiseerd in bouwzaken en hij vond zichzelf op dit gebied een van de weinige deskundigen in de gemeenteraad. Hij speelde dit ook uit, nam wat bouwzaken betreft intensief deel aan de discussies in de raad en maakte ook veelvuldig gebruik van het discussieforum ‘prikkelpraat’ in het Nieuwsblad voor Castricum en Omgeving.

Stam riep niettemin de haat van Castricumse woningzoekenden over zich uit door zich te keren tegen het bouwbedrijf Biesterbos, wiens geplande, relatief goedkope (huur)woningen in Molendijk hij constructief slecht noemde. Stam werd verweten de belangen te dienen van de aannemers Flink en De Nijs. Een Comité woningzoekenden in Castricum nam het op voor de minder draagkrachtige woningzoekenden, trok partij voor Biesterbos en begon acties met de tekst ‘geen Stamgezwam, meer woningenen de uitgifte van schertsbladen.

Stam zou Stam niet zijn geweest, als hij niet in de raad en in de krant hierover zijn verontwaardiging zou hebben uitgesproken, waarbij hij erop wees dat bepaalde pressiegroepen stelselmatig de bevolking en met name de woningzoekenden trachtten te misleiden door de onweerlegbare feiten te vervalsen.

Stam bleef zich roeren wat betreft bouwzaken, het terrein waarop hij deskundig was, en waste de gemeenteraad en wethouders menigmaal ook de oren als het ging om procedurekwesties. Hij ventileerde ook regelmatig zijn kritiek op het Nieuwsblad voor Castricum en Omgeving wegens de zijns inziens slechte en niet objectieve verslaggeving over politieke zaken en kwam daarmee in botsing met de toenmalige politieke verslaggever van het blad, Ad Bom.

Deze zag zijn kans schoon om terug te slaan, toen Stam in februari 1970 in verband werd gebracht met de oprichting van een partij in het Amsterdamse café Scheltema, onder de naam Amsterdamse Belangen Combinatie (ABC), waarbij hij in het wat merkwaardige gezelschap verkeerde van Arie Elpert (bekend als Haring Arie) en Robert Jasper Grootveld, de antirookmagiër. Van Willem Stam was inmiddels vrij algemeen bekend dat hij alcoholische dranken niet schuwde – sommigen voerden zijn soms agressieve gedrag daarop terug – en Ad Bom haakte daarop in door over genoemde oprichtingsbijeenkomst te spreken als een borrelbijeenkomst.

Dat ontlokte weer een felle reactie van Stam in de krant, waarin hij ontkende medeoprichter te zijn van ABC en sprak van insinuaties, waarbij men zich blijkbaar geen humor zonder alcohol kan voorstellen.

Stams ambities om te komen tot een landelijke politieke partij lijken in deze periode wel definitief gesneuveld en dus moest hij zich beperken tot de plaatselijke politiek. In november 1970 maakte Stam – inmiddels zitting hebbende in de raad namens Castricums Belang – vrij plotseling bekend de gemeenteraad te zullen verlaten, ook weer door een conflict met collega-politici, maar bovendien omdat hij zijn raadswerk niet langer kon combineren met zijn vak van constructie-ingenieur en het schrijven van een column in het landelijk dagblad De Telegraaf. De plaatselijke krant noemt het aftreden van deze ‘vechter tot het bittere eind’ opzienbarend.

Toch zien we hem weer terug in de gemeenteraad namens Castricums Belang in de periode 1972-1974.

Stam was getrouwd en zijn gezin telde twee kinderen. Hij moet een druk bestaan hebben gehad, want behalve zijn ingenieursbureau exploiteerde hij aan de Heereweg nog het Ruitercentrum Bakkum, in samenwerking met de aldaar gevestigde familie Brasser.

Citeren we tot slot uit het reeds aangehaalde artikel van Hofland over Willem Stam: “Hij woonde in Castricum, reed in een grote Amerikaan, en stoorde zich niet aan de maximum snelheid. Een keer in de week gingen we lunchen in Dorrius, toen nog vlakbij het Spui. Op een van die zittingen vertelde hij mij dat als hij weer eens diep ontevreden was met de maatschappij, hij zijn paard zadelde en door de duinen van Castricum galoppeerde. Dat bracht zijn ziel tot rust.”

In 1975 emigreerde Stam naar Spanje, waar het niet al te goed met hem is gegaan. Hij overleed daar omstreeks 1977 aan een leverkwaal.

Bijdrage van Wim Hespe

De verkiezingen worden gehouden op 3 juni 1970. Er doen 9 partijen aan mee. Nieuwkomers zijn Christelijk Constructief Castricum (CCC), zijnde een samenbundeling van de drie christelijke partijen KVP, ARP en CHU, verder Progressief Beleid 70-74 (uitgetredenen uit PvdA en PPR), Politieke Partij Radicalen (PPR), Democraten 66 (D66), Lijst Steeman (Kabouters) en de Lijst A. Zonnveld (uitgetreden uit de Boeren Partij). Beide laatste partijen behaalden geen zetels. De Boeren Partij (BP) deed niet meer mee aan de verkiezingen.
De CCC behaalt 5 zetels, CB en de VVD elk 3, PB 70-74 en de PvdA elk 2 en D66 en de PPR elk 1 zetel. Het aantal kiesgerechtigden is 11.970. Er worden 7.868 stemmen uitgebracht. De beëdiging van de raadsleden is op 1 september 1970.


Jaarboek 34, pagina 27

Progressief Beleid 1970-1974

In de aanloop tot de verkiezingen in 1970 ontstond met name bij de PvdA een scheuring in de plaatselijke afdeling. Onder invloed van de Nieuw Linkse groepering binnen de PvdA was de oorspronkelijke kandidatenlijst aangepast. Wethouder W.M. Hendrikse stond op de eerste plaats, gevolgd door de heren Stam en Mooijman van Nieuw Links op de tweede en derde plaats. Hendrikse besloot hiermee niet akkoord te gaan; hij was het niet eens met de wijze waarop de lijst tot stand was gekomen.

Toen na stemming de partijvergadering toch besloot de aangepaste kandidatenlijst te handhaven en vervolgens het afdelingsbestuur niet bereid bleek om op verzoek van 21 leden van de PvdA (afdeling Castricum) de besluitvorming ter discussie te stellen, besloot wethouder Hendrikse op 8 april 1970 en met hem een aantal anderen het lidmaatschap van de PvdA op te zeggen. Samen met raadslid G. Meijer (ex-PvdA), P.F. Janzen (ex-PPR) en andere gelijkgezinden als Chr.A. Hollaender en J.W. Zandbergen, besloot hij om met een eigen lijst uit te komen en aan de verkiezingen deel te nemen onder de naam Progressief Beleid 1970-1974. Hendrikse stelde zijn raadszetel ter beschikking, maar de gemeenteraad oordeelde dat vanwege het werk bij gemeentewerken dit in het belang van Castricum was dat Hendrikse deze raadsperiode zou afmaken.

De uitslag van de verkiezingen was positief voor Progressief Beleid, namelijk twee zetels en voor de door Nieuw Links omgevormde PvdA ook twee zetels. De drie wethouderszetels werden opgeëist door de drie partijen in het nieuwe college: KVP, VVD en Castricums Belang. Janzen pleitte nog voor een vierde wethouder die dan uit de overige fracties zou moeten komen. Uiteindelijk werd gekozen voor Mulder van de PPR als vierde wethouder. Hendrikse was buitengewoon teleurgesteld met het gevolg dat hij na enkele maanden zijn raadslidmaatschap beëindigde.

Burgemeester:
Boxtel, W.C.A.M. van gedurende periode van 1-1-1969 tot 1-11-1977

Raadsleden:
Baltus, C.J. zetel a, CCC, gedurende periode van 4-9-1962 tot 6-11-1975 (overleden)
Kooiman, A. zetel b, CCC, gedurende periode van 4-9-1962 tot 29-10-1970
Martens, A.J. zetel b, CCC, gedurende periode van 19-11-1970 tot 3-9-1974
Bats-van Oort, N.A. de zetel c, CCC, gedurende periode van 1-9-1970 tot 5-9-1978
Kuijper, A. zetel d, CCC, gedurende periode van 1-9-1970 tot 28-9-1972
Kooiman, A. zetel d, onafhankelijk, gedurende periode van 2-11-1972 tot 3-9-1974
Wokke, H.P. zetel e, CCC, gedurende periode van 1-9-1970 tot 26-2-1987
Bollen, J.J. zetel f, CB, gedurende periode van 6-9-1966 tot 3-9-1974
Res, C. zetel g, CB, gedurende periode van 6-9-1966 tot 23-12-1970
Slinger, C.E. zetel g, CB, gedurende periode van 28-1-1971 tot 22-1-1972
Stam, W. zetel g, CB, gedurende periode van 3-2-1972 tot 3-9-1974
Stam, W. zetel h, CB gedurende periode van 6-9-1966 tot 23-12-1970
Hoogeboom, G.H.A. zetel h, CB gedurende periode van 28-1-1971 tot 30-8-1973
Res, C. zetel h, CB, gedurende periode van 27-9-1973 tot 3-9-1974
Verkerk, J. zetel i, VVD, gedurende periode van 2-9-1958 tot 29-10-1970
Deetman, A. zetel i, VVD, gedurende periode van 19-11-1970 tot 27-4-1972
Kreijger, P.J. zetel i, VVD, gedurende periode van 22-6-1972 tot 3-9-1974
Noortman, J.W. zetel j, VVD, gedurende periode van 1-9-1970 tot 21-12-1972
Gramberg-Huijbrechtse, J.M. zetel j, VVD, gedurende periode van 25-1-1973 tot 29-4-1976
Wagenaar-Maan Voogd Bergwerf, P. zetel k, VVD, gedurende periode van 1-9-1970 tot 26-6-1976
Janzen, P.F. zetel l, PB 70-74, gedurende periode van 5-9-1961 tot 29-4-1981
Hendrikse, W.M. zetel m, PB 70-74, gedurende periode van 4-9-1962 tot 23-12-1970
Hollaender, Chr.A. zetel m, PB 70-74, gedurende periode van 28-1-1974 tot 30-3-1972
Zandbergen, J.W. zetel m, PB 70-74, gedurende periode van 27-4-1972 tot 3-9-1974
Stam, L.W. zetel n, PVDA, gedurende periode van 1-9-1970 tot 20-10-1976
Mooijman, A.J.S. zetel o, PVDA, gedurende periode van 1-9-1970 tot 30-9-1971
Poeze, H.A. zetel o, PVDA, gedurende periode van 28-10-1971 tot 7-9-1982
Hemert, J.P. van zetel p, D66, gedurende periode van 1-9-1970 tot 3-9-1974
Mulder, J.W. zetel q, PPR, gedurende periode van 1-9-1970 tot 3-9-1974


Jaarboek 34, pagina 28

Wethouders:
De drie wethouders gedurende deze raadsperiode zijn per 1-9-1970 J.J. Bollen (gemeentewerken), A. Kooiman (onderwijs en personeelszaken) en P. Wagenaar-Maan Voogd Bergwerf (sociale zaken en volksgezondheid).

Met een inwoneraantal van ruim 20.000 heeft de gemeente nu recht op een vierde wethouder. In de vergadering van 25-9-1970 besluit de raad over te gaan tot de benoeming van J.W. Mulder, die de portefeuille met jeugd- en sportzaken, cultuur en recreatie krijgt. Wethouder Kooiman verlaat de gemeenteraad om gezondheidsredenen (notulen 2-10-1970). C.J. Baltus is op 19-11- 1970 benoemd tot zijn opvolger als wethouder van financiën, economische aangelegenheden en jeugd- en sportzaken.

Naar aanleiding van een beschuldiging van corruptie stelt wethouder J.J. Bollen op 21-1-1972 zijn zetel beschikbaar, maar blijft wel raadslid. Hij wordt als wethouder op 14-2-1972 opgevolgd door J.P. van Hemert, waarbij laatstgenoemde de portefeuille van Baltus overneemt; Baltus krijgt gemeentewerken. J.W. Mulder stelt op 8-2-1974 zijn wethouderszetel beschikbaar in verband met zijn toetreding tot de CCC-fractie. Mulder was in 1970 gekozen voor de PPR, maar moest deze fractie verlaten op 25-9-1971 en heeft als onafhankelijk raadslid (wethouder) gefunctioneerd. Op 7-3-1974 wordt Mulder als wethouder herbenoemd.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode
Opvallend gedurende deze raadsperiode is het grote aantal vertrekkende raadsleden.

Er vindt bebouwing plaats van het plan Noordend (bloemen-, planten- en vogelnamen). Behalve de eengezinswoningen is er in de plannen op diverse plaatsen ook hoogbouw voorzien, een geheel nieuw fenomeen voor Castricum. Aan De Loet in Molendijk-Zuid worden in 1972 drie torenflats van tien woonlagen gerealiseerd en in 1974 de verzorgingsflat Sans Souci. Een nieuwe ‘skyline’ van Castricum ontstaat.

Portiekflat Landzicht, gebouwd in 1972.
Portiekflat Landzicht, gebouwd in 1972. De Loet 250 in Castricum. Collectie Makelaarsbriefje. Toegevoegd.

In de gemeenteraad en met de ondernemersorganisaties vinden uitvoerige discussies plaats over de grootte van een nieuw winkelcentrum. In 1973 wordt door burgemeester Van Boxtel de eerste steen gelegd voor het nieuwe winkelcentrum Geesterduin. Ook wordt in dat jaar het overdekte zwembad ‘De Witte Brug’ geopend.

Winkelcentrum Geesterduin, gebouwd in de jaren (negentien) tachtig.
Winkelcentrum Geesterduin, gebouwd in de jaren (negentien) tachtig. Foto G. van Geenhuizen. Collectie Oud-Castricum. Toegevoegd.

In de eerste helft van de jaren (negentien) zeventig is er sprake van hectische toestanden in de plaatselijke politiek. De komst van nieuwe politieke groeperingen, zoals Nieuw Links, D’66, de PPR, ir. Stam c.s., die alle uit waren op een profilering, maakt het bestuurlijk heel complex.

Toch wordt er rond die tijd veel gepresteerd. Gerealiseerd worden het zwembad, het winkelcentrum Geesterduin, de nieuwe bibliotheek en Geesterhage, De Santmark, woningbouw in Molendijk, het bestemmingsplan Noordend, de noodbouw Bonhoeffercollege, de sporthal, het Creativiteitscentrum, de Culturele Werkgroep en het jongerencentrum De Bakkerij, enzovoorts.

Woningbouw in Molendijk.
Woningbouw in Molendijk. Op de achtergrond het verzorgingshuis De Boogaert. Verder naar links zijn de woningen aan de Jacob Rensdorpstraat in aanbouw. Collectie Oud-Castricum. Toegevoegd.

Een krant schreef in 1973: “Over Castricum kun je zeggen dat die plaats, als je er een week niet geweest bent, alweer veranderd is.”

De gemeenteraad stelt in 1970 een groot bedrag beschikbaar voor het gereed maken van een plan voor een tunnel onder de spoorlijn ten zuiden van de Oude Haarlemmerweg in het kader van de aanleg van de ‘zuidelijke invalsweg’. Vanwege de financiële consequenties en het ontbreken van de medewerking van de provincie krabbelt de gemeente vervolgens wel wat terug.

Het verschijnen in 1971 van de nota ‘Castricum in het wegennet’ zorgt voor de nodige opschudding. In deze nota pleiten drie raadsleden: ir. G.H.A. Hoogenboom, ir. A. Kuijper en A.J.S. Mooijman voor een aangepaste wegenstructuur, waarin de eerder geplande westelijke randweg vervalt en doorgaand verkeer wordt omgeleid.

Het gemeentebestuur start een inspraakprocedure om te komen tot een nieuwe toekomstvisie. Inwoners nemen plaats in diverse werkgroepen, die aan de slag gaan op basis van een uitgebreid schema van inspraakavonden. De conclusie van de volksraadpleging is dat Castricum zich in de toekomst moet beperken tot slechts het bouwen voor de eigen woningbehoefte. Het toekomstige woningbouwprogramma wordt vertraagd, zodat de gemeente langer kan beschikken over uitgeefbare grond voor sociale woningbouw. De groene ruimte tussen Castricum en de omliggende gemeenten moet zoveel mogelijk worden gehandhaafd.

De gemeenteraad behandelt op 29 november 1973 het voorstel van het gemeentebestuur om de conclusies uit de inspraak grotendeels over te nemen. De uitspraak van de gemeenteraad betekent een grote breuk met het verleden: woningbouwprogramma’s worden voortaan afgestemd op de plaatselijke behoefte, er wordt rekening gehouden met natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische waarden en het behoud van het karakter van Brakersweg, Doodweg en Breedeweg wordt nagestreefd. De aanleg van een zuidelijke randweg, nu met een gelijkvloerse spoorwegovergang, wordt nog wel opengehouden, maar een westelijke randweg wordt afgewezen.

Bijeenkomst op de Dam in Amsterdam op 9 februari 1970, waarbij het feitelijk uitroepen van de Oranje Vrijstaat plaatsvond, waarvan de eerste inwoners zich kabouters noemden. Het uitroepen ging onder andere gepaard met het zingen van een eigen volkslied ‘de uil zit in de olme’.
Bijeenkomst op de Dam in Amsterdam op 9 februari 1970, waarbij het feitelijk uitroepen van de Oranje Vrijstaat plaatsvond, waarvan de eerste inwoners zich kabouters noemden. Het uitroepen ging onder andere gepaard met het zingen van een eigen volkslied ‘de uil zit in de olme’.

De Kabouters in Castricum

Op 5 februari 1970 kwam in sociëteit Aknathon van de katholieke studentenbeweging in Amsterdam een aantal personen bijeen met een gemeenschappelijke geschiedenis van actievoeren tegen veronderstelde maatschappelijke misstanden. Roel van Duijn, toen al jaren bekend als Amsterdamse actievoerder, medeoprichter van het in 1967 opgeheven Provo en namens die beweging zelfs lid geworden van de gemeenteraad, las een verklaring voor waarin hij de oprichting aankondigde van de ‘Oranje Vrijstaat’: een alternatieve samenleving naast de bestaande maatschappij. De bewoners daarvan noemden zich ‘kabouters’, een naam die voortkwam uit de vergelijking van de nieuwe staat met een paddenstoel, “die zich voedt met de rottende boom van de oude maatschappij en zo zelf een nieuwe maatschappij vormt”.


Jaarboek 34, pagina 28

De denkbeelden grepen vooral bij jongeren om zich heen. Ook in Castricum, want slechts een paar maanden na de oprichting van de Oranje Vrijstaat in Amsterdam kwamen ongeveer 50 potentiële kabouters in Castricum op maandag 27 april 1970 bijeen voor de oprichting van de Oranje Vrijstaat Castricum, waarbij ons dorp werd uitgeroepen tot ‘recreatiepaddenstoel voor amechtige steedse kabouters’.

Het falen van ‘de oude maatschappij’ zou onder andere blijken uit de woningnood, de woning- en grondspeculatie, de leegstand van panden, slecht onderwijs en milieuverontreiniging.

Besloten werd tot het voeren van acties om de Castricummers met hun neus op de problemen te drukken en daarbij ook het wapen van de illegale actie niet te schuwen.

Poster van de kabouterbeweging, die de suggestie wekt dat men harde actie niet zal schuwen.
Poster van de kabouterbeweging, die de suggestie wekt dat men harde actie niet zal schuwen.

Al kort na de oprichtingsvergadering, op 5 mei (bevrijdingsdag!), werd de eerste illegale actie een feit met de bezetting van de leegstaande veilinghal van de coöperatieve tuindersvereniging ‘Ons Belang’ aan de Zanderij. Het doel was vooral om aan te tonen dat de verwaarloosde hal nog tal van gebruiksmogelijkheden bood.

Een afgevaardigde ging naar het huis van de burgemeester om hem persoonlijk uit te nodigen de kabouterstulp te bezoeken. Die ontmoeting beschreef hij als volgt: “Nadat ik aan de bel getrokken had, waarvan het timbre duizendmaal zo mooi is al het stationskariljon, opende een glimlachende dienstbode de deur en na mijn uiteenzetting over het doel van onze komst gehoord te hebben, waarschuwde zij het bevriende staatshoofd die even daarna zelfs in vol ornaat verscheen. Nadat ik hem namens alle kabouters had uitgenodigd aanwezig te zijn bij onze aksie, antwoordde hij dat hij dit als burgervader niet kon maken, omdat zijn aanwezigheid in het veilinggebouw onze aksie rechtvaardig zou maken. Toen ik hem vroeg of zijn afwezigheid dus zou betekenen dat hij onze aksie onrechtvaardig vond, antwoordde hij: ‘Nou dat wil ik nou ook weer niet zeggen’. Vervolgens legde hij uit dat de eigenaar van het veilinggebouw volgens het burgerlijk wetboek het recht had het pand te ontruimen en dat het wel heel gek zou zijn met de burgemeester erbij. Toen vroeg ik: ‘Maar als we u nu eens niet als burgemeester maar als mens uitnodigen, zou u dan komen?’ Dat was echter helemaal onmogelijk. Een burgemeester, aldus de burgemeester, wordt overal als burgemeester gezien (toch niet in Tjitjerksradeel hè?). Ik merkte op dat het wel erg zielig is dat een burgemeester blijkbaar zaken en privéleven niet zo fijn gescheiden kan houden als een doorsneeburger. Omdat de heer Van Boxtel zijn weigering om te komen volhield, hoewel ik aan z’n ogen kon zien dat hij nieuwsgierig was, was hiermee de diskussie gesloten”.

De publieke opinie stond vrij positief tegenover deze actie. Instemming valt bijvoorbeeld te bespeuren in een gedicht van de Castricumse dorpsdichter A. van Kluijve:

”wat kan in die ruimte niet heel veel gebeuren,
dus verder niet kletsen, niet wachten, niet zeuren,
maar stel eens een daad die uiteindelijk siert,
een dáád die de jeugd van ons tuindorp pleziert!”.

Het ‘Nieuwsblad voor Castricum en Omgeving’ schreef: “Hoewel het formeel niet juist is dat men particuliere ge-


Jaarboek 34, pagina 30

bouwen gaat bezetten, kan men toch wel sympathie opbrengen voor deze actie, want waar vele activiteiten geremd worden door ruimtegebrek, staat het veilinggebouw al jaren leeg als gevolg van een conflict. Het wordt tijd dat de heren herriemakers zich er op bezinnen het gebouw voor diverse activiteiten beschikbaar te stellen.”

Deze constatering was zeker ter zake, want hoewel al in 1967 was besloten tot sluiting van de groenteveiling, omdat de exploitatie niet meer lonend zou zijn, wist tuinder en raadslid Arie Zonneveld, gesteund door enkele medestanders, de definitieve sluiting enkele jaren te vertragen door het uitlokken van conflicten op rumoerige vergaderingen en gebruik te maken van juridische procedures. Daarbij vestigde hij overigens in positieve zin de aandacht op een gunstiger exploitatie van de veilinghal, door die te bestemmen voor andere doeleinden dan alleen de veiling, zoals bijvoorbeeld al eerder was gebleken in 1955, toen het Noord-Hollands Philharmonisch Orkest er een succesvol concert gaf.

Intussen stond het gebouw leeg en raakte het in verval. Het uitroepen van de Castricumse Oranje Vrijstaat vond plaats op een strategisch en politiek goed gekozen moment, want al kort na de oprichting op 3 juni 1970 zouden de verkiezingen voor de gemeenteraad plaatsvinden en de kabouters hoopten met hun plannen de bestaande politieke stromingen in Castricum nog te kunnen beïnvloeden.

Inderdaad trachtte de reeds genoemde Arie Zonneveld met zijn onder de naam ‘Groep Zonneveld’ aan de ‘Burgers van Castricum’ gepresenteerde politieke partij nog garen te spinnen bij het bestaan van de kabouters, want één van zijn programmapunten luidde ‘meer aandacht voor de ideeën van de kabouters’.

Ook de PPR reikte de kabouters de hand met als programmapunt voor de verkiezingen: ‘de bevordering van het gebruik van het oude veilinggebouw’. De kabouters lieten zich echter door de bestaande politiek niet inpalmen en maakten op de valreep kenbaar zelf aan de gemeenteraadsverkiezingen te willen gaan deelnemen. Men nam in een gepubliceerde verklaring met betrekking tot het actievoeren wel wat gas terug. ‘Oranje Vrijstaat (Castricum) stelt zich ten doel: het sinjaleren en aan de kaak stellen van misstanden en het uitdenken van alternatiefjes (moeilijk woord voor goed ideetje) zonder gebruik making van geweld. Dit alles om het leven leefbaar te maken . En welke positie is hier nu beter voor geschikt, dan een meerderheid in de gemeenteraad?’

Voor wat betreft de beleidspunten waarmee de actiegroep – ze wilde beslist geen politieke partij worden genoemd – de verkiezingen inging, bleek er echter weinig verschil met de doelstellingen van andere Castricumse groeperingen. Hoewel uiteraard met verschillen in formulering en het leggen van accenten, pleitten alle partijen voor meer openbaarheid van bestuur met daarin meer inspraak en participatie van de burgers, meer woningbouw, betaalbare huisvesting, onderwijsvernieuwing, bescherming van het milieu, meer sportfaciliteiten, betere jeugdzorg, een ruimer cultuurbeleid enzovoorts.

Eigenlijk onderscheidde de kabouterpartij zich door een meer concrete benoeming van enkele punten. Zo richtte men wat betreft het milieu zijn pijlen op de Hoogovens en werd het voornemen geuit tot vestiging in Castricum van een verkooppunt voor onvergiftigde groente en fruit. Het onderwijs zou baat hebben bij de opheffing van de brandgevaarlijke noodlokalen, die alleen waren gesticht om de kosten te drukken. Met betrekking tot de recreatie werd gesteld, dat verdere uitbreiding van het zogenaamde Biesterboscomplex aan het strand moest worden belemmerd. En wat de woningbouw betreft werd geopperd de toevloed van mensen van buiten de gemeente te stoppen ten gunste van de eigen inwoners.

De kabouterpartij kreeg met deze uitwerking van enkele ideeën kennelijk onvoldoende steun, want de verkiezingen liepen uit op een fiasco. Men behaalde toch nog 228 stemmen, veel te weinig echter voor een zetel in de Castricumse raad. Ook de lijst Zonneveld kwam niet tot een zetel. In Amsterdam boekte de Kabouterpartij overigens wel een groot succes, met niet minder dan vijf raadszetels. Met de slechte verkiezingsuitslag leek de rol van de kabouterpartij in Castricum uitgespeeld, maar men trachtte toch weer de aandacht te trekken met nieuwe ludieke acties.

Een kleinschalige actie had als doelwit de kinderspeelplaatsen. Aan de Mr. Nijsenstraat werden op een speelveldje, dat verworden was tot een vuilnisbelt, nieuwe speeltoestellen, een zandbak en een ‘kabouter-kinderkeethut’ geplaatst. Onder de tegels van klimrekken aan de Koningin Wilhelminalaan werden tegels verwijderd en graszoden gedeponeerd, om meer veiligheid voor de kinderen te waarborgen en daarmee het falende beleid van de gemeente op dit punt aan de kaak te stellen. Opvallend is dat sommige plaatselijke bewoners deze veronderstelde verbetering van de speelplaatsen geheel niet waardeerden en de politie waarschuwden, die dan ook arrestaties verrichtte.

Kort na de gemeenteraadsverkiezingen, begin juni 1970, organiseerden de Castricumse kabouters als protest tegen de aanleg van een grote parkeerplaats in het duingebied nabij het strand een symbolische begrafenis van een stuk duin op het strand.
Kort na de gemeenteraadsverkiezingen, begin juni 1970, organiseerden de Castricumse kabouters als protest tegen de aanleg van een grote parkeerplaats in het duingebied nabij het strand een symbolische begrafenis van een stuk duin op het strand.

Wat spectaculairder was de ’aksie Biesterbos aan Zee’, een protest tegen de aanleg van een groot parkeerterrein in het duingebied, wat de opoffering werd genoemd van een stuk natuur aan de ‘heilige koe’. Onder het zingen van klaagliederen en begeleid door een op een bakfiets geplaatst orgel, droeg een begrafenisoptocht van in zwarte kleding gestoken kabouters een stuk duin in een kist naar het strand om daar te begraven.

Begin juni 1970, organiseerden de Castricumse kabouters als protest tegen de aanleg van een grote parkeerplaats in het duingebied nabij het strand een symbolische begrafenis van een stuk duin op het strand.
Begin juni 1970, organiseerden de Castricumse kabouters als protest tegen de aanleg van een grote parkeerplaats in het duingebied nabij het strand een symbolische begrafenis van een stuk duin op het strand.

Jaarboek 34, pagina 31

Het veilinggebouw bleef kennelijk intrigeren, want eind augustus 1970 hielden de kabouters een enquête onder Castricumse verenigingen, waarbij de behoefte aan ruimte in dit gebouw werd gepeild. In een open brief aan directeur Schut eisten de kabouters dat Ons Belang de veilinghal binnen twee maanden als ontspanningscentrum aan het volk ter beschikking zou stellen, terwijl ze nu ook sportverenigingen meekregen in een beroep op de heer Schut om de veilinghal om te bouwen tot sporthal.

Inmiddels was het gebouw opnieuw ‘ín gebruik genomen’, waarbij als bezetters nu echter niet de kabouters werden genoemd, maar een nieuw opgerichte werkgroep Communicatie Centrum Castricum (CCC). Het CCC stelde zich ten doel het gebouw in te richten als jeugdcentrum, voor onder andere het ongestoord discussiëren met uitgenodigde sprekers, het zich creatief bezig houden met schilderen, muziek maken enzovoorts en het rustig naar muziek kunnen luisteren.

De voormalige kaasgroothandel van Dijkman. Dit was voorheen het veilinggebouw. De woningen onderaan de foto staan aan de Mient. De schuin lopende weg rechts boven is weg langs de tankmuur, de Oude Schulpweg.
De voormalige kaasgroothandel van Dijkman. Dit was voorheen het veilinggebouw. De woningen onderaan de foto staan aan de Mient. De schuin lopende weg rechts boven langs de tankmuur, is de Oude Schulpweg.

Deze rijkelijk illusoire doelstellingen, waarbij gerekend werd op aankoop van het pand door de gemeente, konden echter niet worden waargemaakt en de nieuwe beheersconstructie kon niet voorkomen dat het veilinggebouw op 7 september 1970 werd ontruimd.

De veilingorganisatie Ons Belang trachtte uiteraard nog zoveel mogelijk munt te slaan uit het oude veilinggebouw als mogelijk was. En dat lukte, want in 1971 werd het verwaarloosde gebouw, omschreven als ‘de voormalige Coöperatieve Tuinbouwvereniging Ons Belang, gelegen ten noordwesten van het station in de Zanderij’, aangekocht door kaashandel Dijkman die aan de Dorpsstraat 97 uit zijn jasje was gegroeid.

Bijdrage van Wim Hespe

Samenvatting periode 1946 tot 1974

In het onderstaande schema wordt het aantal raadszetels vermeld dat een politieke partij of combinatie van partijen bij elke verkiezingen heeft gehaald. Groepen of eenlingen die geen enkele zetel hebben behaald, worden niet genoemd.

Verdeling van de raadszetels over de politieke partijen
Verdeling van de raadszetels over de politieke partijen

Dit artikel behandelt de gemeenteraadsperiode vanaf 1946 tot de verkiezingen van 1974. De gehele periode van de Castricumse gemeenteraad loopt tot de fusie in 2002. Vanaf 1946 betreft dit in totaal 14 gemeenteraadsverkiezingen.

Vanwege de lengte van dit onderwerp is besloten om dit te verdelen over twee vervolgartikelen met elk zeven verkiezingen. Bovendien begint er in 1974 een nieuwe politieke periode in de Castricumse gemeenteraad met een opgaan van de drie christelijke partijen in het CDA en een samenbundeling van vier linkse partijen in een afzonderlijke lijst (PvdA, PPR, D66 en PSP). Waren er in 1970 nog negen verkiezingslijsten, in 1974 zijn er slechts vijf.

Ook heeft de gemeenteraad eind 1973 gebroken met het gemeentelijk beleid dat gericht was op een groei naar een woonplaats met 35.000 inwoners.

In het volgend jaarboek wordt dit artikel beëindigd met de beschrijving van het gemeentebestuur vanaf de nieuwe gemeenteraad in september 1974 tot de fusie met de gemeenten Akersloot en Limmen in 2002.

Simon Zuurbier

Bronnen:

Archieven:

  • Regionaal Archief Alkmaar: archief gemeente Castricum 1812-1980, burgerlijke stand en bevolkingsregisters gemeente Castricum;
  • Centraal Bureau voor Genealogie.

Publicaties:

  • Bruin, Roel J.W. de, Castricum in de groei, 30e Jaarboek Oud-Castricum (2007)
  • Friebel, A.J.J.M., Mijn Limburgse wortels. Een famlie Smeets uit Posterholt, Oldenzaal, 2009;
  • Hendrikse W.M,, documenten en herinneringen (archief Oud-Castricum);
  • Kaan, Niek, Castricum in opbouw, 30e Jaarboek Oud-Castricum (2007).

Jaarboek 34, pagina 32

Personalia leden van het gemeentebestuur van 1946 tot 1974:

Slechts drie raadsleden met name J. Bastiaans, Th. Berlee en P. de Vries en burgemeester Smeets zijn voor 3-9-1946 al in functie geweest.

Baltus, Cornelis Johannes (Cor), geboren Castricum 30-7-1913, ambtenaar bij het Bureau Provinciale Voedselcommissaris voor Noord-Holland, woonde Geelvinckstraat 58 (1962) en Het Korteland 8 (1970), overleden Alkmaar 6-11-1975, gehuwd met Anna A. Koper, zoon van Johannes A. Baltus en Antje Liefting.
Raadslid KVP van 4-9-1962 tot 1-9-1970; CCC van 1-9-1970 tot 3-9-1974 en CDA van 3-9-1974 tot 6-11-1975 (overleden); wethouder van 19-11-1970 tot 3-9-1974.

Bastiaan, Johannes, geboren IJsselmuiden 9-4-1907, verpleger, kwam in 1928 van Avereest, woonde Duin en Bosch nummer 22, in de oorlog geëvacueerd in Den Dolder, woonde vanaf 1969 in de Gobatstraat 23, overleden Alkmaar 7-4-1975, gehuwd met Guurtje Maarsse, zoon van Hendrik Bastiaan en Grietje Wind.
Raadslid ARP+CHU van 5-9-1939 tot 4-7-1941; van 3-9-1946 tot 6-9-1949; van 9-8-1951 tot 1-9-1953.

Bats-van Oort, Nora Aldegonda de, geboren Maastricht 16-8-1938, onderwijzeres, woonde Henri Dunantsingel 12 (1970), Willem de Rijkelaan 6 (1974), gehuwd met Felix Th. de Bats, dr. van Theodorus A. van Oort en Helena J.L. Leenarts.
Raadslid CCC van 1-9-1970 tot 3-9-1974 en CDA van 3-9-1974 tot 5-9-1978.

Bedeke, Jan Simme Godfried, geboren Amsterdam 16-12-1888, bankwerker, woonde Duinenbosch, overleden Castricum 19-9-1953, gehuwd met Johanna Schoen, zoon van Gerardus C. Bedeke en Trijntje de Groot.
Raadslid CPN van 3-9-1946 tot 6-9-1949.

Belgraver, Simon, geboren Hillegom 28-2-1910, werkte op labortorium van de Bataafse Petroleum Maatschappij (later Shell), hielp in het verzet, woonde aan de Stetweg, gehuwd met Willempje Roobel, zoon van Berend Belgraver en Dina Walst.
Raadslid ARP+CHU van 6-9-1949 tot 7-5-1951, bedankte als lid in verband met zijn vertrek naar Australië.

Berlee, Theodorus (Dirk), geboren Beverwijk 5-7-1901, verpleger, rooms-katholieke vakbondsbestuurder, toneelspeler, voorzitter Wit Gele Kruis, kwam in 1922 van Beverwijk, woonde Bakkummerstraat 85, vanaf januari 1953 voorzitter KVP-fractie, overleden Alkmaar 14-6-1961, gehuwd met Anna M. Schermer, zoon van Antonie Berlee en Francina Korsman.
Raadslid RKSP van 20-1-1937 tot 5-9-1939; KVP van 5-9-1939 tot 4-7-1941 en van 3-9-1946 tot 14-6-1961 (overleden).

Beijersbergen van Henegouwen, Andreas Hendricus Johannes (André), geboren ‘s-Gravenhage 29-10-1897, hoofdemployé PTT, woonde J. Catsstraat 20, overleden Castricum 25-6-1973, gehuwd met Geertruida M. Schutter, zoon van Johannes P.J. Beijersbergen van Henegouwen en Helena van Heijgen.
Raadslid KVP van 3-9-1946 tot 15-6-1949; CB van 6-9-1949 tot 23-1-1953; KVP van 1-9-1953 tot 2-9-1958.

Bollen, Johannes Jacobus (Jan), geboren te Amsterdam 4-9-1908, correspondent, woonde Kon. Julianastraat 12, overleden Bergen 4-4-1981, gehuwd met Bernardina J.H. Fransen, zoon van Johannes J. Bollen en Johanna van ‘t Loo.
Raadslid CB van 25-2-1953 tot 4-9-1962 en van 6-9-1966 tot 3-9-1974; wethouder van 1-9-1970 tot 21-1-1972 (neemt ontslag).

Boxtel, Wouterus Cornelis Anna Maria (Wouter) van, geboren Tilburg 3-12-1918, wethouder en locoburgemeester van Breda, burgemeester van Castricum, stopte in maart 1977, stond een aantal maanden op non-actief, woonde Stationsweg 3, verhuisde op 11 oktober 1977 naar Breda, aldaar overleden 18-11-1998, gehuwd met (1) Mathilda van Luijck, (2) Dina M.J. t’ Sas, zoon van Vincentius J.L. van Boxtel en Adriana J. Heerkens.
Burgemeester van 1-1-1969 tot 1-11-1977.

Buimer, Wiebe, geboren Dokkum 5-11-1894, verpleger, woonde Stetweg 15, vertrokken in 1958 naar Ede, gehuwd met Hendrika Bosch, zoon van Roelof Buimer en Jantje IJtsma.
Raadslid PvdA van 3-9-1946 tot 2-9-1958.

Deetman, Arie, geboren Den Haag 16-12-1931, afdelingsdirecteur bij een bank, oprichter Rotary Castricum-Limmen, woonde Mendelsohnlaan 15, overleden Castricum 18-9-1980, gehuwd met Geertruida M.C. Helmers, zoon van Jan W. Deetman en Adriana F. Zevenbergen.
Raadslid VVD van 19-11-1970 tot 27-4-1972, van 26-6-1976 tot 27-4-1978.

Eikelenboom, Adrianus (Adri), geboren Brandwijk 4-9-1899, hoofdverpleger bij Duin en Bosch, ontving koninklijke onderscheiding, woonde Dr. Jacobilaan 27, overleden Castricum 2-3-1990, gehuwd met Wilhelmina de Kluijver, zoon van Gerrit Eikelenboom en Ariaantje Brandt.
Raadslid ARP+CHU van 1-9-1953 tot 2-9-1958.

Gerkens, Gustav Gerardus, geboren Naarden 4-7-1919, assuradeur, woonde Burgemeester Zaalbergstraat 1, vertrokken 1963 naar Muiden, overleden Bussum 9-3-1992, gehuwd met Dorothé H.Y. Delachaux, zoon van Carl Gerkens en Meinoutje van Splunter.
Raadslid VVD van 2-9-1958 tot 21-4-1961.

Graaf, Engelbertus (Engel) de, geboren Castricum 10-1-1914, werkte bij personeelsvoorziening Hoogovens, voorzitter gymnastiekvereniging DOS, woonde op de Oude Haarlemmerweg, overleden Castricum 13-8-2005, gehuwd met Alida J. Visser, zoon van Pieter de Graaf en Anna Zonneveld.
Raadslid KVP 3-9-1946 tot 6-9-1949.

Gramberg-Huijbrechtse, Jacoba Margaretha (Gré), geboren Amsterdam 6-3-1923, kinderverzorgster, woont Anna van Burenstraat 7, gehuwd met Frederik Karel Gramberg, dochter van Franciscus J. Huijbrechtse en Maria E. Mossel.
Raadslid VVD van 25-1-1973 tot 25-3-1976.

Hageman, Cornelis Martinus, geboren Amsterdam 22-6-1925, had administratiekantoor, koninklijke onderscheiding in 1995, woont Heereweg 67, gehuwd met Annie M.C. Tuijnman, zoon van Gerardus C. Hageman en Francina C.M. Sul.
Raadslid KVP van 25-10-1962 tot 6-9-1966.

Hemert, Jan Petrus, geboren te Amsterdam 26-2-1928, leraar geschiedenis op Atheneum, voorzitter VVV Castricum-Bakkum, ontving koninklijke onderscheiding, woonde Kemphaan 9, overleden Uitgeest 14-7-2011, gehuwd met Geeske R. de Vries, zoon van Martinus C. van Hemert en Sybilla Eusman.
Raadslid D66 van 1-9-1970 tot 3-9-1974; CA van 1-5-1990 tot 14-4-1998; wethouder van 14-2-1972 en van 21-3-1994 tot 14-4-1998.

Hendrikse, Willem Marinus (Wim), geboren Amsterdam 17-1-1915, procuratiehouder bij reis- en passagebureau in Amsterdam, woonde Koningin Wilhelminalaan 26 (1962), overleden Bever-


Jaarboek 34, pagina 33

wijk 28-4-2004, gehuwd met Hendrika P.S. Rieuwerts, zoon van Marinus W. Hendrikse en Neeltje de Voogdt.
Raadslid PvdA van 4-9-1962 tot 1-9-1970; PB70-74 van 1-9-1970 tot 23-12-1970; wethouder van 6-9-1966 tot 1-9-1970 (openbare werken).

Hessing, Hendrik, geboren Arnhem 25-6-1923, belastingconsulent, woonde Prins Hendrikstraat 8, in 1962 vertrokken naar Leusden, gehuwd met Janny de Regt, zoon van Gerrit J. Hessing en Nennetje de Wilde.
Raadslid PvdA van 2-9-1958 tot 4-9-1962.

Hollaender, Christoph Andreas (Chris), geboren Naumburg a/d Saale (Duitsland) 26-12-1924, leraar Jac.P. Thijsse mavo, bestuurslid muziekschool, koninklijke onderscheiding in 1986, woonde Marshallstraat, De Loet 214, overleden Castricum 16-8-2009, gehuwd met Hildegard M. Hundt, zoon van Otto Hollaender en Hildegard Wollesen.
Raadslid PB70-74 van 28-1-1971 tot 30-3-1972 (in verband met benoeming tot rijksinspecteur L.O.)

Hoogenboom, ir. Georgius Hendrikus Adrianus, geboren Utrecht 1-4-1924, hoofd verkeersbureau gemeente e Amsterdam, koninklijke onderscheiding in 1983, woonde Baartven 1, vertrokken in 1990 naar Nijmegen, gehuwd met Adriana J. Kok, zoon van Hendericus Hoogenboom en Johanna M.A. Staatsen.
Raadslid CB van 28-1-1971 tot 30-8-1973.

Houtkamp, Leonardus Gerardus Maria (Leo), geboren Kampen 24-12-1919, kantoorbediende; procuratiehouder; boekhouder, woonde Prins Frederik Hendrikstraat 19, vertrokken in 1983 naar Spanje, gehuwd met Geertruida H. Zengerink, zoon van Gerardus Houtkamp en Apolonia G. Loogman.
Raadslid KVP van 4-9-1962 tot 25-9-1962.

Jacobs-Wentink, Grietje, geboren Heemskerk 30-10-1901, woonde Zeeweg 25 (1953), Dr. Jacobilaan 29 (1958), overleden Castricum 31-10-1992, gehuwd met Jacob H. Jacobs, dochter van Hendrik J. Wentink en Maartje Wezel. Jaarboekartikel Gré Jacobs-Wentink.
Raadslid PvdA van 3-9-1946 tot 10-10-1950; van 1-9-1953 tot 4-9-1962.

Janzen, Petrus Franciscus (Piet), geboren Heemstede 12-3-1915, chef wasserij op Duin en Bosch, ontving koninklijke onderscheiding, woonde Duinenbosch 12 (1961), Bakkummerstraat 45, overleden Amsterdam 23-2-1983, gehuwd met (1) Maria van Egmond, (2) Anna M. Borst, zoon van Leonardus P. Janzen en Johanna van der Linden.
Raadslid KVP van 15-9-1961 tot 4-9-1962; lijst Janzen (de rooms-katholieke Vrije Groepering) van 4-9-1962 tot 6-9-1966, KVP van 6-9-1966 tot 1-9-1970; PB70-74 van 1-9-1970 tot 3-9-1974; SPC van 3-9-1974 tot 5-9-1978 en CDA van 5-9-1978 tot 29- 4-1981; wethouder van 5-9-1978 tot 27-5-1981.

Jonker, Abram, geboren Velsen 5-4-1912, technisch opzichter, woonde Duinenbosch 3, vertrokken in 1954 naar Bloemendaal, gehuwd met Margot van Leersum, zoon van Martinus W. Jonker en Josina M. Roeland.
Raadslid PvdA van 21-12-1950 tot 1-9-1953.

Kaandorp, Johannes Wilhelm, geboren Castricum 14-6-1906, handelaar in kaas, woonde Pernéstraat 36 (1940), Torenstraat 27 (1953, 66), overleden Castricum 24-5-1992, gehuwd met Guurtruda Dekker, zoon van Arie Kaandorp en Maartje Brink.
Raadslid KVP van 3-9-1946 tot 4-9-1962; van 6-9-1966 tot 1-9-1970.

Kaper, Dirk, geboren Zaandam 3-5-1908, hoofd Bouwkundige Dienst van Duin en Bosch, architect, voorzitter woningbouwvereniging, woonde Schelgeest 43 (1962), Sans Souci (vanaf 1980), overleden Alkmaar 17-5-1990, gehuwd met Grietje Hoogendijk, zoon van Muus Kaper en Jannetje Kleijne.
Raadslid PCC van 4-9-1962 tot 1-9-1970 en CDA van 3-9-1974 tot 5-9-1978.

Klinkenbijl, Willy, geboren Tiel 22-11-1920, districtsinspecteurFord, woonde Prinses Irenestraat 20 (1962), vertrokken 27-12-1973 naar Blokker, gehuwd met Cornelia C.A. Rockx, zoon van Wouter Klinkenbijl en Bertha Gooij.
Raadslid Lijst Janzen van 4-9-1962 tot 6-9-1966.

Kooiman, Abraham, geboren IJsselmonde 17-9-1909, directeur districtsbureau bedrijfspensioenfonds van de Landbouw, inspecteur der Agrarische Sociale Fondsen, woonde Brakenburgstraat 30 (1962), J. de Moorstraat 3 (1966), Admiraal de Ruijterlaan 30 (1972), vertrokken op 8-4-1988 naar Delft, overleden in 1993, gehuwd met (1) Jenneke E. Stam en (2) Anna Geusebroek, zoon van Hendrik Kooiman en Gerdina L. Vogel.
Raadslid PCC van 4-9-1962 tot 1-9-1970; CCC van 1-9-1970 tot 29-10-1970; onafhankelijk van 2-11-1972 tot 3-9-1974; wethouder van 6-9-1966 tot 3-9-1974.

Kraakman, Jan, geboren Zuid-Scharwoude 26-1-1906, bakker, woonde Dorpsstraat 26 (1958) en 39 (1962), overleden Castricum 16-7-1973, gehuwd met Catharina M. Bruijn, zoon van Willem Kraakman en Guurtje Kos.
Raadslid KVP van 2-9-1958 tot 1-9-1970; wethouder van 6-9- 1966 tot 1-9-1970.

Kreijger, dr. ir. Pieter Job (Piet), geboren Soerakarta (Nederlands-Indië) 19-3-1931, werkte bij afdeling Research Hoogovens, koninklijke onderscheiding in 2001, woont Mozartlaan 16, gehuwd met Adri B. Vinke, zoon van Jan Kreijger en Maria Laaij.
Raadslid VVD van 22-6-1972 tot 3-9-1974.

Kuijper, ir. Andries, geboren Haarlem 20-12-1938, werkte bij Hoogovens, woonde Bommerscroft 6, vertrokken op 2-10-1972 naar Brummen in verband met benoeming hoofd Planologische Dienst in Gelderland, gehuwd met Hendrika J. Vrij, zoon van Andries Kuijper en Jansje Hendrikje Strating.
Raadslid CCC van 1-9-1970 tot 28-9-1972.

Martens, Adriaan Johan (Aad), geboren Venray 26-9-1938, gemeenteambtenaar van Alkmaar, woonde Dorpsstraat 106 (1970), Nachtegaal 11 (1982), gehuwd met Klasina Bouwman, zoon van Wilhelmus H. Martens en Geertruida M. de Ruyter.
Raadslid CCC van 19-11-1970 tot 3-9-1974; CDA van 27-5-1981 tot 1-5-1990; wethouder vanaf 26-3-1987 tot 1-5-1990.

Meij, Jacobus van der (Jaap), geboren Voorhout op 1-6-1894, baasknecht, woonde Duinweg 3, later Oude Haarlemmerweg 45, overleden Castricum 27-3-1966, gehuwd met Adriana M. Diemel, zoon van Gerardus van der Meij en Martha van Zon.
Raadslid KVP van 3-9-1946 tot 24-8-1954.


Jaarboek 34, pagina 34

Meijer, Gerrit, geboren Amsterdam 15-11-1907, procuratiehouder, ontving koninklijke onderscheiding, woonde Koningin Julianastraat 31, overleden Castricum 5-4-1982, gehuwd met Adriana Johanna van Spaandonck, zoon van Popke Meijer en Boukje Ponne.
Raadslid PvdA van 3-9-1946 tot 1-9-1970; wethouder van 3-9-1946 tot 1-9-1953, van 30-9-1955 tot 6-9-1966.

Mooijman, Alfons Julian Saïdjah (Fons), geboren Haarlem 24-8-1926, arbeidsdeskundige, woont Jan van Brakellaan 21, gehuwd met Louisa C. Rodenburg (raadslid van 1979-1982), zoon van Jan Mooijman en Petronella van Oosterhout.
Raadslid PvdA van 1-9-1970 tot 30-9-1971; van 3-9-1974 tot 5-9-1978.

Mulder, Jacobus Willem (Jacques), geboren Castricum 13-5-1941, lid van het bestuurscollege van het psychiatrisch ziekenhuis Langeveld te Noordwijk, woonde Beverwijkerstraatweg 58, later Heereweg, gehuwd met Martha de Reus, zoon van Wilhelm H. Mulder en Alida Brakenhoff.
Raadslid PPR van 1-9-1970 tot 3-9-1974; wethouder van 25-9-1970 tot 3-9-1974.

Noortman, Jan Willem, geboren Velsen 21-12-1931, markettingmanager, woonde Meidoornlaan 9, vertrokken op 29-9-1989 naar Amsterdam, gehuwd met Eline A. van der Vliet, zoon van Christiaan Noortman en Johanna H. van den Berge.
Raadslid VVD van 1-9-1970 tot 21-12-1972.

Poeze, Harry Albert, geboren Loppersum 20-10-1947, politicoloog, woonde W. de Zwijgerlaan 64 (1978), nu Stetweg 21, gehuwd met Hinderkien (Henny) Huisman, zoon van Eeltje Poeze en Antje Reuvers.
Raadslid PvdA van 28-10-1971 tot 7-9-1982; wethouder van 3-9-1974 tot 5-9-1978.

Res, Cornelis (Cor), geboren Castricum 23-5-1904, bloembollenhandelaar, bestuurslid Boerenleenbank, woonde Ruiterweg 1a (1954), Zanderijweg 6 (1966), Schubertplantsoen 4 (1970), overleden Castricum 3-11-1981, gehuwd met (1) Maria G. de Wildt; (2) Cornelia Mater, zoon van Martinus Res en Catharina Beekman.
Raadslid KVP van 9-8-1949 tot 6-9-1949 en van 26-10-1954 tot 2-9-1958; CB van 6-9-1966 tot 23-12-1970 en van 27-9-1973 tot 3-9-1974.

Slinger, Cornelis Ernst (Cees), geboren Alkmaar 19-5-1929, personeelschef, jazzpianist, woonde Zoutmanlaan 16, vertrokken op 14-7-1975 naar ’s-Gravenhage, gehuwd met (1) Thekla Laetitia Bor, (2) Marilyn Joyce Johnson, zoon van Cornelis Ernst Slinger en Geertruida Janna van Wijk.
Raadslid CB van 28-1-1971 tot 22-1-1972.

Smeets, Cornelius Franciscus (Corneille), geboren Posterholt (Limburg) 12-11-1903, gemeentesecretaris van Assendelft, burgemeester, ontving koninklijke onderscheiding, woonde in de ambtswoning aan de Stationsweg, later aan de Adm. de Ruyterlaan, overleden Castricum 23-2-1978, trouwt met Cornelia M. Koot, zoon van Frans J.I. Smeets en Maria A.H.G. Ketels.
Burgemeester van 15-11-1945 tot 1-12-1968, ereburger van Castricum in 1968.

Stam, Lambertus Willem (Bert), geboren Koog aan de Zaan 6-5-1938, leraar, woonde Laanacker 16, vertrokken op 9-12-1976 naar Wieringen, achtereenvolgens burgemeester van Wieringen, Schagen en Vlaardingen, overleden Vlaardingen 11-9-2010, gehuwd met Wijnanda R.W.L. van den Brink, zoon van Dirk Stam en Antje Kraaij.
Raadslid PvdA van 1-9-1970 tot 16-10-1976; wethouder van 3-9-1974 tot 16-10-1976.

Stam, ir. Willem, geboren Wormerveer 16-11-1922, civiel ingenieur, woonde sinds 1960 in Bakkum (Heereweg 69), in 1975 vertrokken naar Spanje, gehuwd met Eva J. de Gooijer, zoon van Frederik Stam en Alida Woudt.
Raadslid BP van 6-9-1966 tot 25-10-1966; PR van 25-10-1966 tot 1-9-1970; CB van 1-9-1970 tot 23-12-1970 en van 3-2-1972 tot 3-9-1974.

Stiemer, Klaas, geboren Purmerend 27-11-1901, kwam in 1938 van Velsen, had beddenwinkel in de Burgemeester Mooijstraat 6, overleden Heemskerk 6-2-1972, gehuwd met Cornelia A. Vader, zoon van Dirk Stiemer en Maria Boots.
Raadslid KVP van 6-9-1949 tot 4-9-1962.

Twisk, Hendrik (Henk), geboren Castricum 16-6-1897, landbouwer, veehouder, woonde eerst op boerderij Johanna’s Hof, later op de Bleumerweg 12, overleden Castricum 19-8-1979, gehuwd met Dieuwertje Schouten, zoon van Willem Twisk en Agie Levering.
Raadslid KVP van 3-9-1946 tot 4-9-1962.

Veldhuisen, Herman, geboren Amsterdam 14-6-1902, magazijnmeester, woonde Nuhout van der Veenstraat 37 (1953), Geelvinckstraat 26 (1958), overleden Castricum 25-3-1970, gehuwd met Alida J. Mooij, zoon van Herman Veldhuisen en Jentje de Pree.
Raadslid CB van 1-9-1953 tot 4-9-1962.

Veldt, Nicolaas (Klaas), geboren Castricum 28-6-1901, landbouwer, veehouder, medeoprichter Vitesse, polderbestuurder, eerste voorzitter Werkgroep Oud-Castricum, voorzitter De Boogaert, ontving koninklijke onderscheiding, woonde Brakersweg 22, overleden Castricum 16-4-1985, gehuwd met Johanna J. Neelissen, zoon van Pieter Veldt en Grietje Zonneveld. Jaarboekartikel Klaas Veldt.
Raadslid KVP van 3-9-1946 tot 6-9-1966; wethouder van 1-9-1953 tot 6-9-1966

Verhoef-Defourny, Johanna Christina, geboren Den Helder 24-1-1907, leidster van de gezinsverzorging, voorzitter katholieke bejaardenbond, presidente katholieke vrouwengilde, woonde Prinses Bernhardstraat 12, vertrokken op 2-1-1973 naar Terneuzen, gehuwd met Willem J.F.H. Verhoef, dochter van Johannes Chr. Defourny en Gesina de Groot.
Raadslid KVP van 6-9-1949 tot 1-9-1970.

Verkerk, mr. Jan, geboren Alkmaar 17-3-1910, advocaat, ontving koninklijke onderscheiding, woonde Beverwijkerstraatweg 140, vertrokken in 1980 naar Amstelveen, gehuwd met Eva J. Benders, zoon van Otto J. Verkerk en Johanna M. Winkelaar.
Raadslid VVD van 2-9-1958 tot 29-10-1970.

Vries-Evenblij, Hendrika H.F. de, geboren Zaandam 17-4-1911, woonde Vondelstraat 33, vertrokken op 1-8-1973 naar Nieuw-leusen, gehuwd met Johannes de Vries (raadslid 1962-1970), dochter van Hendrik Evenblij en Hermina F. Metselaar.
Raadslid VVD van 31-5-1961 tot 4-9-1962.

Vries, Johannes de, geboren Amsterdam 21-7-1908, hoofdcommies ter secretarie der gemeente Amsterdam, woonde Vondelstraat 33, vertrokken op 1-8-1973 naar Nieuwleusen, gehuwd met Hendrika H.F. Evenblij (raadslid 1961-62), zoon van Andries de Vries en Cato Momber.
Raadslid VVD van 4-9-1962 tot 1-9-1970.

Vries, Pieter de (Piet), geboren Castricum 20-1-1883, metselaar, arbeider, landbouwer, ere-voorzitter KAB, woonde aan de Vinkebaan 8, 1e Groenelaan 36, vanaf 1955 Beverwijk, overleden Heemskerk 2-5-1960, gehuwd met Anna Zonneveld, zoon van Cornelis de Vries en Antje Castricum.
Raadslid rooms-katholieke Bond van Overheidspersoneel van 4-9-1923 tot 6-9-1927; RKSP van 6-9-1927 tot 5-9-1939; KVP van 5-9-


Jaarboek 34, pagina 35

1939 tot 4-7-1941 en van 3-9-1946 tot 8-11-1955; wethouder  van 1-9-1931 tot 5-9-1939 en van 3-9-1946 tot 30-9-1955.

Wagenaar-Maan Voogd Bergwerf, Petronella (Nel), geboren Vlaardingen 11-1-1932, woonde Kleibroek 56 (1970), Händelstraat 18 (1984), Burgemeester Nieuwenhuijsenstrat 43 Limmen; overleden Limmen 23-9-1999, gehuwd met Bernard W. Wagenaar, dochter van Alewijn Maan Voogd Bergwerf en Maartje S. Schouten.
Raadslid VVD van 1-9-1970 tot 25-5-1976; van 26-4-1984 tot 29-4-1986; van 26-6-1986 tot 1-5-1990; wethouder van 1-9-1970 tot 3-9-1974.

Wentink-Beusman, Marie (Marie), geboren Castricum 30-9-1910, woonde Zeeweg 1 (1962), overleden Beverwijk 16-10-1985, gehuwd met Hendrik Jan Wentink, dr. van Frederik Beusman en Jannetje Schoen.
Raadslid PvdA van 4-9-1962 tot 1-9-1970.

Wokke, Hendrik Pancratius (Henk), geboren Castricum 12-5-1935, kruidenier, ondernemer, voorzitter VVV, voorzitter Rabobank, voorzitter stichtingsbestuur zwembad, ereburger van Castricum (1987), woonde Bakkummerstraat 50, Bloemgaarde 33 (1978, 86), had tijdelijk een Centra-winkel in plan Molendijk als voorloper van Geesterduin, vertrokken op 9-4-1987 naar Marken, werd per 1-3-1987 burgemeester van Marken, en per 16-12-1990 burgemeester van Wervershoof, gehuwd met Maria J. Hes, zoon van Johannes Wokke en Anna Tromp.
Raadslid CCC van 1-9-1970 tot 3-9-1974; CDA van 3-9-1974 tot 26-2-1987; wethouder van 3-9-1974 tot 26-3-1987.

Zandbergen, Jan Wilhelmus, geboren Castricum 31-12-1917, commies bij de Rijksverzekeringsbank te Amsterdam, arbeidstherapeut bij Willibrordusstichting, sloeg eerste paal 500e woning Stichting Eigen Woningbezit (1989), woonde Nuhout van der Veenstraat 13, overleden Castricum 25-9-1995, gehuwd met Gertruda Th. van den Eijnde, zoon van Hendricus J. Zandbergen en Catharina Rijpstra.
Raadslid KVP van 13-12-1955 tot 4-9-1962; lijst Janzen van 4-9-1962 tot 6-9-1966; KVP van 6-9-1966 tot 1-9-1970 en PB70-74 van 27-4-1972 tot 3-9-1974.

Zonneveld, Adrianus (Arie), geboren Castricum 27-7-1917, bloembollenkweker, conciërge, woonde aan de Heereweg 65, overleden Heemskerk 26-12-1976, gehuwd met Maria Lute, zoon van Lourens Zonneveld en Maria M. Delis.
Raadslid BP van 9-6-1966 tot 25-10-1966; PR van 25-10-1966 tot 1-9-1970.

29 augustus 2022

Gemeentebestuur 1919 – 1946, 2e deel (Jaarboek 33 2010 pg 21-32)

Niets uit deze publicatie mag worden overgenomen zonder toestemming van de Stichting Werkgroep Oud-Castricum.


Jaarboek 33, pagina 21

Het gemeentebestuur van Castricum tussen twee fusies:

de fusie met Bakkum in 1812 en de fusie met Limmen en Akersloot in 2002 (deel 2)

2e deel: periode 1919-1946

Het tweede artikel over het gemeentebestuur van Castricum behandelt de periode 1919 tot 1946. In 1919 is een nieuwe kieswet van kracht geworden, waardoor er veel verandert in de verkiezing van de raadsleden en wethouders. Tijdens de Tweede Wereldoorlog wordt in 1941 de gemeenteraad buiten spel gezet. Pas in september 1946 is weer een nieuw gekozen gemeenteraad in functie.

Op 1 januari 1919 telt Castricum 4.185 inwoners. Dit aantal loopt gestaag op naar 8.964 inwoners op 1 januari 1942. Binnen twee jaren moeten veel inwoners op last van de bezetter evacueren, waardoor Castricum op 1 januari 1944 officieel nog 3.009 inwoners telt. In de daaraan volgende twee jaar keren er velen weer terug. Op 1 januari 1946 heeft de gemeente weer 6.625 inwoners.

Een nieuwe Kieswet van 1919

Het in de 19e eeuw geldende censuskiesrecht had tot gevolg dat het aantal kiesgerechtigden relatief gering was, want alleen mannen die een goed inkomen hadden, mochten stemmen. Slechts zeer langzaam werd het kiesrecht uitgebreid, omdat de gegoede burgers, vooral liberalen en conservatieven, de dienst uitmaakten. Zij voelden niets voor een toenemende invloed van de arbeidersbeweging op het bestuur. Ook vanuit religieuze kringen was er een beweging om het kiesrecht uit te breiden, mede om via wetgeving een einde te maken aan de ongelijkheid in de financiering van het onderwijs. Het openbare onderwijs kreeg geld uit de staatskas, terwijl particuliere rooms-katholieke en protestants-christelijke scholen geen subsidie kregen.

Uitbreiding van het kiesrecht was een belangrijke doelstelling van de in 1879 opgerichte Anti-Revolutionaire Partij (ARP), de eerste politieke partij in ons land. Ook vanuit de arbeidersbeweging, die in de 19e eeuw ten gevolge van de industrialisatie was ontstaan, was er een sterke behoefte om meer invloed te krijgen. Veel arbeiders verdienden niet genoeg om hun stem te mogen uitbrengen. In 1894 verenigden de arbeiders zich in de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) met het voornaamste doel om algemeen kiesrecht te bereiken. Door wetswijzigingen in 1887 en 1896 was weliswaar de leeftijd om te mogen stemmen verhoogd naar 25 jaar, maar de financiële drempel aanzienlijk verlaagd met het gevolg dat nu aanzienlijk meer mannen mochten stemmen.

In Castricum was het aantal stemgerechtigden in 1882 voor de gemeenteraad 96 (circa 6 procent van de bevolking), in 1894 waren dat er 143 (circa 8 procent) en in 1915 was het aantal toegenomen tot 504 stemgerechtigden (circa 13 procent).

Uiteindelijk bracht de Kieswet van 1919 algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen en de plicht om te stemmen (deze opkomstplicht werd in 1970 weer afgeschaft). De nieuwe wet bracht veel veranderingen. De raadsleden werden gekozen voor een periode van vier jaar. Vóór de te houden verkiezingen werden de kandidaten van een bepaalde groep of partij op verkiezingslijsten samengebracht. Voor een tussentijdse opvolging werden geen verkiezingen meer gehouden, maar werd de eerstvolgende op de betreffende lijst benoemd. De wethouders werden door en uit de raad gekozen op het moment dat een nieuw gekozen gemeenteraad aantrad. Op de eerste dinsdag in september van het verkiezingsjaar legden de nieuwe en herkozen raadsleden de eed of gelofte af en werden geïnstalleerd in de gemeenteraad. Daarna volgde in dezelfde vergadering de verkiezing en benoeming van de wethouders.

Politieke partijen

Aanvankelijk worden in 1919 bij de verkiezingen nog geen namen van partijen genoemd, maar slechts namen van de lijstaanvoerders. In de jaren die volgen, worden de lijsten gekoppeld aan politieke partijen. Meestal gaat het hierbij om een landelijke partij, soms om een plaatselijke groepering.

De landelijke politieke partijen zijn aan het einde van de 19e eeuw ontstaan en vertegenwoordigen vier politieke zuilen: de Rooms-Katholieke Staatspartij (RKSP) voor de katholieken, de Anti-Revolutionaire Partij (ARP) en de hiervan in 1898 afgescheiden Christelijk-Historische Unie (CHU) voor de protestants-christelijken, de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) voor de arbeiders en de Liberale Unie voor de liberalen. Als afscheiding van de linkervleugel van de laatstgenoemde partij wordt in 1901 de Vrijzinnig-Democratische Bond (VDB) opgericht. Ook in Castricum is deze partij actief.

Castricum, met voor het overgrote deel een rooms-katholieke bevolking, stemt massaal op de kandidaten van de RKSP.

De raadsperiode van september 1919 tot september 1923 (7 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 20 mei 1919. Er zijn drie lijsten: de Rooms-Katholieke Staatspartij haalt 5 zetels, de combinatie CHU+ARP 1 en de SDAP 1 zetel. Er worden 695 stemmen uitgebracht. De beëdiging van de raadsleden is op 2 september 1919.


Jaarboek 33, pagina 22

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Lommen, P.H.L.J. gedurende periode van 1-8-1918 tot 10-11-1936 (overleden)

Raadsleden:
Kuijs, G. zetel a, RKSP, gedurende periode van 7- 9-1909 tot 1-9-1931
Kuijs, P. zetel b, RKSP, gedurende periode van 27-7-1910 tot 4-9-1923
Spaansen, C. zetel c, RKSP, gedurende periode van 5-3-1913 tot 11-12-1925 (overleden)
Zandbergen, H.J. zetel d, RKSP, gedurende periode van 2-9-1919 tot 6-9-1927
Schuijt, Jb. zetel e, RKSP, gedurende periode van 4-9-1917 tot 11-6-1920
Twisk, P. zetel e, RKSP, gedurende periode van 9-7-1920 tot 3-9-1935
Middelveld, G. zetel f, CHU+ARP, gedurende periode van 2-9-1919 tot 4-9-1923
Schipper, H. zetel g, SDAP, gedurende periode van 2-9-1919 tot 13-6-1930

Toelichting tabel:
De kleine letters a t/m g geven de zetels aan van de zeven raadsleden. Als een raadslid wordt vervangen binnen een raadsperiode, dan geldt voor zijn opvolger dezelfde letter. De begin- en einddatum vermelden de periode van genoemd raadslid binnen de behandelde raadsperiode.

Wethouders:
De twee wethouders gedurende deze raadsperiode zijn P. Kuijs en C. Spaansen.

 Petrus H.L.J. Lommen van 1918 tot zijn overlijden in 1936 burgemeester van Castricum.
Petrus H.L.J. Lommen van 1918 tot zijn overlijden in 1936 burgemeester van Castricum.

De samenstelling van de gemeenteraad begint te veranderen. Waren de raadsleden in de voorgaande periode bijna uitsluitend veehouder, nu zien we twee verplegers van Duin en Bosch (Zandbergen en Schipper) en een kantoorbediende (Middelveld) in de gemeenteraad gekozen.

Ook door de komst van 32-jarige burgemeester Petrus Lommen op 1 augustus 1918 gaat er veel veranderen. In zijn ambtsperiode worden nieuwe wegen aangelegd en ontstaan nieuwe woonwijken. Hij stimuleert de oprichting van een elektriciteitsbedrijf, de reorganisatie van het gasbedrijf en de bouw van een nieuwe openbare lagere school. Burgemeester Lommen, afkomstig uit een fabrikantenfamilie in Tilburg, is de eerste bewoner van de ambtswoning die in 1919 aan de Stationsweg wordt gebouwd. Hij overlijdt op 10 november 1936 op 51-jarige leeftijd.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • Bouw van de villa’s aan de Stationsweg
  • Bouw van de woningen aan de Dr. Ramaerlaan en Van Duurenlaan en de eerste woningen van de woningbouwvereniging Sint-Joseph aan de Mient.
  • Oprichting in 1919 van de VVV ‘Castricum Vooruit’.
  • Bouw in 1920 van de rooms-katholieke Augustinusschool aan de Dorpsstraat.

De raadsperiode van september 1923 tot september 1927 (11 raadszetels)

Bij het passeren van de grens van 3.000 inwoners wordt het aantal raadsleden uitgebreid tot 11.

De verkiezingen worden gehouden op 17 mei 1923. Voor de katholieken is er naast de Rooms-Katholieke Staatspartij ook een lijst van de rooms-katholieke Bond van overheidspersoneel; zij halen respectievelijk 7 en 2 zetels. De overige 2 zetels gaan naar de SDAP. Er zijn 1494 stemmen uitgebracht.


Jaarboek 33, pagina 23

Gemeenteraad met burgemeester P.H.L.J. Lommen (1918-1936).
Gemeenteraad met burgemeester P.H.L.J. Lommen (1918-1936).
Links van hem gemeentesecretaris Van Lunen. Van links naar rechts staand B. Res Wzn, G. Kuijs, P. Twisk, J. de Nijs, H. Schipper, T. Hellinga, F.J. Aukes, P. de Vries, notulist G. Louter junior. Zittend van links naar rechts H. Hemmer, G. Louter senior, burgemeester P.H.L.J. Lommen, secretaris N.A. Lunen, en het eerste vrouwelijke raadslid G. Kuijs-Piepers. Foto uit 1930.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Lommen, P.H.L.J. gedurende periode van 1-8-1918 tot 10-11-1936 (overleden)

Raadsleden:
Kuijs, G. zetel a, RKSP, gedurende periode van 7-9-1909 tot 1-9-1931
Spaansen, C. zetel b, RKSP, gedurende periode van 5-3-1913 tot 11-12-1925 (overleden)
Beentjes, P. zetel b, RKSP, gedurende de periode 8-1-1926 tot 6-9-1927

Twisk, P. zetel c, RKSP, gedurende periode van 9-7-1920 tot 3-9-1935
Hemmer, H. zetel d, RKSP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 27-6-1938
Liefting, A. zetel e, RKSP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 24-4-1928
Louter, G. zetel f, RKSP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 1-9-1931
Poel, C. zetel g, RKSP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 2-5-1927
Res, B. zetel g, RKSP, gedurende periode van 2-5-1927 tot 3-9-1939
Schipper, H. zetel h, SDAP, gedurende periode van 2-9-1919 tot 13-6-1930
Hellinga, T. zetel i, SDAP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 18-9-1941
Zandbergen, H.J. zetel j, rooms-katholieke Bond overheid, gedurende periode van 2-9-1919 tot 6-9-1927
Vries, P. de zetel k, rooms-katholieke Bond overheid, gedurende periode van 4-9-1923 tot 4-7-1941

Wethouders:
De 2 wethouders gedurende deze raadsperiode zijn G. Kuijs en C. Spaansen. Na het overlijden van laatstgenoemde wordt H. Hemmer vanaf 8-1-1926 wethouder.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • De stoomtram Alkmaar-Velsen maakt zijn laatste rit (1923)
  • Opening laatste deel van de Zeeweg (1925).
  • Vereniging Sint-Joseph bouwt 14 woningen aan de Hoogevoort.

Jaarboek 33, pagina 24

De raadsperiode van september 1927 tot september 1931 (11 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 18 mei 1927. Er zijn vier lijsten: de RKSP haalt 8 zetels, de SDAP 2 en de Vrijzinnig-Democratische Bond (VDB) 1 zetel. Het aantal kiesgerechtigden is 1880 personen. Er worden 1700 stemmen uitgebracht.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Lommen, P.H.L.J. gedurende periode van 1-8-1918 tot 10-11-1936 (overleden)

Raadsleden:
Kuijs, G. zetel a, RKSP, gedurende periode van 7-9-1909 tot 1-9-1931
Twisk, P. zetel b, RKSP, gedurende periode van 9-7-1920 tot 3-9-1935
Hemmer, H. zetel c, RKSP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 27-6-1938

Liefting, A. zetel d, RKSP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 24-4-1928
Kuijs-Piepers, G. zetel d, RKSP, gedurende periode van 24-4-1928 tot 1-9-1931
Louter, G. zetel e, RKSP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 1-9-1931
Vries, P. zetel f, RKSP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 4-7-1941
Res, B. zetel g, RKSP, gedurende periode van 2-5-1927 tot 3-9-1939
Res, G.F. zetel h, RKSP, gedurende periode van 6-9-1927 tot 19-12-1927
Nijs, J. de. zetel h, RKSP, gedurende periode van 19-12-1927 tot 5-9-1939
Schipper, H. zetel i, SDAP, gedurende periode van 2-9-1919 tot 13-6-1930
Westerman, J.H. zetel i, SDAP, gedurende periode van 29-8-1930 tot 1-9-1931
Hellinga, T. zetel j, SDAP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 18-9-1941
Aukes, F.J. zetel k, VDB, gedurende periode van 6-9-1927 tot 8-4-1937

Wethouders:
De twee wethouders gedurende deze raadsperiode zijn H. Hemmer en G. Louter.

Guurtje Kuijs - Piepers (1879 - 1942) de eerste vrouw in de Castricumse gemeenteraad.
Guurtje Kuijs-Piepers (1879-1942) de eerste vrouw in de Castricumse gemeenteraad.

De eerste vrouw in de gemeenteraad

Na het vertrek van Arie Liefting uit de gemeenteraad wordt voor het eerst in de geschiedenis een vrouw benoemd in de Castricumse gemeenteraad: Guurtje Kuijs-Piepers. Bij haar installatie in de gemeenteraad op 24 april 1928 houdt burgemeester Lommen de volgende toespraak:

Mevrouw, mede namens Uwe mede-collega’s Raadsleden wensch ik U geluk met Uw toetreding tot den Raad. Gij zijt de eerste vrouw, die hare intrede in Castricum’s Raad doet; de historie alhier kende dit feit nog niet. Begrijpelijk is het daarom, dat de verwachtingen hoog zijn gespannen. Ik houd er mij van overtuigd, dat de Gemeentebelangen door U met liefde zullen worden gediend; het doet mij genoegen in U iemand aan te treffen, die zich niet enkel in den verkiezingsstrijd candidaat laat stellen, maar de consequentie daarvan durft aanvaarden. Ik vertrouw, dat U in samenwerking met Uw Collega’s veel in het belang van Castricum moogt tot stand brengen en dat Uw lidmaatschap moge strekken tot zegen van deze Gemeente en U voldoening moge geven.”

Als eerste vrouwelijke raadslid is naar Guurtje Kuijs-Piepers een straat genoemd.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • De stedenbouwkundige De Casseres wordt in 1928 aangesteld voor de opstelling van een uitbreidingsplan van de gemeente.
  • Het Kampeerterrein Bakkum wordt in 1928 officieel in bedrijf gesteld.
  • Woningen aan het eerste deel van de Koningin Wilhelminalaan en het eerste deel van de Geelvinckstraat tot aan de geplande Pernéstraat worden gebouwd.
  • Aanleg van een nieuwe brug bij de Limmervoort en de bouw van badhotel ‘Armeria’ aan het strand.
  • In 1930 wordt door de gemeenteraad een groot aantal nieuwe straatnamen vastgesteld; onder andere de toen zo geheten Rijksstraatweg wordt in drie delen opgesplitst met de nieuwe namen Alkmaarderstraatweg, Dorpsstraat en Beverwijkerstraatweg. De Bakkummerweg wordt in meerdere delen opgesplitst, die afzonderlijk gaan heten Torenstraat, Ruiterweg, Vinkebaan, Bakkummerstraat en Van Oldenbarneveldweg.
  • Gijsbertus van Oostwaard volgt in 1930 pastoor Theodorus Engering op.

Jaarboek 33, pagina 25

De raadsperiode van september 1931 tot september 1935 (11 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 10 juni 1931. Er zijn vijf lijsten: de RKSP en de Vrije Lijst halen beide 4 zetels, de SDAP, de VDB en de combinatie CHU + ARP halen elk 1 zetel. De Vrije Lijst is een afsplitsing van plaatselijke RKSP. Er worden 1883 stemmen uitgebracht.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeester:
Lommen, P.H.L.J. gedurende periode van 1-8-1918 tot 10-11-1936 (overleden)

Raadsleden:
Hemmer, H. zetel a, RKSP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 27-6-1938
Vries, P. zetel b, RKSP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 4-7-1941
Nijs, J. de. zetel c, RKSP, gedurende periode van 19-12-1927 tot 5-9-1939
Spaansen, C.P. zetel d, RKSP, gedurende periode van 1-9-1931 tot 3-9-1935
Twisk, P. zetel e, Vrije Lijst, gedurende periode van 9-7-1920 tot 3-9-1935
Res, B. zetel f, Vrije Lijst gedurende periode van 2-5-1927 tot 5-9-1939
Borst, P.M. zetel g, Vrije Lijst, gedurende periode van 1-9-1931 tot 4-7-1941
Res, G.F. zetel h, Vrije Lijst, gedurende periode van 1-9-1931 tot 5-9-1939
Hellinga, T. zetel i, SDAP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 18-9-1941
Aukes, F.J. zetel j, VDB, gedurende periode van 6-9-1927 tot 8-4-1937
Weenk, P. zetel k, CHU+ARP, gedurende periode van 1-9-1931 tot 3-9-1935

Wethouders:
De twee wethouders gedurende deze raadsperiode zijn H. Hemmer en P. de Vries.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • Bouw van de jeugdherberg Koningsbosch.
  • Woningbouw aan de Torenstraat en de Pernéstraat.
  • Een steunregeling aan werklozen en tuinders is vastgesteld.
  • Provinciale weg Uitgeest-Limmen gereed.
  • Lagere school aan de Schoolstraat afgebroken.
    Nieuwe Centrale Openbare Lagere school aan de Bakkummerstraat gebouwd.
  • Kindertehuis St.-Antonius gebouwd.

De raadsperiode van september 1935 tot september 1939 (11 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 12 juni 1935. Er zijn vijf lijsten: de Vrije Lijst haalt 5 zetels, de RKSP haalt 3 zetels, de SDAP 2 en de VDB 1 zetel.

Het aantal kiesgerechtigden is 2.395 personen. Er worden 2201 stemmen uitgebracht.

De voltallige gemeenteraad bij de installatie van burgemeester Sloet in 1937. V.l.n.r. staand
G.F. (Gerrit) Res, P.M. (Piet) Borst, B. (Nardus) Res, F.J. Aukes, T. Hellinga, mevr. E. Bakker -  Pieters, P.C.W. (Piet) de Wildt,  J. (Jan) de Nijs en Th. (Dirk) Berlee. Zittend P. (Piet) de Vries (wethouder), H. Hemmer (wethouder), burgemeester Sloet met hoogstwaarschijnlijk zijn moeder en N.A. van Lunen (gemeente-secretaris).
De voltallige gemeenteraad bij de installatie van burgemeester Sloet in 1937. Van links naar rechts staand G.F. (Gerrit) Res, P.M. (Piet) Borst, B. (Nardus) Res, F.J. Aukes, T. Hellinga, mevrouw E. Bakker-Pieters, P.C.W. (Piet) de Wildt, J. (Jan) de Nijs en Th. (Dirk) Berlee. Zittend P. (Piet) de Vries (wethouder), H. Hemmer (wethouder), burgemeester Sloet met hoogstwaarschijnlijk zijn moeder en N.A. van Lunen (gemeente-secretaris).

Jaarboek 33, pagina 26

De gasfabriek strijdpunt bij de verkiezingen

Een kleine groep ingezeten onder aanvoering van Gerrit Res voert eind 1930 actie tot opheffing van de gemeentelijke gasfabriek en pleit voor directe levering van hoogovengas door Beverwijk en voor levering van stroom door het PEN. De directeur van de gasfabriek, Jac. van Hoeve, maakt een kostenvergelijking, waaruit blijkt dat er beslist geen financieel voordeel verbonden is aan gaslevering door Beverwijk. Verder wijst Van Hoeve op het belang dat de gemeente heeft bij het bezitten van een eigen zelfstandig productiebedrijf.

De gemeenteraad staat unaniem achter de directeur; de raad vindt ook het sociale aspect van de gasfabriek van belang, met name het feit dat er in deze crisistijd werk geboden wordt aan tien personen in vaste dienst en er ook steeds werk is voor losse arbeiders. Bovendien wordt jaarlijks 7000 hectoliter cokes verkocht aan vooral de kleine man, voor 20 cent per hectoliter minder dan in Beverwijk. Tegen de directe stroomlevering door het PEN heeft de gemeenteraad geen principiële bezwaren, maar wel tegen de manier waarop het PEN dit bedrijf in handen tracht te krijgen door zeer hoge stroomtarieven en de onwil om het aflopende contract te verlengen.

Met de gaskwestie ontbrandt de verkiezingsstrijd voor de te houden gemeenteraadsverkiezingen van juni 1931 in volle hevigheid. De rooms-katholieke kiesvereniging met Gerrit Res als een van de voormannen en kandidaat voor de gemeenteraad wil een nieuw en onpartijdig onderzoek naar de levering van gas en elektriciteit; deze kiesvereniging stelt op 18 februari 1931 een eigen commissie van onderzoek in bestaande uit de heren Gerrit Res en Piet de Wildt.

Bij voortduring zijn er pogingen van Res in het werk gesteld om te komen tot opheffing van de gasfabriek: door de directeur van corruptie te beschuldigen en door rapporten van de directeur van het gasbedrijf te Beverwijk te overleggen met vernietigende kritiek op het beheer van het gasbedrijf te Castricum. Bovendien zijn geruchten in omloop gebracht dat er hier geknoeid wordt en ook zelfs dat Van Hoeve wegens fraude is gearresteerd.

Telkens blijkt uit onderzoek van onpartijdige deskundigen dat er geen sprake is van corruptie of fraude en dat het voor Castricum goedkoper is om de eigen gasfabriek in bedrijf te houden.

Inmiddels is wel het nodige wantrouwen gezaaid en is het dorp verdeeld in voor- en tegenstanders. Door beide groepen worden huis-aan-huis-pamfletten verspreid. De gaskwestie leidt tenslotte tot een scheuring in de Rooms-Katholieke Staatspartij. De groep, die zich voorstander blijft tonen van levering van stroom door het PEN en gas door Beverwijk, gaat met een vrije lijst onder aanvoering van Gerrit Res de verkiezingen in. De nieuwe raad, die op 1 september 1931 wordt geïnstalleerd, is ingrijpend gewijzigd; van de acht zetels in de oude raad heeft de Rooms-Katholieke Staatspartij er vier moeten afstaan aan de Vrije Groep, ook wel de vrije lijsters genoemd. Naar de Vrije Groep zijn overgestapt uit de oude raad de raadsleden Nardus Res en Piet Twisk; nieuw gekozen daarin zijn Gerrit Res en Piet Borst. Voor de Rooms-Katholieke Staatspartij zijn gekozen de heren Jan de Nijs, Hendrik Hemmer, Piet de Vries en Cor Spaansen.

Een van de pamfletten in de heftige strijd tussen voor- en tegenstanders voor aansluiting bij het PEN en het gasbedrijf Beverwijk.
Een van de pamfletten in de heftige strijd tussen voor- en tegenstanders voor aansluiting bij het PEN en het gasbedrijf Beverwijk.

De Vrije Groep laat geen gelegenheid onbenut om het gasbedrijf te dwarsbomen; elk verzoek om uitbreiding of verbetering van het bedrijf wordt tegengewerkt. De beide heren Res maken vanaf 1 september 1931 ook deel uit van de commissie voor de bedrijven, waarin zij zich maximaal inspannen om de beëindiging van het bedrijf te bespoedigen.

De meerderheid van de raad is echter voorstander van een gemeentelijk gasbedrijf. Hierdoor worden de verzoeken tot het verlenen van kredieten voor uitbreidingen van het gasbedrijf uiteindelijk met een meerderheid van stemmen toch aangenomen.


Jaarboek 33, pagina 27

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeesters:
Lommen, P.H.L.J. gedurende periode van 1-8-1918 tot 10-11-1936 (overleden)
Clooster, C.A.F.H.W.B. van den, baron Sloet tot Everlo gedurende periode van 15-2-1937 tot 4-12-1941

Raadsleden:
Hemmer, H. zetel a, Vrije Lijst, gedurende periode van 4-9-1923 tot 27-6-1938
Spaansen, C.P. zetel a, Vrije Lijst, gedurende periode van 23-8-1938 tot 4-7-1941
Res, B. zetel b, Vrije Lijst gedurende periode van 2-5-1927 tot 5-9-1939
Borst, P.M. zetel c, Vrije Lijst, gedurende periode van 1-9-1931 tot 4-7-1941
Res, G.F. zetel d, Vrije Lijst, gedurende periode van 1-9-1931 tot 5-9-1939
Wildt, P.C.W. de zetel e, Vrije Lijst, gedurende periode van 3-9-1935 tot 24-2-1945
Vries, P. zetel f, RKSP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 4-7-1941
Nijs, J. de zetel g, RKSP, gedurende periode van 19-12-1927 tot 5-9-1939
Tol, C. zetel h, RKSP, gedurende periode van 3-9-1935 tot 29-11-1936
Berlee, Th. zetel h, RKSP, gedurende periode van 20-1-1937 tot 4-7-1941
Hellinga, T. zetel i, SDAP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 18-9-1941
Vijgh, E.C. van der zetel j, SDAP, gedurende periode van 3-9-1935 tot 12-5-1936
Bakker-Pieters, E. zetel j, SDAP, gedurende periode van 24-7-1936 tot 30-4-1941
Aukes, F.J. zetel k, VDB, gedurende periode van 6-9-1927 tot 8-4-1937
Brouwer, C.J. zetel k, VDB, gedurende periode van 30-6-1937 tot 5-9-1939

Wethouders:
De twee wethouders gedurende deze raadsperiode zijn H. Hemmer en P. de Vries. H. Hemmer wordt na zijn vertrek opgevolgd op 1-9-1938 door T. Hellinga.

Inhuldiging burgemeester Sloet op het raadhuis.
Inhuldiging burgemeester Sloet op het raadhuis.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • Burgemeester Lommen overlijdt op 10-11-1936. Hij wordt opgevolgd door burgemeester Van den Clooster, baron Sloet tot Everlo, zich kortweg Sloet noemend.
  • De provinciale weg ten noorden van de Schulpvaart tussen Limmen en Bakkum is in 1936 gereed gekomen.
  • Uitbreidingsplan voor Castricum en Bakkum wordt in 1936 vastgesteld.
  • De heringerichte rijksstraatweg (Dorpsstraat) wordt in 1937 geopend.
  • Het rioleringsplan wordt uitgevoerd bij wijze van werkverschaffing.
  • Woningbouw aan de Nuhout van der Veenstraat, Brakenburgstraat, Van Egmondstraat, Jacob Catsstraat, Prins Bernhardstraat en Koningin Julianastraat.
  • Woningen aan de Puikman zijn in 1939 gerealiseerd.
  • Johannes Seulijn volgt in 1939 Abraham van Poelgeest op als dominee van de Ned. Hervormde kerk.

Jaarboek 33, pagina 28

De raadsperiode van 5 sept. 1939 tot 3 sept. 1946 (11 raadszetels)

De verkiezingen worden gehouden op 14 juni 1939. Er zijn 6 lijsten: de KVP, Lijst 4, SDAP, de Vrije Lijst en de VDB halen elk 2 zetels, en de combinatie AR+CHU 1 zetel.
Er worden 3150 stemmen uitgebracht.
De beëdiging van de raadsleden is op 5-9-1939.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeesters:
Clooster, C.A.F.H.W.B. van den, baron Sloet tot Everlo gedurende periode van 15-2-1937 tot 4-12-1941
Vries, R. de (waarnemend) gedurende periode van 5-12-1941 tot 22-2-1942
Vreugde, W.M.J.A. (waarnemend) gedurende periode van 22-2-1942 tot 30-6-1942
Masdorp, W.J. gedurende periode van 30-6-1942 tot 9-5-1945
Nieuwenhuijsen, J.J. (waarnemend) gedurende periode van 9-5-1945 tot 15-11-1945
Smeets, C.F. gedurende periode van 15-11-1945 tot 1-12-1968

Raadsleden:
Vries, P. zetel a, KVP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 4-7-1941
Berlee, Th. zetel b, KVP, gedurende periode van 20-1-1937 tot 4-7-1941
Spaansen, C.P. zetel c, Lijst 4, gedurende periode van 23-8-1938 tot 4-7-1941
Winter, D. de zetel d, Lijst 4, gedurende periode van 5-9–1939 tot 4-7-1941
Hellinga, T. zetel e, SDAP, gedurende periode van 4-9-1923 tot 18-9-1941
Bakker-Pieters, E. zetel f, SDAP, gedurende periode van 24-7-1936 tot 30-4-1941
Roosenschoon, C.F. zetel f, SDAP, gedurende periode van 23-5-1941 tot 4-7-1941
Wildt, P.C.W. de zetel g, Vrije Lijst, gedurende periode van 3-9-1935 tot 24-2-1945
Borst, P.M. zetel h, Vrije Lijst, gedurende periode van 1-9-1931 tot 4-7-1941
Hogenstijn, D zetel i, VDB, gedurende periode van 5-9-1939 tot 4-7-1941
Turkstra, F. zetel j, VDB, gedurende periode van 5-9-1939 tot 1-9-1944
Bastiaan, J. zetel k, AR+CHU, gedurende periode van 5-9-1939 tot 4-7-1941

Wethouders:
De twee wethouders aan het begin van deze raadsperiode zijn T. Hellinga en F. Turkstra (openbare werken, sociale zaken).

Verdeling raadszetels over de politieke partijen, 1919-1939

Rooms-Katholieke Staatspartij (RKSP)
1919: 5 1923: 9* 1927: 8 1931: 4 1935: 3

Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP)
1919: 1 1923: 2 1927: 2 1931: 1 1935: 2 1939: 2

Combinatie CHU + ARP
1919: 1 1931: 1 1939: 1

Vrijzinnig-Democratische Bond (VDB) Vrije Lijst
1927: 1 1931: 1 1935: 1 1939: 2

Katholieke Volks Partij (KVP) (vervolg RKSP) Lijst 4
1939: 2

Totaal aantal raadsleden
1919: 7 1923: 11 1927: 11 1931: 11 1935: 11 1939: 11

* Inclusief de rooms-katholieke Bond voor overheidspersoneel

Tweede Wereldoorlog

In de oorlogsjaren worden de activiteiten van de gemeenteraad tot nul teruggebracht. Vanaf september 1941 worden in Nederland de gemeenteraden buiten spel gezet en blijven de wethouders in functie als ambtenaren onder het gezag van de burgemeester. De laatste gemeenteraadsvergadering wordt gehouden op 4 juli 1941. Voor de raadsleden wordt deze datum in bovenstaand overzicht als einde van hun raadsperiode gehanteerd. T. Hellinga bedankt als wethouder per brief van 4-9-1941; zijn ontslag volgt per 18-9-1941.

Burgemeester Sloet tot Everlo maakt door zijn vele persoonlijke grieven en andere zonderlinge daden en opvat-


Jaarboek 33, pagina 29

tingen veel vijanden, ook bij zijn superieuren. Zijn ambtsuitoefening in Castricum levert hem een officiële waarschuwing op van de minister op verzoek van de commissaris der Koningin van Noord-Holland, die overigens erkent dat Sloet weliswaar voor de gemeente veel heeft bereikt, maar hem een onmogelijke man vindt. Sloet is eigenlijk niet te handhaven. In december 1940 is er een voorstel van de secretaris-generaal van Binnenlandse Zaken om hem te ontslaan. Sloet is inmiddels lid geworden van de NSB en rekent erop onder die bescherming burgemeester te kunnen blijven. Het voorstel om hem te ontslaan wordt dan ook door de Duitse autoriteit afgewezen.

Als waarnemend burgemeester wordt hij per 5 december 1941 opgevolgd door R. de Vries. Deze voormalige textielagent is meer rechtuit, maar in zijn felheid voor de NSB en aanverwante organisaties vergelijkbaar met Sloet. Hij tracht met zijn reizigerstactiek (red: tactiek om je ergens aan te onttrekken, er niet bij te hoeven zijn) en praatjes de gemeentenaren over te halen om lid te worden van de NSB en Winterhulp (red: ondersteuning door het nationaal socialisme), echter zonder succes. Twee maanden na zijn komst wordt De Vries door de ‘Rijkscommissaris voor de Bezette Nederlandse Gebieden’ benoemd tot burgemeester van Texel.

Zijn opvolger in Castricum wordt de toenmalige burgemeester van Heemskerk W.M.J.A. Vreugde. Opnieuw een partijman, die als een slappe figuur wordt gekenschetst, in Castricum niet veel verkeerde dingen heeft gedaan en veel aan zijn ambtenaren overlaat. Volgens een artikel in Strijd pleegt hij fraude te Heemskerk met Winterhulpgelden en komt in de gevangenis terecht, aan de gevolgen waarvan hij is overleden.

De installatie van de heer W.J. Masdorp tot burgemeester van Castricum op 30 juni 1942 door de ‘commissaris der provincie’ mr. A.J. Backer. Dit vond plaats in de raadszaal van het gemeentehuis.
De installatie van de heer W.J. Masdorp tot burgemeester van Castricum op 30 juni 1942 door de ‘commissaris der provincie’ mr. A.J. Backer. Dit vond plaats in de raadszaal van het gemeentehuis.

Als opvolger wordt per 30 juni 1942 als burgemeester benoemd W.J. Masdorp, voordien bankbediende en verzekeringsagent in Den Haag, waar hij ook lid was van de NSB Masdorp blijkt al spoedig een vurig propagandist te zijn voor de NSB, Winterhulp, Rechtsfront en dergelijke. Tijdens de periode Masdorp vinden de evacuaties en het slopen van huizen plaats. Bij zijn veroordeling na de bevrijding zijn er ook positieve verklaringen over het functioneren van Masdorp. Zo zou hij het slopen zoveel mogelijk hebben beperkt en waren er in Castricum nooit razzia’s geweest, zoals die wel hebben plaatsgevonden in Limmen en Egmond.

Op 16-1-1942 wordt L.H.J. Westerop benoemd tot wethouder. Westerop is gemeente-opzichter 1e klasse, hoofd van de dienst bouw- en woningtoezicht in Castricum en lid van de NSB Na zijn benoeming krijgt hij de portefeuille openbare werken. Een jaar later wordt de combinatie wethouder en ambtenaar door het provinciaal bestuur niet toelaatbaar geacht. Hij wordt voor de keuze gesteld of als wethouder aan te blijven of als ambtenaar, maar dan als directeur gemeentewerken. Westerop kiest voor het laatste en dient een verzoek in voor eervol ontslag als wethouder op 25-1-1943. Dit wordt hem op 30-3-1943 verleend. Als zijn opvolger wordt op 20-12-1943 Petrus C.W. (Piet) de Wildt benoemd.

Op 24-8-1944 dient F. Turkstra een verzoek in tot ontslag als wethouder; al eerder heeft hij zijn lidmaatschap van de NSB neergelegd en in het verlengde hiervan wil hij ook zijn overige functies neerleggen: als waarnemend burgemeester, wethouder en wijkleider der Nederlandse Volksdienst. Toestemming van het provinciaal bestuur tot ontslagverlening volgt op 24-1-1945. De burgemeester verleent dit ontslag al met ingang van 1-9-1944, omdat volgens hem Turkstra sinds 24-8-1944 niet meer als wethouder actief is geweest.

Piet de Wildt vraagt op 24-2-1945 om verlening van zijn ontslag als wethouder, omdat hij niet wil voldoen aan de voorwaarden, die de burgemeester stelt aan het wethoudersambt.

Ontwikkelingen in deze raadsperiode

  • Op 1 januari 1941 telt Castricum 8.412 inwoners. Door de evacuatie en afbraak van 267 panden is het aantal inwoners enorm teruggelopen: op 1 januari 1944 telt Castricum nog maar 3.009 inwoners.
  • In 1941 wordt het Nieuwsblad voor Castricum verboden.
  • Dominee Seulijn overlijdt plotseling op 27 november 1942 bij zijn gedwongen vertrek uit zijn woning.
  • Uit represaille worden in 1943 door de Duitsers drie huizen aan de Pernéstraat in brand gestoken, evenals de boerderij van Cornelis Groen aan de Kerkedijk.
  • Het distributiekantoor gaat in vlammen op, de centrale keuken wordt in bedrijf genomen en de verzetsman dokter Leenaers overlijdt (1944).
  • Tweemaal tien gevangenen worden langs de provinciale weg gefusilleerd (1945).

Einde van de oorlog

Onmiddellijk na het einde van de oorlog wordt Masdorp uit zijn ambt ontslagen en gevangen genomen. Op 9 mei 1945 wordt als waarnemend burgemeester benoemd de heer J.J. Nieuwenhuijsen, die al sinds 1912 burgemeester van Limmen was.
Waarnemend burgemeester J.J. Nieuwenhuijsen richt in een brief van 18 mei 1945 een verzoek aan de personen die op 10-5-1940 als wethouder in functie waren om wederom hun functie te aanvaarden. Dit geldt alleen voor


Jaarboek 33, pagina 30

T. Hellinga, dan wonende te Almelo en niet voor F. Turkstra in verband met zijn lidmaatschap van de NSB. Hellinga is al 2,5 jaar uit de gemeente en heeft bedenkingen, omdat hij niet meer in voldoende mate op de hoogte is van de vele veranderingen die er deze jaren in Castricum hebben plaats gevonden. Op 31 mei 1945 schrijft Hellinga dat hij toch graag weer de functie van wethouder zal aanvaarden. Hij zal deze functie bekleden tot het aantreden van de nieuwe raad op 3 september 1946.

Nieuwenhuijsen blijft een half jaar waarnemend burgemeester. Op 15 november 1945 wordt hij opgevolgd door de heer C.F. Smeets. Hiermee begint een lange ambtsperiode van burgemeester Smeets, die zal eindigen in december 1968.

In het volgend jaarboek wordt dit artikel voortgezet met de beschrijving van het gemeentebestuur vanaf de nieuwe gemeenteraad in september 1946.

Simon Zuurbier

Bronnen:

Archieven:

  • Regionaal Archief Alkmaar: archief gemeente Castricum 1812 – 1980, burgerlijke stand en bevolkingsregisters gemeente Castricum.
  • Centraal Bureau voor Genealogie.

Publicaties

  • Baartmans-van den Boogaart, J. en anderen, ‘Wegens bijzondere omstandigheden …’, ’s-Hertogenbosch in bezettingstijd 1940-1944, Alphen aan de Maas, 2008.
  • Blauw, K., Rapport der provinciale commissie ter bestudering van de gemeentelijke indeling van Noord-Holland (6 banden), Eerste deel: algemene beschouwingen, bijlage: historisch overzicht van de gemeentelijke indeling van Noord-Holland.
  • Kaan, N.A., De gemeente Castricum en haar raadhuizen, 5e Jaarboekje Oud-Castricum.
  • Kocken, mr. M.J.A.V., Van stads- en plattelandsbestuur naar gemeentebestuur, ‘s-Gravenhage 1973.
  • Koelma, mr. A., De Gemeentewet, in het bijzonder voor raadsleden toegelicht, Alphen aan den Rijn, 1940.

Personalia leden van het gemeentebestuur van 1919 tot 1946:

Aukes, Frederik Johannes, geboren Haarlem 11-9-1861, komt op 26-10-1922 van Alkmaar, dan zonder beroep en gaat wonen Van Oldenbarneveldweg 32, bij zijn dochter-arts, vestigde zich op 20-11-1942 in Rheden, aldaar overleden 7-9-1943, gehuwd met Anna Timmers, zoon van Frederik J. Aukes en Barbera G. Becht.
Raadslid VDB van 6-9-1927 tot 8-4-1937.

Bakker-Pieters, Elske, geboren Leeuwarden 20-9-1891, verpleegster, woonde vanaf september 1918 op Duin en Bosch, nadien Dr. Jacobilaan 23, vestigde zich op 19-2-1964 in Apeldoorn, aldaar overleden 7-2-1967, gehuwd met Antonius E. Bakker, dochter van Jan Pieters en Tjitske van Klaarbergen.
Raadslid SDAP van 24-7-1936 tot 30-4-1941.

Bastiaan, Johannes, geboren IJsselmuiden 9-4-1907, verpleger, komt 11-4-1928 van Avereest, woonde Duin en Bosch nummer 22, in de oorlog geëvacueerd in Den Dolder, woonde vanaf 1969 in de Gobatstraat 23, overleden Alkmaar 7-4- 1975, gehuwd met Guurtje Maarsse, zoon van Hendrik Bastiaan en Grietje Wind.
Raadslid ARP+CHU van 5-9-1939 tot 4-7-1941; van 3-9-1946 tot 6-9-1949; van 9-8-1951 tot 1-9-1953.

Beentjes, Petrus, geboren Castricum 19-6-1870, veehouder op de Van Tienhovenhoeve, overleden Bakkum 23-10-1938, gehuwd met Antje Bruin, zoon van Klaas Beentjes en Johanna Brakenhoff.
Raadslid RKSP van 8-1-1926 tot 6-9-1927.

Berlee, Theodorus (Dirk), geboren Beverwijk 5-7-1901, verpleger, kwam in 1922 van Beverwijk, woonde Bakkummerstraat 85, voorzitter KVP-fractie sinds jan. 1953, overleden Alkmaar 14-6-1961, gehuwd met Anna M. Schermer, zoon van Antonie Berlee en Francina Korsman.
Raadslid RKSP van 20-1-1937 tot 5-9-1939; KVP van 5-9-1939 tot 4-7-1941 en van 3-9-1946 tot 14-6-1961 (overleden).

Borst, Petrus Martinus, geboren Schagen 11-11-1879, veehouder, landbouwer, woonde Bleumerweg 20, overleden Bakkum 28-10-1962, gehuwd met Marijtje Zonneveld, zoon van Cornelis Borst en Anna M. Janse.
Raadslid Vrije Lijst van 1-9-1931 tot 4-7-1941.

Brouwer, Cornelis Johannes, geboren Den Helder 16-4-1893, bureel ambtenaar, woonde Beverwijkerstraatweg 2, overleden Castricum 7-11-1952, gehuwd met Jetske Scheer, zoon van Cornelis J. Brouwer en Trijntje Reuvers.
Raadslid VDB van 30-6-1937 tot 5-9-1939.

Clooster, Constant Arnold Franciscus Herman Willy Bernard van den, baron Sloet tot Everlo, geboren Tilburg 3-4-1898, burgemeester van ‘s-Hertogenbosch van 1941 tot 1943, advocaat en procureur, kunstschilder, overleden ‘s-Gravenhage 17-10-1977, gehuwd met Louise P. van Linden Tol, zoon van mr. Arnoldus L.N. van den Clooster, baron Sloet tot Everlo en Josephine A.M. Gompertz.
Burgemeester van 15-2-1937 tot 4-12-1941.

Hellinga, Tijmen, geboren Cornwerd (Friesland) 9-10-1882, timmerman op Duin en Bosch, woonde Dr. Jacobilaan 43, overleden Amsterdam 12-4-1963, gehuwd met Tjitske Kooistra, zoon van Wytze Hellinga en Sijtske de Boer.
Raadslid SDAP van 4-9-1923 tot 18-9-1941; wethouder van 1-9-1938 tot 18-9-1941 en van juni 1945 tot 3-9- 1946.

Hemmer, Hendrikus, geboren Tubbergen 11-2-1874, brood- en koekbakker, woonde Dorpsstraat 50, overleden Alkmaar 21- 3-1941, gehuwd met Johanna B.N. Breijder, zoon van Hendrikus Hemmer en Geertrui Hondebrink.
Raadslid RKSP van 4-9-1923 tot 3-9-1935; Vrije Lijst van 3-9-1935 tot 12-8-1938 (brief van 27-6-1938 ontslag om gezondheidsredenen); Wethouder van 8-1-1926 tot 12-8-1938.

Hogenstijn, Dirk, geboren Castricum 7-2-1891, tuinder, bollenkweker, woonde Kramersweg 35, overleden Bloemendaal 3-6-1991, gehuwd met Leentje Mooij, zoon van Jan Hogenstijn en Marijtje Ineke.
Raadslid VDB van 5-9-1939 tot 4-7-1941.

Kuijs-Piepers, Geertrudis (Guurtje), geboren Castricum 22-11- 1879, woont Dorpsstraat 51, overleden Castricum 8-12-1942, gehuwd met Petrus Kuijs (raadslid), dochter van


Jaarboek 33, pagina 31

Willem Piepers en Mietje Heesterbeek.
Raadslid RKSP van 24-4-1928 tot 1-9-1931.

Kuijs, Gerrit, geboren Castricum 8-7-1863, landbouwer, tuinder aan de Brakersweg, overleden Castricum 15-3-1938, gehuwd met Aagje Admiraal, zoon van Pieter Kuijs en Aaltje Duijnmeijer.
Raadslid van 7-9-1909 tot 1-9-1931; wethouder van 4-9-1 923 tot 6-9-1927.


Kuijs, Petrus, geboren Castricum 7-7-1879, bloemkweker en koopman in zaden en tuinvruchten, overleden Castricum 22-6- 1951, gehuwd met Geertrudis Piepers (raadslid), zoon van Pieter Kuijs en Koosje Brakenhoff.
Raadslid van 27-7-1910 tot 4-9-1923; wethouder van 2-9-1919 tot 4-9-1923.

Liefting, Adrianus, geboren Egmond-Binnen 6-11-1867, tuinder, veehouder, woonde aan de Limmerweg, overleden Bakkum 25-1-1952, gehuwd met Adriana Apeldoorn, zoon van Pieter Liefting en Willemijntje Bussing.
Raadslid RKSP van 4-9-1923 tot 24-4-1928.

Lommen, Petrus Henricus Leo Josephus (Piet), geboren Tilburg 10-9-1885, ambtenaar ter secretarie te Valburg, te Ursem, lid Provinciale Staten van Noord-Holland, burgemeester, overleden Castricum 10-11-1936, gehuwd met Emma F.R.M. (Emmy) Maury, zoon van Maximinus D.H.H. Lommen, koopman en Geertruida M.C. Spigt.
Burgemeester van 1-8-1918 tot 10-11-1936 (overleden).


Louter, Gerrit, geboren Castricum 28-11-1863, landbouwer en kruidenier, woonde op het Schulpstet en in de Dorpsstraat, overleden Castricum 15-5-1958, gehuwd met Adriana de Weijer, zoon van Simon Louter en Guurtje Brakenhoff.
Raadslid van 2-9-1913 tot 2-9-1919; 4-9-1923 tot 1-9- 1931; wethouder van 6-9-1927 tot 1-9-1931.

Masdorp, Wilhelmus Jacobus, geboren Amsterdam 5-11-1899, woonde Wilhelminalaan 23, overleden Alkmaar 16-5-1962, gehuwd met Joanna M. van den Hoek, zoon van Dirk C. Masdorp en Geertruida R. van der Bilt.
Burgemeester van 30-6-1942 tot 9-5-1945; ontslag als burgemeester door de Minister van Binnenlandse Zaken in verband met lidmaatschap NSB.

Middelveld, Geert, geboren Emmen 2-10-1875, klerk, woonde Dorpsstraat 5, overleden Castricum 20-10-1942, gehuwd met Antje Tijs, zoon van Hilbert Middelveld en Zwaantien Houwing.
Raadslid ARP+CHU van 2-9-1919 tot 4-9-1923.

Nieuwenhuijsen, Johannes Jacobus, geboren ’s-Gravenhage 15-1-1885, burgemeester van Limmen (1912-1950), overleden Bergen 12-9-1955, gehuwd met Maria A. Verweij, zoon van Johannes C Nieuwenhuijsen en Neeltje de Ronde.
Waarnemend burgemeester van 9-5-1945 tot 15-11-1945.

Nijs, Johannes de, geboren Castricum 29-4-1894, metselaar, woont Stationsweg 21, overleden Castricum 23-10-1969, gehuwd met (1) Wilhelmina C. Dam, (2) Augusta M. Lammens, zoon van Matthias de Nijs en Maria Delis.
Raadslid RKSP van 19-12-1927 tot 5-9-1939.

Poel, Cornelis (Kees), geboren Assendelft 23-3-1870, veehouder, woonde Breedeweg 9, overleden Castricum 18-5-1933, gehuwd met (1) Geertruida Velserboer, (2) Maartje Kuijs,zoon van Cornelis Poel en Antje Jak.
Raadslid RKSP van 4-9-1923 tot 2-5-1927.

Res, Bernardus, geboren Castricum 1-1-1871, kruidenier, woonde in de Burgemeester Mooijstraat, overleden Castricum 30-1-1952, gehuwd met Johanna de Weijer, zoon van Willem Res en Neeltje Duijn
Raadslid RKSP van 2-5-1927 tot 5-9-1939.

Res, Gerardus Franciscus, geboren Castricum 21-10-1873, brood- en koekbakker op de Dorpsstraat 88, overleden Castricum 24-6-1947, gehuwd met Maria de Waard, zoon van Johannes Res en Maartje Brakenhoff.
Raadslid RKSP van 6-9-1927 tot 19-12-1927; Vrije Lijst 1-9-1931 tot 5-9-1939.

Roosenschoon, Cornelis Ferdinand, geboren Den Haag 20- 6-1901, journalist, kwam 3-1-1934 van Amsterdam, woonde Heereweg 11, vestigt zich op 26-11-1942 in Den Haag, overleden Berrias et Casteljau (Friesland) 6-7-1979, gehuwd met Adriana J.M. Stolk, zoon van Jan Roosenschoon en Jeannette D. Gration.
Raadslid SDAP van 23-5-1941 tot 4-7-1941.

Schipper, Hendrik, geboren Bloemendaal 26-8-1885, verpleger, woonde in Bakkum, in 1930 benoemd in het hoofdbestuur van de ambtenarenbond, vestigt zich op 24-6- 1930 in Den Haag, aldaar overleden 10-4-1949, gehuwd met Johanna M. van Herk, zoon van Hendrik Schipper en Catharina van der Reijden.
Raadslid SDAP van 2-9-1919 tot 13-6-1930.

Schuijt, Jacob, geboren Velsen 16-7-1875, landbouwer aan de Cieweg, overleden Leidschendam 17-6-1957, gehuwd met (1) Bregje Hofland, (2) Maria Gallé, (3) Cornelia Bakker, zoon van Jan Schuijt en Neeltje Castricum.
Raadslid van 4-9-1917 tot 11-6-1920.

Smeets, Cornelius Franciscus, geboren Posterholt (Limburg) 12-11-1903, woonde in de ambtswoning aan de Stationsweg, later aan de Adm. de Ruyterlaan, overleden Castricum 23-2-1978, trouwt met Cornelia M. Koot, zoon van Frans J.I. Smeets en Maria A.H.G. Ketels.
Burgemeester van 15-11-1945 tot 1-12-1968.

Spaansen, Cornelis Petrus, geboren Castricum 11-6-1892, veehouder, woonde Breedeweg 72, overleden Alkmaar 15-6-1976, gehuwd met Catharina M. de Wit, zoon van Cornelis Spaansen (raadslid) en Johanna Henneman.
Raadslid RKSP van 1-9-1931 tot 3-9-1935; Vrije Lijst van 23-8-1938 tot 5-9-1939; Lijst 4 van 5-9-1939 tot 4-7-1941.

Tol, Cornelis (Cees), geboren Edam 28-8-1900, schilder, komt op 10-6-1927 van Uitgeest, woonde Breedeweg 24, overleden Zaandam 31-3-1967, gehuwd met Catharina Kortekaas, zoon van Cornelis Tol en Antje Mol.
Raadslid RKSP van 3-9-1935 tot 8-12-1936.

Turkstra, Frederik, geboren Purmerend 21-3-1898, metselaar-aannemer, komt in 1934 van Uitgeest, woonde Torenstraat 14, vanaf 1942 aan de Breedeweg, vestigt zich op 1-4- 1974 in Odoorn, overleden Emmen 19-2-1987, gehuwd met (1) Aagje Pot, (2) Metje Bron, zoon van Pieter Turkstra en Geertje Ham.
Raadslid VDB en wethouder van 5-9-1939 tot 1-9-1944.

Twisk, Pieter, geboren Castricum 15-2-1865, veehouder en directeur Boerenleenbank, overleden Heiloo 9-4-1939, gehuwd met (1) Adriana Bakker, (2) Hendrika van Benthem, zoon van Cornelis Twisk en Willemijntje Kuijs. Raadslid van 16-11-1910 tot 2-9-1919; RKSP van 9-7- 1920 tot 1-9-1931, Vrije Lijst van 1-9-1931 tot 3-9-1935.


Jaarboek 33, pagina 32

Vreugde, Wilhelmus Maria Johannes Adrianus, geboren Breda 30-1-1897, burgemeester van Heemskerk van 30-10- 1929 tot 9-11-1942, woonde in Heemskerk aan de Marquettelaan, overleden Heemskerk 10-9-1943, gehuwd met Maria W.A.R. Frencken, zoon van Petrus A. Vreugde en Maria P.J. Verdonk.
Waarnemend burgemeester van circa 22-2-1942 tot 30-6-1942.

Vries, Pieter de, geboren Castricum 20-1-1883, metselaar, arbeider, landbouwer, woonde aan de Vinkebaan 8, 1e Groenelaan 36, vanaf 1955 in Beverwijk, overleden Heemskerk 2-5- 1960, gehuwd met Anna Zonneveld, zoon van Cornelis de Vries en Antje Castricum.
Raadslid RK Bond van Overheidspersoneel van 4-9- 1923 tot 6-9-1927; RKSP van 6-9-1927 tot 5-9-1939; KVP van 5-9-1939 tot 4-7-1941 en van 3-9-1946 tot 8-11-1955; wethouder van 1-9-1931 tot 5-9-1939 en van 3-9-1946 tot 30-9-1955.

Vries, Rijk de, geboren Deventer 14-8-1901, woonde Pr. Bernhardstraat, overleden Bussum 2-9-1968, gehuwd met (1) Aaltje de Vries, (2) Irene Heyting, zoon van Johan de Vries en Johanna H. van der Laan.
Waarnemend burgemeester van 5-12-1941 tot 22-2-1942.

Vijgh, Evert Cornelis van der, geboren Nieuwer Amstel 27-11- 1887, verpleger, komt in 1920 in Castricum, woont Van Oldenbarneveldweg 5, vertrekt 11-9-1936 naar Den Haag, overleden Den Haag 12-12-1971, gehuwd met Hendrica A. Memelink, zoon van Pieter van der Vijgh en Trijntje van Weelij.
Raadslid SDAP van 3-9-1935 tot 12-5-1936.

Weenk, Peter, geboren Arnhem 23-11-1879, jachtopziener, woonde aan de Oude Schulpweg 3 (Kijk-uit) en de Sifriedstraat 13, vestigt zich op 9-10-1950 in Hoogkarspel, overleden Batenburg (Gld) 11-8-1954, gehuwd met Adriana C. Daniëlse, zoon van Cornelis Weenk en Catharina Kas.
Raadslid ARP+CHU van 1-9-1931 tot 3-9-1935.

Westerman, Johan Heinrich, geboren Workum 7-9-1887, stoker, woont Dr. Jacobilaan nummer, 17, vestigt zich op 14-7-1955 in Arnhem, aldaar overleden 30-3-1961, gehuwd met Antje van Zwieten, zoon van Johan L. Westerman en Feikje Harkema.
Raadslid SDAP van 29-8-1930 tot 1-9-1931.

Westerop, Lambertus Hendrik Jan, geboren Zwolle 23-5-1888, directeur gemeente werken, architect, woonde vanaf 17-11-1941 in Castricum aan de Geelvinckstraat, vestigt zich op 16-6-1943 in Heerde, overleden Harderwijk 9-6-1953, gehuwd met Maria E Reimerink, zoon van Lambertus Westerop en Annetje Splietelhof.
Wethouder van 16-1-1942 tot 30-3-1943.

Wildt, Petrus Cornelis Wilhelmus (Piet) de, geboren Uitgeest 12- 7-1897, veehouder, woont Breedeweg 45, komt op 10-5- 1921 van Uitgeest, overleden Castricum 11-1-1976, gehuwd met Elizabeth C.M. Pronk, zoon van Wilhelmus H. deWildt en Anna M. Leek.
Raadslid Vrije Lijst van 3-9-1935 tot 24-2-1945; wethouder van 20-12-1943 tot 24-2-1945.

Winter, Dirk de, geboren Castricum 26-12-1890, wagenmaker, woonde aan de Bakkummerstraat naast de Beatrixklok, overleden Alkmaar 15-1-1969, gehuwd met Catharina Pepping, zoon van Dirk de Winter en Maartje Lute. Raadslid Lijst 4 van 5-9-1939 tot 4-7-1941.

Zandbergen, Hendricus Johannes, geboren Amsterdam 16-7- 1888, verpleger, woonde Mient 115, overleden Nijverdal 13-7-1957, gehuwd met Catharina Rijpstra, zoon van Johannes Th. Zandbergen en Maria A. Kink.
Raadslid RKSP van 2-9-1919 tot 4-9-1923; rooms-katholieke-bond voor overheidspersoneel van 4-9-1923 tot 6-9-1927.

28 juni 2022

Gemeentebestuur 1812 – 1919, 1e deel (Jaarboek 31 008 pg 3-18)

Niets uit deze publicatie mag worden overgenomen zonder toestemming van de Stichting Werkgroep Oud-Castricum.


Jaarboek 31, pagina 3

Het gemeentebestuur van Castricum tussen twee fusies:

de fusie met Bakkum in 1812 en de fusie met Limmen en Akersloot in 2002 (1e deel)

Inleiding

In het jaar 1812 zijn de gemeenten Bakkum en Castricum samengevoegd. In 2002 volgt de fusie met de gemeenten Akersloot en Limmen. In de tussenliggende periode van bijna 200 jaar zijn er allerlei ontwikkelingen geweest in het bestuur van de gemeente Castricum. Dit artikel neemt u mee vanaf de beginsituatie met een schout, 5 raadsleden en zonder politieke partijen naar de situatie van eind 2001 met een burgemeester, 19 raadsleden en 6 politieke patiijen. Het atiikel verschijnt in meerdere delen; dit eerste deel behandelt de periode 1812 tot 1919, het jaar dat de nieuwe Kieswet in werking treedt. De overige delen verschijnen in de hierna volgende jaarboeken.

De geschiedenis van het gemeentebestuur wordt behandeld in een aantal afgebakende perioden:

  • de voorgeschiedenis tot 1812
  • de periode van 5 raadszetels tot het in werking treden van het Reglement op het Bestuur ten Platten lande in 1825
  • de periode van 6 raadszetels tot in 1851 de nieuwe Gemeentewet van Thorbecke van kracht wordt
  •  en vervolgens de periode van 7 raadszetels die bijna 70 jaar duurt tot de nieuwe Kieswet van 1919.

Door deze wet verandert er veel: iedere volwassen burger moet elke vier jaar stemmen voor een nieuwe gemeenteraad; de verkiezingen zijn gekoppeld aan kieslijsten en politieke partijen.

Van elke periode worden in dit artikel de namen en de zittingsperiode van de raadsleden vermeld en de namen van de raadsleden die tot wethouder zijn benoemd. Van de in die periode functionerende burgemeester(s) en de belangrijkste ontwikkelingen in het dorp wordt een korte beschrijving gegeven. Het artikel wordt afgesloten met een alfabetische lijst van alle leden van de gemeenteraad in de periode 1812-1919 met een korte persoonsbeschrijving.

Voorgeschiedenis tot 1812

Het dorpsbestuur in de 18e eeuw wordt gevormd door een schout met vijf schepenen. Voor de verkiezing van het dorpsbestuur wordt ieder jaar door de schout een nominatie opgemaakt; daarop volgen de benoemingen door de ambachtsheer voor de periode van één jaar en wel van Pasen tot Pasen. De ambachtsheer had een zekere regeermacht over een banne of dorp. Deze macht of heerlijke rechten waren door aankoop verworven en gingen door vererving over op volgende generaties. Zo’n banne of dorp werd een (ambachts)heerlijkheid genoemd.

Bakkum en Castricum zijn twee afzonderlijke dorpen met elk een eigen bestuur. De grens tussen beide dorpen ligt ter hoogte van de huidige Zeeweg en de Schulpvaart naar Limmen. Door de aankoop in 1749 van de ambachtsheerlijkheid Bakkum door Nicolaas Geelvinck, de ambachtsheer van Castricum, hebben beide dorpen dezelfde ambachtsheer, die vervolgens ook in beide dorpen dezelfde schout heeft aangesteld: tot 1778 Leonard Tempelaar en daarna mr. Joachim Nuhout van der Veen.

Joachim Nuhout van der Veen
Joachim Nuhout van der Veen

In 1787 bestaat het dorpsbestuur van Castricum uit de schout mr. Joachim Nuhout van der Veen en de schepenen: Jacob Drost, Pieter Duijneveld, Cornelis Stet, Cornelis van den Dam en Jan Brakenhoff.
In datzelfde jaar bestaat het dorpsbestuur van Bakkum uit diezelfde schout en de schepenen: Jan Twisk, Gerrit Kuijs, Klaas Duijn, Jan van Bruijnswaard en Simon Duinmaijer.

De stichting van de Bataafse Republiek in 1795 brengt een radicale ommekeer in het staatsbestel, gebaseerd op de beginselen van de Franse Revolutie: vrijheid, gelijkheid en broederschap. Regenten worden afgezet en vervangen door representanten van de burgerij. Schout en schepenen van Castricum roepen op 9 februari 1795 alle stemgerechtigde burgers van Castricum bijeen in de kerk om een nieuw dorpsbestuur samen te stellen. Voor het eerst in de geschiedenis worden verkiezingen gehouden. In totaal 110 mannen van 20 jaar of ouder zijn aanwezig en reageren enthousiast op de redevoering van de Castricumse schout Joachim Nuhout van der Veen: “Ziet daar dan eindelijk de zon der vrijheid met een schitterende glans doorbroken en het Neerlands volk uyt den afgrond gered.” Deze woorden uit de redevoering van de schout staan op de sokkel van


Jaarboek 31, pagina 4

het monument ter herdenking van de Slag bij Castricum bij het gemeentehuis.
Joachim Nuhout van der Veen is een fervent voorstander van de nieuwe beginselen en geniet landelijke bekendheid.

De representanten van het volk maken die dag plaats voor een gekozen municipaliteit, die de functie heeft van de huidige gemeenteraad. In feite verandert er weinig op het platteland. Wel wordt vanaf die tijd geprobeerd een scheiding tussen bestuur, wetgeving en rechtspraak aan te brengen. Ambachtsheerlijkheden worden zelfstandige gemeenten die hun eigen bestuur kiezen.

In 1802 wordt op verzoek van het Departementaal bestuur van Holland een plaatselijke commissie van drie personen ingesteld om een ontwerp te maken voor de inrichting van het gemeentebestuur. Gerrit Brasser, Cornelis van den Dam en Jan Pietersz Kuijs worden in deze commissie benoemd: zij mogen in het raadhuis vergaderen en dienen binnen 6 weken met het ontwerp gereed te zijn. Op 21 oktober 1802 is het zover en kunnen de stemgerechtigde burgers zich de daaraanvolgende week hierover uitspreken. Het reglement, dat een jaar later door het Departementaal Bestuur van Holland wordt goedgekeurd, bestaat uit 22 artikelen waarvan de belangrijkste zijn:

  • het gemeentebestuur bestaat uit 3 burgers, die stemgerechtigd moeten zijn, minstens 25 jaar oud zijn en tenminste twee jaar in Castricum hebben gewoond;
  • elk jaar treedt op 1 mei één lid af, die weer herkiesbaar is;
  • het gemeentebestuur kiest uit zijn midden een president, die ieder half jaar door een andere wordt vervangen.

Om de scheiding van rechtspraak en burgerlijk bestuur daadwerkelijk gestalte te geven, wordt ook een reglement opgesteld voor de Civiele Rechtbank te Castricum. Volgens dit reglement, opgesteld in 1804 en goedgekeurd door het departementaal bestuur, bestaat de rechtbank uit de schout en vijf schepenen, waaronder de drie leden van het gemeentebestuur.

Tussen 1795 en 1810 is Nederland in een aantal fasen bij het Franse rijk ingelijfd. Het verschil tussen stad en platteland wordt opgeheven en voor het eerst wordt de term ‘gemeente’ ingevoerd.
Bij Keizerlijk Decreet van 9 juli 1810 is de volledige inlijving van Nederland een feit. Het geannexeerde gebied wordt vanaf 1 januari 1811 verdeeld in 7 departementen, elk onderverdeeld in arrondissementen en die weer in kantons en gemeenten. Het departement van de Zuiderzee omvat globaal het grondgebied van de huidige provincies Noord-Holland en Utrecht. Dit departement wordt onderverdeeld in de arrondissementen Amsterdam, Hoorn, Utrecht en Amersfoort. Castricum en Bakkum vallen onder het arrondissement Hoorn.
In de praktijk blijken de arrondissementen Amsterdam en Hoorn te groot te zijn. Het Keizerlijk Decreet van 21 oktober 1811 regelt daarom de splitsing van het arrondissement Amsterdam in dat van Amsterdam en Haarlem en het arrondissement van Hoorn in dat van Hoorn en Alkmaar. Daarmee vallen vanaf die datum Castricum en Bakkum onder het arrondissement Alkmaar.

In de archieven van het arrondissement Hoorn zijn lijsten bewaard gebleven van de processen-verbaal betreffende maires (burgemeesters), adjoints (wethouders) en municipale raden (raadsleden) in de gemeenten (in het arrondissement Hoorn), die op 19 juli 1811 worden geïnstalleerd en beëdigd.
Voor de gemeente Castricum: maire Jan Glorie, adjoint Albert Maartensz. Knaap, municipale raden Wouter de Bie, Fulps Ranke, Gerrit Brasser, Evert Asjes en Pieter Schavemaker.
Voor de gemeente Bakkum: maire Jan van Bruijnswaard, adjoint Arie Admiraal, municipale raden Simon Duijnmaijer, Willem Brakenhoff, Pieter Gerritsz. Kuijs, Jacob Stuifbergen en Albert Dirksz. Knaap.

Voor Bakkum wordt Jan van Bruijnswaard benoemd tot burgemeester, een post die hij om allerlei redenen beslist niet ambieert. Hij smeekt het bestuur van het arrondissement om van deze post te worden ontheven. Zijn brief van 16 juli 1811 is hieronder letterlijk weergegeven.

Brief van De Provisionele Maire van Baccum (J. van Bruijnswaard) aan Den Heer onder Prefekt van het Arrondissement Hoorn in het Departement van de Zuiderzee.

Mijn Heer de Onderprefekt
Nooit vervoegde zich voorzeker iemand met meer regt tot UwelED. Gestr. om van den Post, welken hij bekleede, ontslagen te worden, dan ik; althans wanneer een zeventig jarige ouderdom, vergezeld van die gebreken welke daar aan zeer dikwijls eigen zijn en bijzonder het gemis van eene der voornaamste zintuigen het gehoor, voor voldoende redenen tot ontslag mogen gerekend worden.
Daarbij en dit blijde ik welmeenend, beken ik gaarn dat ik geene der vereischten bezit, welke tot dien Post worden gevorderd en evenwel zoo hoog nodig zijn. Mijne Jaren eisschen zoveel mogelijk rust en ik gevoel geenen schijn van eerzucht tot een Ambt, waar toe jeugdige krachten, kunde, en bekwaamheid boven alles onontbeerlijk zijn. Van mijne jeugd af was mijn beroep de Duinmaijerij, zeer verre verwijderd van de politieke loopbaan waarin men mij nu geplaatst heeft, terwijl mijne krachten afneemen, mijne vermogens afgesleeten zijn en mijn lichaam ten grave neigt.
Behoef ik mijn Heer de OnderPrefekt hier wel iets meer bij te voegen? Ja eene zaak moet ik nog aanvoeren onder zoo veelen welke ik zoude kunnen bijbrengen en deze is dat ik de Fransche Taal niet verstaa en dus de wetten niet leezen, veel min verstaan kan, waardoor ik niets dan onheil stigten zoude voor de Ingezetenen, welker geluk ik zoude moeten bevorderen. Dit alles, vertrouw ik, zal genoeg zijn om UwelED.Gestr. te verzoeken, ja te smeeken om mijn ontslag te helpen bewerken.
Zoo dit niet gebeurde moet ik om mijnen korten leeftijd met een vrij geweeten te eindigen, ronduit


Jaarboek 31, pagina 5

verklaren dat ik mij onverantwoordelijke houde voor de gevolgen, welke ten nadele der Burgerij uit mijn onwillig verkeerd gedrag en handelwijze noodwendig moeten en zullen ontstaan en waarvan ik de straffen mij zoude op den hals halen.
Ik vertrouw dat mijn verzoek, welke dat is van eenen afgeleefden grijsaart, niet zonder gewenschte uitwerking blijven zal en in die verwachting heb ik de eer met verschuldigde hoogachting te zijn.

Mijn Heer de Onder Prefekt

UwelEd.Gestr. onderdanigen en gehoorzamen Dienaar
J. v. Bruijnswaard

Aan zijn verzoek is geen gehoor gegeven. Nog op 18 oktober in datzelfde jaar overlijdt Jan van Bruijnswaard.

Samenvoeging van Castricum in 1812

Bij Keizerlijk Decreet van 21 oktober 1811 wordt bepaald dat met ingang van l januari 1812 Castricum en Bakkum zullen worden samengevoegd. Als burgemeester is benoemd mr. Jacob Nuhout van der Veen, de 32-jarige zoon van de afgetreden schout van Castricum en Bakkum mr. Joachim Nuhout van der Veen.

De samenvoeging van Bakkum (110 inwoners) en Castricum (520 inwoners) is een onderdeel van een gemeentelijke herindeling in de Franse tijd die veel meer gemeentes treft. In onze regio worden per dezelfde datum de volgende gemeenten samengevoegd: Wimmenum (68 inwoners) bij Bergen (628), Limmen (442) bij Heiloo (480), Groet (149) bij Schoorl (564) en Veenhuizen (175) en Oterleek (444) bij Heerhugowaard (659).

Op 5 januari 1812 wordt de nieuwe gemeenteraad op het raadhuis van Castricum geïnstalleerd, bestaande uit de volgende raadsleden: Arie Admiraal, Simon Duinmaijer, Albert

Kaartje van de beide gemeenten zoals is ingetekend op de gemeentekaart uit 1867. De lila lijn geeft ongeveer het verloop weer van de grens tussen de afzonderlijke gemeenten Bakkum en Castricum.
Kaartje van de beide gemeenten zoals is ingetekend op de gemeentekaart uit 1867. De lila lijn geeft ongeveer het verloop weer van de grens tussen de afzonderlijke gemeenten Bakkum en Castricum.

Jaarboek 31, pagina 6

Knaap, Wouter de Bie, Fulps Ranke, Gerrit Brasser, Evert Asjes, Pieter Schavemaker en Willem Brakenhoff. Van hen wonen Arie Admiraal, Simon Duinmaijer en Willem Brakenhoff in Bakkum en de overigen in Castricum.
Arie Admiraal wordt ‘adjoinct du maire’ (wethouder) en de overigen worden raadsleden. Het gemeentebestuur bestaat naast de burgemeester uit een wethouder (Arie Admiraal) en tien raadsleden. Naast de acht geïnstalleerde leden zijn er ook twee vacatures. De benoeming betreft namelijk ook Jan van Bruijnswaard, die inmiddels is overleden en Jan Glorie die zijn benoeming vanwege zijn slechte gezichtsvermogen en hoge ouderdom niet heeft aanvaard.

Burgemeester Jacob Nuhout van der Veen doet op 7 maart 1812 in een brief aan de onder-prefect een dringend verzoek om te worden ontslagen, omdat het hem onmogelijk is gebleken om het burgemeestersambt te combineren met dat van notaris (in Alkmaar). Voorlopig blijft hij echter in functie.
Per 1 januari 181 3 zijn drie kandidaten voor de post van burgemeester genomineerd:

  1. Pieter Kieft, tabaksverkoper, geboren in 1783, 29 jaar, woont in Castricum, gehuwd, 3 kinderen, ontvanger der indirecte belastingen, persoonlijk bezit 300 gulden, omschreven als man met verstand, fatsoen en goede wil;
  2. Arie Admiraal, adjoint, geboren in 1760, 52 jaar, woont in Bakkum, gehuwd, 5 kinderen, landbouwer, persoonlijk bezit 300 gulden, omschreven als man met beperkte capaciteiten voor zijn functie;
  3. Simon Duinmaijer, raadslid, geboren in 1762, 50 jaar, woont in Bakkum, gehuwd, 6 kinderen, landbouwer, persoonlijk bezit 400 gulden, geschikt voor de functie.

Op 6 januari 1813 leggen Pieter Kieft als burgemeester van Castricum en Arie Admiraal als ‘adjoint du maire’ de eed af en worden geïnstalleerd op het raadhuis te Castricum in het bijzijn van de afgetreden burgemeester Jacob Nuhout van der Veen; beide heren waren op 25 december 1812 door de prefect van het departement benoemd.
Pieter Kieft neemt in zijn nieuwe functie al op 13 februari 1813 contact op met de onderprefect over de twee vacatures in de gemeenteraad. Als kandidaten worden voorgesteld: Cornelis van den Dam, geboren 8 oktober 1750 en Cornelis Schrama, geboren 1 maart 1746; beiden zijn weduwnaar, hebben geen kinderen en zijn veehouder met een jaarinkomen van 5.000 gulden.

Na het einde van de Franse overheersing, waardoor de Nederlandse onafhankelijkheid wordt hersteld, maken de grondwetten van 1814 en 1815 weer onderscheid tussen stedelijke en plattelandsgemeenten. De gemeentelijke samenvoegingen worden bij Koninklijk Besluit van 13 december 1815 weer ongedaan gemaakt. Dat geldt echter niet voor Bakkum en Castricum, die al vele tientallen jaren dezelfde ambachtsheer en schout hadden gekend en in zeker opzicht al samen optrokken. Bovendien was er in Bakkum geen burgemeester beschikbaar. Onze gemeente ging in 1817 ‘Castricum en Bakkum’ heten.

Ook worden na de Franse overheersing de rechten van de ambachtsheer ten dele hersteld, waarbij de benoeming van raadsleden mede geschiedt op voordracht van de ambachtsheer.
Gesproken wordt enerzijds van steden, anderzijds van heerlijkheden, districten en dorpen. De organisatie van het bestuur ten plattelande wordt vastgelegd in een reglement van 1815. Krachtens dit reglement keert de schout terug; hij is tevens secretaris en ontvanger en wordt bijgestaan door een raad. In de gemeente ‘Castricum en Bakkum’ bestaat de raad uit vijf leden, waaruit twee assessoren (wethouders) worden gekozen. De raadsleden worden voor drie jaar benoemd; zij worden bij voorkeur gekozen uit de ‘vroedste en gegoedste’ ingezetenen. Een raadslid moet minstens vier jaar in de gemeente hebben gewoond, minstens 50 gulden aan belasting betalen en voor het overige voldoen aan de eisen van een stemgerechtigde burger. Om stemgerechtigd te zijn moet een burger minstens een jaar in de gemeente hebben gewoond, minstens 12 gulden aan belasting betalen, zelfstandig zijn en niet met justitie in aanraking zijn geweest.
De stemming ter vervulling van de opengevallen plaatsen geschiedt jaarlijks in de maand september via gesloten briefjes, die namens de schout aan huis worden bezorgd en opgehaald. In 1812 zijn er van de 630 inwoners 156 stemgerechtigd. In 1817 is de grens voor de burger om stemgerechtigd te kunnen zijn verhoogd naar 30 gulden, waardoor er nog maar 23 personen daarvoor in aanmerking komen.

Samenstelling van het gemeentebestuur volgens een opgave van 9 juli 1812:

maire:
Jacob Nuhout van der Veen, beroep notaris, oud 33 jaren, woonplaats Alkmaar

adjunct:
Arie Admiraal, beroep landbouwer, oud 52 jaren, woonplaats Bakkum

municipale raden:
Simon Duinmaijer, beroep landbouwer, oud 50 jaren, woonplaats Bakkum
Albert Maartensz Knaap, beroep landbouwer, oud 48 jaren, woonplaats Castricum
Wouter de Bie, beroep schilder, oud 42 jaren, woonplaats Castricum
Fulps Ranke, beroep metselaar, oud 40 jaren, woonplaats Castricum
Gerrit Brasser, beroep landbouwer, oud 57 jaren, woonplaats Castricum
Evert Asjes, beroep landbouwer, oud 55 jaren, woonplaats Castricum
Pieter Schavemaker, beroep bakker, oud 40 jaren, woonplaats Castricum
Willem Brakenhoff, beroep landbouwer, oud 56 jaren, woonplaats Bakkum


Jaarboek 31, pagina 7

De installatie van een nieuw gemeentebestuur op 1 mei 1817

De schout wordt benoemd door de Koning en de raadsleden door de Provinciale Staten, beiden op voordracht van de ambachtsheer. Het eerste gemeentebestuur dat volgens de nieuwe wetten is samengesteld, wordt voor elke gemeente in de provincie Noord-Holland omstreeks 1 mei 1817 geïnstalleerd. Direct hieraan voorafgaand heeft de schout en secretaris der ‘Gemeente Castricum en Bakkum’, Pieter Kieft, op 23 april 1817 de eed afgelegd ten overstaan van de heer Staatsraad Gouverneur van onze provincie. (Tegenwoordig spreken we van Commissaris van de Koningin.) Bovendien hebben Gedeputeerde Staten eerder bij hun besluit van 3 april de leden van de raad benoemd, te weten: Gerrit Brasser en Simon Duinmaijer als assessoren en Evert Asjes, Cornelis Schrama en Floris Twisk als raadsleden.

Op de bewuste dag, 1 mei, wordt op het gemeentehuis van Castricum om 10 uur ’s morgens voor de schout Pieter Kieft het oude bestuur ontbonden, treedt het nieuwe bestuur aan en wordt door de schout de eed voorgelezen, luidende: “Ik zweer dat ik den mij opgedragen post van lid der Gemeenteraad van de gemeente Castricum, met alle getrouwheid zal vervullen; dat ik mij van alle pligten mij in die betrekking opgelegd, eerlijk en opregtelijk zal kwijten, overeenkomstig de Grondwet, de algemeene landswetten, als mede met hetgeen bij het reglement van bestuur van het platteland van Holland is voorgeschreven.”
Vervolgens wordt de eed door elk raadslid afzonderlijk bevestigd met de woorden: “Zoo waarlijk helpe mij God Almachtig!”
Door de schout is van deze installatie een proces verbaal opgemaakt dat door de schout, de assessoren en de overige raadsleden is ondertekend.

Volgens het nu geldende reglement worden de raadsleden tekens voor drie jaar benoemd; elk jaar treedt op 2 december een derde af. Bij loting is de volgorde van aftreden bepaald. Per 2 december 1817 zijn dat Gerrit Brasser en Cornelis Schrama; op diezelfde dag in 1818 zijn dat Floris Twisk en Evert Asjes en in 1819 is Simon Duijnmaijer aan de beurt.

De raadsperiode van mei 1817 tot december 1825 (5 raadszetels)

Samenstelling gemeenteraad:

Schout:
Kieft, P. gedurende de periode van 1-5-1817 tot  1-12-1825

Raadsleden:
Brasser, G. zetel a, gedurende periode van 1-5-1817 tot 2-12-1820
Tromp. G., zetel a, gedurende periode van 2-12-1820 tot 1-12-1825
Duinmaijer, S. zetel b, gedurende periode van 1-5-1817 tot 3-12-1822
Twisk, F. zetel b, gedurende periode van 3-12-1822 tot 1-12-1825
Asjes, E. zetel c, gedurende periode van 1-5-1817 tot 1-12-1825
Schrama C. zetel d, gedurende periode van 1-5-1817 tot 2-12-1820
Brakenhoff, J. zetel d, gedurende periode van 2-12-1820 tot 1-12-1825
Twisk, F. zetel e, gedurende periode van 1-5-1817 tot 6-12-1821
Ranke, F. zetel e, gedurende periode van 6-12-1821 tot 1-12-1825

Toelichting tabel:
De kleine letters a t/m e geven de zetels aan van de vijf raadsleden. Als een raadslid wordt vervangen, geldt voor zijn opvolger dezelfde letter. De begin- en einddatum vermelden de periode van genoemd raadslid binnen de behandelde raadsperiode.

Assessoren:
Uit hun midden werden elk jaar van de vijf raadsleden er twee tot assessor gekozen. Assessoren waren in deze periode achtereenvolgens Gerrit Brasser (3,5 jaar), Simon Duinmaijer (3,5 jaar), Jan Brakenhoff (5 jaar), Evert Asjes (1 jaar) en Gerrit Tromp (4 jaar).

Ontwikkelingen in deze raadsperiode:
Bij een opgave in 1812 heeft Bakkum 110 en Castricum 520 inwoners. Bij de volkstelling van 1830 is het totaal aantal inwoners toegenomen tot 791. In 1812 waren er 41 schelpenvissers, 21 veehouders en 21 dagloners. Pieter Kieft is als onderwijzer in 1813 opgevolgd door Antonie van Rozenhagen. Het onderwijs wordt gegeven in een afgescheiden gedeelte in de oude dorpskerk. Vanwege herhaalde dronkenschap wordt Van Rozenhagen ontslagen. Vanaf 1825 is Cornelis Schut de schoolmeester van Castricum. Predikant van de Nederlands hervormde kerk is al sinds 1791 Ernst Willem Fabritius, een zwager van de vroegere schout Joachim Nuhout van der Veen.
In deze periode is 88 procent van de Castricumse bevolking rooms-katholiek en de overige 12 procent protestant. De rooms-katholieken gaan ter kerke in de schuilkerk aan de Breedeweg. In 1817 wordt Bernardus Piepers benoemd tot pastoor in Castricum. Hij zorgt ervoor dat het schuilkerkje nog eens grondig wordt vernieuwd en onder de druk van het stijgend aantal gelovigen vergroot. Een beschrijving uit 1826 over het interieur van de schuilkerk meldt circa 150 plaatsen. In 1824 wordt pastoor Piepers opgevolgd door Gijsbertus Ruijgrok van de Werve.


Jaarboek 31, pagina 8

Titelblad van het Reglement op het Bestuur ten Platten lande van 1825.
Titelblad van het Reglement op het Bestuur ten Platten lande van 1825.

Het Reglement op het Bestuur ten Platten Lande van 1825

Jaarlijks moeten de namen van de kandidaten worden voorgelegd aan de ambachtsheer. Na diens goedkeuring worden de raadsleden benoemd door Gedeputeerde Staten. Vanuit de nieuwe samenstelling worden dan vervolgens uit hun midden de assessoren (wethouders) gekozen. Vanwege de omslachtige werkwijze wordt de korte raadsperiode dan ook aangepast bij het in werking treden van een nieuw ‘Reglement op het Bestuur ten Platten Lande in de Provincie Holland’ in 1825. De raadsleden worden in het vervolg voor zes jaar benoemd en elke twee jaar treedt op 2 januari eenderde af. De aftredende raadsleden zijn in principe weer herkiesbaar.
In dit nieuwe reglement is de eeuwenoude titel van schout afgeschaft en vervangen door die van burgemeester, die voor een termijn van zes jaar door de koning wordt benoemd. Na 1825 bestaat de gemeenteraad van Castricum uit een burgemeester, 2 assessoren en 4 raadsleden.

Om raadslid te kunnen zijn moet je Nederlands staatsburger en minimaal 23 jaar oud zijn, in de desbetreffende gemeente wonen, geen familierelatie hebben met een van de overige leden van de raad en zoveel belasting betalen als ook vereist wordt om te mogen stemmen voor de Provinciale Staten. Een inwoner moet een flink inkomen genieten om tot raadslid te kunnen worden gekozen. In Castricum betekent dit in de 19e eeuw dat vooral de ‘rijke’ veehouders lid van de gemeenteraad zijn.

De raadsperiode van december 1825 tot september 1851 (6 raadszetels)

Burgemeesters:
Kieft, P. gedurende de periode van 1-12-1825 tot 22-1-1836
Quack, J. de gedurende de periode van 20-1-1837 tot 10-9-1851

Raadsleden:
Tromp, G. zetel a, gedurende de periode van 1-12-1825 tot 3-7-1832 (overleden)
Melker, W. zetel a, gedurende de periode van 18-7-1832 tot 2-1-1836
Schotvanger, P. zetel a, gedurende de periode van 2-1-1836 tot 10-9-1851
Twisk, F. zetel b, gedurende de periode van 1-12-1825 tot 10-9-1851
Asjes, E. zetel c, gedurende de periode van 1-12-1825 tot 15-3-1 827 (overleden)
Bruijnswaard, K. zetel c, gedurende de periode van 14-6-1827 tot 10-9-1851
van Brakenhoff, J. zetel d, gedurende de periode van 1-12-1825 tot 2-1-1828
Schermer, C. zetel d, gedurende de periode van 2-1-1828 tot 2-1-1828
Louter, J. zetel d, gedurende de periode van 2-1-1834 tot 10-9-1851
Ranke, F. zetel e, gedurende de periode van 1-12-1825 tot 1-5-1835 (overleden)
Stet, K. zetel e, gedurende de periode van 17-6-1835 tot 10-9-1851
Muijs, P. zetel f, gedurende de periode van 1-12-1825 tot 11-6-1841 (overleden)
Asjes, A. zetel f, gedurende de periode van 22-9-1841 tot 10-9-1851

Bij hun aantreden in 1825 waren vier raadsleden veehouder van beroep, één raadslid was naast veehouder ook koopman in schelpen (Gerrit Tromp) en één raadslid (Fulps Ranke) was aannemer. De gemiddelde leeftijd van de raadsleden in 1825 was 57 jaar.

Assessoren:
Elke twee jaar worden van de zes raadsleden er twee tot assessor (wethouder) gekozen. Assessoren waren in deze periode achtereenvolgens Gerrit Tromp (6,5 jaar), Jan Brakenhoff (2 jaar), Pieter Muijs (15,5 jaar), Willem Melker (3,5 jaar), Pieter Schotvanger (1,5 jaar) en Klaas Stet (10 jaar).


Jaarboek 31, pagina 9

Ontwikkelingen in deze raadsperiode
De meest ingrijpende gebeurtenis in deze raadsperiode is de gevangenneming en veroordeling van burgemeester Pieter Kieft, die naast burgemeester ook ontvanger is van diverse belastingen. In deze functie heeft hij fraude gepleegd en wordt hiervoor in 1836 tot vijf jaar gevangenisstraf veroordeeld. Men kan zich voorstellen dat dit enorm veel tumult heeft gegeven bij de plaatselijke bevolking. Verschillende grondbezitters hebben gedurende een reeks van jaren te veel belasting betaald, die Pieter Kieft niet heeft afgedragen aan de betreffende instanties, maar in eigen zak heeft gestoken. In deze rechtszaken hebben niet alleen de toen in functie zijnde assessoren P. Schotvanger en P. Muijs, de raadsleden Jan Louter en Klaas Stet en afgetreden assessor Willem Melker verklaringen afgelegd en zijn zij ondervraagd, maar heeft ook een aantal grondbezitters hun aanslagen in de bijdrage aan de St. Aagtendijk, de Hondsbossche en de Uitwaterende Sluizen moeten overleggen.

Jan de Quack, burgemeester van Castricum van 1837 tot 1852.
Jan de Quack, burgemeester van Castricum van 1837 tot 1852.

Het vertrek van Pieter Kieft zal in Castricum met de nodige opluchting gepaard zijn gegaan. Met de komst op 6 februari 1837 van zijn opvolger Jan de Quack breekt een stabiele periode aan. Jan de Quack is een veelzijdig persoon. Hij geniet landelijke bekendheid als toneelschrijver en dichter, is al sinds 1828 burgemeester van Beverwijk en neemt bovendien op 67-jarige leeftijd in 1837 het ambt van burgemeester en secretaris van Castricum op zijn schouders. Hij heeft toestemming om in Beverwijk te blijven wonen. Kenmerkend voor deze raadsperiode is de grote armoede die in het dorp heerst; de armenkas is nagenoeg leeg en ook met de gemeentelijke financiën is het slecht gesteld. Deze situatie is mede veroorzaakt door de grote schuld die de vorige burgemeester heeft achtergelaten. Dit heeft ook gevolgen voor het onderwijs. Er zijn heel veel klachten van de ouders over het slechte onderwijs dat door meester Schut wordt gegeven. Schut is de enige leerkracht voor meer dan 100 kinderen. De school is nog steeds ondergebracht in een afgescheiden gedeelte van de oude dorpskerk. Er is geen geld voor een ondermeester.

In de periode 1830 tot 1835 is een groot project in het duingebied in uitvoering, dat diende om uitgestrekte duinvalleien voor landbouw en veeteelt geschikt te maken. Dit bracht gedurende die periode werk voor vele tientallen grondwerkers.
Ernst Willem Fabritius wordt in 1828 opgevolgd als dominee van de Ned. Hervormde Kerk door Coert D. Canne, die in 1846 wordt opgevolgd door Pieter A. van der Laan. Pastoor Gijsbertus Ruijgrok van de Werve wordt na zijn overlijden in 1849 opgevolgd door Henricus Meeuwsen.

De nieuwe gemeentewet van 1851

Bij de grondwetsherziening van 1848 zijn de heerlijke rechten tot voordracht van een lid van het gemeentebestuur afgeschaft. Ook wordt het verschil in bestuur tussen stad en platteland opgeheven; grote en kleine gemeenten krijgen voortaan gelijke rechten en plichten. Een en ander heeft tot gevolg dat er een nieuwe gemeentewet moet komen. Het ontwerp van de gemeentewet van 1851 is van de staatsman Thorbecke; zijn naam is hieraan onverbrekelijk verbonden.

Thorbecke, groot staatsman en ontwerper van de nieuwe gemeentewet van 1851.
Thorbecke, groot staatsman en ontwerper van de nieuwe gemeentewet van 1851.

Thorbecke (1798-1872) is de meest geslaagde staatkundige hervormer uit de Nederlandse geschiedenis. Onder zijn ministeries kwamen belangrijke wetten tot stand: de Kieswet en de Provinciale wet, beide van 1850, en het jaar daarop de Gemeentewet. De laatste twee vormen tot op heden het fiundament van de bestuurlijke indeling van Nederland. Daarna volgden de wetten tot aanleg van het Noordzeekanaal en de Nieuwe Waterweg, en de wet op het Middelbaar Onderwijs.

In alle gemeenten wordt de raad het hoofd van de gemeente; de gemeenteraad is de baas over het eigen gemeentelijke beleid. Hij maakt uit aan welke zaken geld wordt besteed (budgetrecht), bepaalt de gemeentelijke regels waaraan alle burgers zich te houden hebben (verordeningen) en neemt alle besluiten die voor het reilen en zeilen van de gemeente van belang zijn (beschikkingen).

De gemeenteraad wordt voortaan rechtstreeks door de ingezetenen gekozen. Stemrecht hebben alleen mannen van


Jaarboek 31, pagina 10

minimaal 23 jaar en alleen zij die een bepaald bedrag aan belasting betalen. Dit minimum bedrag (census) is in de grondwet vastgelegd en bedraagt 20 gulden, in die tijd een groot bedrag. Het zogenoemde censuskiesrecht heeft tot gevolg dat slechts weinig mensen aan de verkiezingen mogen deelnemen (circa 11 procent van de mannen).

Volgens de nieuwe wet wordt de burgemeester door de Koning(in) benoemd voor een periode van zes jaar. Vóór de aanvaarding van zijn ambt legt de burgemeester de eed af in handen van de Commissaris van de Koning(in), die hem vervolgens beëdigt. Dan volgt gewoonlijk een plechtige installatie in de raadsvergadering, die speciaal voor dat doel is belegd.

Assessoren worden voortaan wethouders genoemd en door de raad uit hun midden gekozen; gemeenten met minder dan 2.000 inwoners, zoals Castricum, krijgen zeven raadsleden, die voor een periode van zes jaar worden gekozen. Elke twee jaar treedt eenderde af.

Geloofsbrieven

Bij opvolging worden de geloofsbrieven van een nieuw gekozen raadslid beoordeeld door een commissie van drie leden uit de gemeenteraad, die hierover in de raadsvergadering verslag uitbrengt. De geloofsbrieven omvatten het bewijs van Nederlanderschap en van meerderjarigheid, een verklaring dat hij minstens een jaar in de gemeente heeft gewoond, dat hij geen openbare betrekkingen bekleedt en er geen familierelatie bestaat van hem of zijn echtgenote in de eerste of tweede graad met de burgemeester of met een van de andere raadsleden. Veelal is dit een formaliteit en zal de raad vervolgens de geloofsbrieven goedkeuren en besluiten om het gekozen (benoemde) raadslid in de gemeenteraad op te nemen. Het desbetreffende raadslid wordt dan voor de eerstvolgende gemeenteraadsvergadering uitgenodigd om de eed af te leggen en te worden geïnstalleerd.

In 1851 worden nieuwe gemeenteraadsverkiezingen gehouden. Daarbij worden Klaas van Bruijnswaard en Floris Twisk, resp. 72 en 75 jaar, niet meer herkozen. Ook burgemeester De Quack wordt – ondanks een klemmend beroep door de gemeenteraad op de Commissaris des Konings tot voortzetting van zijn ambt – vanwege zijn hoge leeftijd van 82 jaar op 13 mei 1852 eervol ontslagen.

Plan in 1851 voor de samenvoeging van Limmen met Castricum

Minister Thorbecke heeft ter voorbereiding van de invoering van de nieuwe gemeentewet in 1851 de wenselijkheid geuit om deze invoering ‘hand aan hand te doen gaan met eene vereeniging van kleine gemeenten tot grootere’. Een door Gedeputeerde Staten (GS) uit hun midden benoemde commissie bracht reeds op 21-5-1851 een voorlopig rapport uit. Naar de mening van de commissie komen een aantal gemeenten voor samenvoeging in aanmerking. In onze regio zijn dat:

  • Egmond-Binnen met Wimmenum
  • Heerhugowaard met Veenhuizen
  • Oudorp met Oterleek
  • Limmen met Castricum
  • Uitgeest met Heemskerk

Een bepaling in de nieuwe gemeentewet maakt het onmogelijk dat gemeenten blijven voortbestaan met minder dan 25 kiezers voor de benoeming van leden van de gemeenteraad. Dit is vervolgens aanleiding om de samenvoegingsplannen te beperken tot gemeenten met minder dan 25 kiezers. In dit nieuwe voorstel gelden in onze regio nog slechts de volgende samenvoegingen: in 1854 Veenhuizen (12 kiezers) bij Heerhugowaard en in 1857 Wimmenum (6 kiezers) bij Egmond-Binnen.

De raadsperiode van september 1851 tot september 1919 (7 raadszetels)

Gedurende deze zeer lange raadsperiode van 68 jaar blijft de grootte van de gemeenteraad gelijk. Pas in 1919 gaat er veel veranderen door een nieuw kiesstelsel. Het onderstaande overzicht geeft de opeenvolgende zeven burgemeesters en de in functie zijnde raadsleden gedurende deze raadsperiode. Per ambtsperiode van elke burgemeester worden de belangrijkste ontwikkelingen in de gemeente belicht. Het aantal inwoners verviervoudigt bijna van ca. 1.100 in 1851 tot circa 4.300 in 1919.

Samenstelling gemeenteraad:

Burgemeesters:
Quack, J.de gedurende de periode van 10-9-1851 tot 13- 5-1852
Rendorp, J. gedurende de periode van 13-5-1 852 tot 1-1-1868
Zaalberg, H. gedurende de periode van 21-1-1868 tot 1-7-1869
Moens, C.H. gedurende de periode van 1-7-1869 tot 15-11-1877
Boreel van Hogelanden, J.W.G. gedurende de periode van 1-12-1877 tot 1-5-1888
Mooij, J. gedurende de periode van 5-6-1888 tot 1-6-1918
Lommen, P.H.L.J. gedurende de periode van 1-8-1918 tot 2-9-1919

Raadsleden:
Schotvanger, P.  zetel a, gedurende de periode van 10-9-1851 tot 12- 12-1858 (overleden)
Rommel, J.F. zetel a, gedurende de periode van 11-5-1859 tot 16-9-1875
Kuijs, Jb. zetel a, gedurende de periode van 16-9-1875 tot 3-6-1910


Jaarboek 31, pagina 11

(vervolg van pagina 11)
Raadsleden
:
Dijkman, Th. zetel a, gedurende de periode van 27-7-1910 tot 15-12-1912 (overleden)
Spaansen, C., zetel a, gedurende de periode van 5-3-1913 tot 2-9-1919
Brakenhoff, J. zetel b, gedurende de periode van 10-9-1851 tot 17-12-1859 (overleden)
Handgraaf, H. zetel b, gedurende de periode van 16-5-1860 tot 1-10-1863
Kuijs, Jn. Czn. zetel b, gedurende de periode van 7-10-1863 tot 4-5-1877
Apeldoorn, J. zetel b, gedurende de periode van 25-7-1877 tot 3-10-1880 (overleden)
Soll, J.A. van zetel b, gedurende de periode van 5-1-1881 tot 10-12-1891 (overleden)
Franse, H.A.F. zetel b, gedurende de periode van 31-3-1892 tot 16-8-1893
Goes, J.M. zetel b, gedurende de periode van 5-9-1893 tot 4-9-1917
Schuijt, J. zetel b, gedurende de periode van 4-9-1917 tot 2-9-1919
Schermer, C. zetel c, gedurende de periode van l 0-9-1851 tot 8-4-1868
Mooij, C. zetel c, gedurende de periode van 8-4-1868 tot 2-6-1880
Melker, W. zetel c, gedurende de periode van l l-8-1880 tot 13-10-1903 (overleden)
Duijn, P. zetel c, gedurende de periode van 21-1-1904 tot 17-7-1910 (overleden)
Twisk, P. zetel c, gedurende de periode van 16-11-1910 tot 2-9-1919
Louter, J. zetel d, gedurende de periode van 10-9-1851 tot  31-7-1866
Glorie, F. zetel d, gedurende de periode van 8-8-1866 tot 1-9-1891
Spaansen, C. zetel d, gedurende de periode van 1-9-1891 tot 7-9-1908
Valkering, P.J. zetel d, gedurende de periode van 7-9-1909 tot 2-9-1919
Stet, K. zetel e, gedurende de periode van 10-9-1851 tot 11-7-1860
Brakenhoff, G. zetel e, gedurende de periode van 11-7-1860 tot 14-9-1861 (overleden)
Schotvanger, J. zetel e, gedurende de periode van 15-1-1862 tot 16-8-1878 (overleden)
Brakenhoff, J. zetel e, gedurende de periode van 7-11-1878 tot 16-10-1882
Louter, S. zetel e, gedurende de periode van 20-12-1882 tot 3-9-1895
Asjes, A. zetel e, gedurende de periode van 3-9-1895 tot 3-9-1901
Hogenstijn, J.J. zetel e, gedurende de periode van 3- 9-1901 tot 21- 3-1912 (overleden)
Slop, G. zetel e, gedurende de periode van 12-7-1912 tot 2-9-1913
Louter, G. zetel e, gedurende de periode van 2-9-1913 tot 2-9-1919
Asjes, A. zetel f, gedurende de periode van 10-9-1851 tot 16-12-1860 (overleden)
Slooten, T. zetel f, gedurende de periode van 20-3-1861 tot 8-4-1868
Bruijn, D. zetel f, gedurende de periode van 8-4-1868 tot 17-9-1873
Park, A. van der zetel f, gedurende de periode van 17-9-1873 tot 1-9-1891
Twisk, J. zetel f, gedurende de periode van 1-9-1891 tot 7-9- 909
Kuijs, G. zetel f, gedurende de periode van 7-9-1909 tot 2-9-1919
Rommel, J.F. zetel h, gedurende de periode van 10-9-1851 tot 2-9-1857
Kuijs, Jn. Jbzn. zetel h, gedurende de periode van 2-9-1857 tot 27-5-1862 (overleden)
Kuijs, Jn. Pzn. zetel h, gedurende de periode van 24-9-1862 tot 13-12-1884 (overleden)
Schuijt, J. zetel h, gedurende de periode van 4-2-1885 tot 4- 4-1910 (overleden)
Kuijs, P. zetel h, gedurende de periode van 27-7-1910 tot 2- 9-1919

Rouwadvertentie na het overlijden van raadslid Jacob Brakenhoff, die op 17 december 1859 is overleden: zijn vele kinderen en kleinkinderen hebben hem niet afgehouden van het raadslidmaatschap.
Rouwadvertentie na het overlijden van raadslid Jacob Brakenhoff, die op 17 december 1859 is overleden: zijn vele kinderen en kleinkinderen hebben hem niet afgehouden van het raadslidmaatschap.

Bij hun aantreden in 1851 waren 5 raadsleden veehouder van beroep, 1 raadslid was naast veehouder ook broodbakker (C. Schermer) en 1 raadslid (J.F. Rommel) was logementhouder van De Rustende Jager.
De gemiddelde leeftijd van de zeven raadsleden in 1851 was 54 jaar.

Wethouders:
Ook in deze periode zijn twee wethouders in functie. Er is nog geen sprake van een verdeling van portefeuilles. Het college houdt zich met alle voorkomende zaken bezig. Wethouders waren in deze periode achtereenvolgens Pieter Schotvanger (7 jaar), Klaas Stet (8,5  jaar), Cornelis Schermer (9 jaar), Jan Kuijs Jbzn. (2 jaar), Jan Schotvanger (13 jaar), Cornelis Mooij (9 jaar), Johannes F. Rommel (6 jaar), Adrianus van der Park ( 11 jaar), Jacob Brakenhoff (2 jaar), Jacob Kuijs (22,5 jaar), Wulbert Melker ( 13 jaar), Joseph M. Goes (14 jaar), Cornelis Spaansen (7 jaar) en Petrus J. Valkering (10 jaar).

Ontwikkelingen in deze raadsperiode (68 jaar)
Burgemeester Jan de Quack wordt in 1852 opgevolgd door de 56-jarige jonkheer Jacob Rendorp.
Rendorp is eigenaar van de kastelen Assumburg en


Jaarboek 31, pagina 12

Marquette in Heemskerk, is ambachtsheer van de gemeenten Heemskerk en Wijk aan Zee en Duin en vanaf 1850 ook burgemeester van Heemskerk. Hij woont op kasteel Marquette. Jacob Rendorp was goed op de hoogte van de plaatselijke situatie. Hij was door koning Willem 1 in 1829 samen met Gevers van Endegeest en Van Lennep benoemd in een commissie ter uitvoering van het grote ontginningsproject op Castricums grondgebied.
Met de bouw van een school naast het raadhuis en de komst van een tweede onderwijzer in 1853 wordt de kwaliteit van het onderwijs aanzienlijk verbeterd. Omstreeks 1862 wordt een Algemeen Armenhuis ingericht en op 1 mei 1867 wordt de spoorlijn Alkmaar-Haarlem geopend. De spoorlijn krijgt een station in Castricum, dat voor de ontwikkeling van onze gemeente van onschatbare betekenis is geweest.
De schuilkerk aan de Breedeweg wordt in 1858 gesloopt. In datzelfde jaar is een nieuwe rooms-katholieke kerk aan de Alkmaarderstraatweg gebouwd.

Jacob Rendorp, burgemeester van Castricum van 1852 tot 1868.
Jacob Rendorp, burgemeester van Castricum van 1852 tot 1868.
Hermanus Zaalbetg, burgemeester van Castricum in 1868 en 1869.
Hermanus Zaalberg, burgemeester van Castricum in 1868 en 1869.

Op zijn verzoek krijgt Jacob Rendorp per 1 januari 1868 ontslag als burgemeester van Castricum en Heemskerk en wordt in beide functies opgevolgd door de 55-jarige Hermanus Zaalberg, zoon van een Leidse dekenfabrikant, tot 1854 mededirecteur van de dekenfabriek en tot 1868 koopman en grossier in manufacturen te Leiden. De ambtsperiode in Castricum heeft kort geduurd. Zijn voortvarendheid en beslistheid waarmee hij bepaalde zaken, die naar zijn idee scheef gegroeid waren, recht wil zetten, brengt hem weldra in conflictsituaties, die hem uiteindelijk tot aftreden zullen dwingen. Diverse verwikkelingen rond de inrichting van het stationsplein en de afsluiting van de toegangswegen naar het station vormen de aanleiding van de raad om het vertrouwen in de burgemeester op te zeggen. Op de geplande raadsvergadering van 19 mei 1869 komt geen enkel raadslid opdagen. Ook op de nieuw uitgeschreven vergadering, een dag later, verschijnt niemand. Bij de derde poging op 24 mei is alleen wethouder J. Schotvanger aanwezig en als toehoorder de Commissaris van de Koning. Deze onhoudbare toestand leidt uiteindelijk tot het ontslag van de burgemeester per 1 juli 1869. In zijn afscheidsbrief aan de raadsleden wenst Hermanus Zaalberg zijn opvolger een beter toekomst toe. Verder schrijft hij: “Moge meerdere eerbied voor de wetten en eene hoogere achting voor het Hoofd der Gemeente U voortaan bezielen, dan eerst zult gij U Mijneheeren! over uw gehouden gedrag jegens mij vernederen.
Dan eerst zult gij de belangen van de Gemeente beter behartigen, dan gij tot hiertoe deed. Ik veroordeel U niet – God oordeele tusschen U en mij. Hij behoedde verder de Gemeente van Castricum, die ik reeds lief had gekregen en die betere Raadsleden waardig is.”
Zaalberg blijft tot zijn overlijden in 1884 wel burgemeester van Heemskerk.

Het oude raadhuis van Castricum, gebouwd in 1869; rechts hiervan staat de in 1854 geopende openbare lagere school.
Het oude raadhuis van Castricum, gebouwd in 1869; rechts hiervan staat de in 1854 geopende openbare lagere school.
Carel Hendrik Moens, burgemeester van Castricum van 1869 tot 1877.
Carel Hendrik Moens, burgemeester van Castricum van 1869 tot 1877.

Per 1 juli 1869 is de 23-jarige Carel Hendrik Moens benoemd als opvolger van Zaalberg. Moens is geboren in Kampen, is kandidaat-notaris, op dat moment nog ongehuwd en woont in Brummen (Gelderland). Hij neemt zijn intrek bij hoofdonderwijzer Franciscus Ludewig en gaat na zijn huwelijk in mei 1870


Jaarboek 31, pagina 13

in Beverwijk wonen. Op 15 november 1877 wordt hij op zijn verzoek ontslagen en wordt hij notaris in Beverwijk. Dit beroep oefent hij gedurende 41 jaar uit naast zijn wethouderschap voor deze gemeente. Een plein en een straat zijn in Beverwijk naar hem genoemd.

Jacob Boreel van Hogelanden, burgemeester van Castricum van 1877 tot 1888.
Jacob Boreel van Hogelanden, burgemeester van Castricum van 1877 tot 1888.

Op 1 december 1877 wordt Moens als burgemeester van Castricum opgevolgd door de 25-jarige jonkheer Jacob Willem Gustaaf Boreel van Hogelanden, die werd geboren op het landgoed Waterland te Velsen, rechten studeerde in Leiden en enige tijd werkte als attaché in Londen. Enkele maanden na zijn ambtsaanvaarding trouwt hij op 14 maart 1878 te ‘s-Gravenhage met barones Maria Cornelia Schimmelpenninck van der Oye. Jacob heeft van de minister van Binnenlandse Zaken toestemming om gedurende ruim twee maanden een buitenlandse huwelijksreis te maken. Na zijn terugkeer wordt hij op 11 juni 1878 in Castricum feestelijk binnengehaald: straten en huizen zijn versierd en er staan erepoorten op de Rijksstraatweg. Jacob Boreel heeft toestemming om te wonen op zijn landgoed Meervliet te Velsen. Wel moet hij voor de burgers van Castricum op elke woensdag in Castricum te spreken zijn.
In 1884 wordt Jacob Boreel ook benoemd tot burgemeester van Heemskerk. Om zich volledig te kunnen wijden aan zijn lidmaatschap van de Tweede Kamer krijgt hij op l mei 1888 op eigen verzoek ontslag als burgemeester van Castricum en Heemskerk.

De periode van de burgemeesters Zaalberg, Moens en Boreel van Hogelanden kenmerkt zich als een betrekkelijk rustige periode in de Castricumse geschiedenis. Het aantal inwoners schommelt tussen 1.375 en 1.715. Er zijn


Jaarboek 31, pagina 14

geen bijzondere bouwwerken verrezen, wegen aangelegd of andere nu nog aanwijsbare elementen uit die periode bewaard gebleven. Alleen de Openbare School wordt met 3 lokalen uitgebreid. De financiële toestand van de gemeente blijft onveranderd slecht.

Johannes Mooij, burgemeester van Castricum van 1888 tot 1918.
Johannes Mooij, burgemeester van Castricum van 1888 tot 1918.

Johannes Mooij wordt op 21 juni 1888 geïnstalleerd als opvolger van Jacob Boreel en is tot nu toe de enige burgemeester die in Castricum geboren en getogen is. Johannes was een zoon van veehouder en wethouder Cornelis Mooij en Antje Schermer, ging op kostschool in Bodegraven en naar het seminarie Hageveld in Voorhout. In 1878 trouwde hij met boerendochter Neeltje Kuijs; ook haar vader, Jan Kuijs, zat tot zijn overlijden in 1862 in de gemeenteraad. Voor zijn benoeming tot burgemeester en gemeentesecretaris was Johannes Mooij bloemkweker, landbouwer en gemeenteontvanger. Hij is 30 jaar burgemeester van Castricum en daarmee degene die dit ambt hier het langst heeft bekleed.

Belangrijke ontwikkelingen in Castricum tijdens zijn ambtsperiode zijn de bouw van zuivelfabriek ‘De Holland‘ aan de Breedeweg ( 1905), van de Gemeentelijke Gasfabriek aan de Oude Haarlemmerweg (1914) en de bouw en ingebruikname van Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch (1909). De komst van Duin en Bosch gaf een enorme impuls aan de plaatselijke gemeenschap.
In de periode van 1906 tot 1916 steeg het aantal inwoners van 2.285 tot 3.993: een toename met 75 procent. Rond 1911 werd een nieuw raadhuis, een nieuwe rooms-katholieke Pancratiuskerk en een nieuw hotel-restaurant ‘De Rustende Jager‘ gebouwd. Ook kwamen er in 1915 twee tuinbouwveilingen.

Op zijn verzoek wordt Johannes Mooij per 1 juni 1918 ontslagen en op 1 augustus daaraanvolgend door burgemeester Lommen opgevolgd.

Burgemeester Mooij op zijn werkkamer in het raadhuis.
Burgemeester Mooij op zijn werkkamer in het raadhuis.

De nieuwe Kieswet van 1919

Het in de 19e eeuw geldende censuskiesrecht had tot gevolg dat het aantal kiesgerechtigden relatief gering was: alleen mannen die een goed inkomen hadden mochten stemmen. Slechts zeer langzaam werd het kiesrecht uitgebreid, omdat de gegoede burgers, vooral liberalen en conservatieven, de dienst uitmaakten. Zij voelden niets voor een toenemende invloed van de arbeidersbeweging op het bestuur. Ook vanuit religieuze kringen was er een beweging om het kiesrecht uit te breiden, mede om via wetgeving een einde te maken aan de ongelijkheid in de financiering van het ondetwijs. Het openbare onderwijs kreeg geld uit de staatskas, terwijl

De eerste foto van de gemeenteraad in het toen nog nieuwe raadhuis. Vermoedelijk genomen op 2 september 1913 bij de installatie van Gerrit Louter als raadslid, die plaats heeft aan het hoofd van de tafel, geflankeerd door veldwachter Bleijendaal. Aan de achterwand een foto van het nog jonge prinsesje Juliana en van een wapenbord van de familie Geelvinck, als ambachtsheren van Bakkum.
De eerste foto van de gemeenteraad in het toen nog nieuwe raadhuis. Vermoedelijk genomen op 2 september 1913 bij de installatie van Gerrit Louter als raadslid, die plaats heeft aan het hoofd van de tafel, geflankeerd door veldwachter Bleijendaal. Aan de achterwand een foto van het nog jonge prinsesje Juliana en van een wapenbord van de familie Geelvinck, als ambachtsheren van Bakkum. Niet alle personen op de foto zijn bekend. We herkennen uiterst links Piet Twisk en naast hem Piet Kuijs; de tweede en derde van rechts respectievelijk Piet Valkering en burgemeester Mooij.

Jaarboek 31, pagina 15

particuliere rooms-katholieke en protestants-christelijke scholen geen subsidie kregen. Uitbreiding van het kiesrecht was een belangrijke doelstelling van de in 1879 opgerichte Anti-Revolutionaire Partij (ARP), de eerste politieke partij in ons land. Ook vanuit de arbeidersbeweging, die in de l9e eeuw ten gevolge van de industrialisatie was ontstaan, was er een sterke behoefte om meer invloed te krijgen.Veel arbeiders verdienden niet genoeg om hun stem te mogen uitbrengen. In 1894 verenigden de arbeiders zich in de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) met het voornaamste doel om algemeen kiesrecht te bereiken. Grondwetwijzigingen in 1887 en 1896 hadden weliswaar de leeftijd om te mogen stemmen verhoogd naar 25 jaar, maar onder andere de financiële drempel aanzienlijk verlaagd met het gevolg dat nu aanzienlijk meer mannen mochten stemmen. In Castricum is het aantal stemgerechtigden in 1882 voor de gemeenteraad 96 (circa 6 procent van de bevolking), in 1894 zijn dat er 143 (circa 8 procent) en in 1915 is het aantal toegenomen tot 504 stemgerechtigden (circa 13 procent).

De installatie van burgemeester Lommen in 1918.
De installatie van burgemeester Lommen in 1918.
Vl.n.r.: zittend: Piet Kuijs (raadslid), Hendrikus Oostveen (gemeentesecretaris), Kees Spaansen (raadslid), mevr. Lommen (stiefmoeder van de burgemeester), burgemeester Lommen en de raadsleden Piet Valkering, Gerrit Kuijs, Gerrit Louter en Piet Twisk; staand: dominee Van Poelgeest, raadslid Joseph Goes, oudburgemeester Mooij, een familielid van burgemeester Lommen, mevr. Van Benthem, Herman van Benthem en nog een familielid van burgemeester Lommen.

Uiteindelijk bracht de nieuwe Kieswet van 1919 algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen en de plicht om te stemmen (opkomstplicht, die in 1970 weer werd afgeschaft). De nieuwe wet bracht veel veranderingen. De raadsleden worden gekozen voor een periode van vier jaar. Vóór de te houden verkiezingen worden de kandidaten van een bepaalde groep of partij op verkiezingslijsten samengebracht. In het volgende jaarboek wordt dit artikel voortgezet met de resultaten van de verkiezingen, de politieke partijen, de veranderingen in het gemeentebestuur en de belangrijkste ontwikkelingen in de gemeente na 1919.

Simon Zuurbier

Bronnen:

Archieven:

  • Regionaal Archief Alkmaar: archief gemeente Castricum 1812-1936 + Oud-Archief Castricum.
  • Noord-Hollands Archief, archief van de Arrondissementsbesturen van Amsterdam, Haarlem, Hoorn en Alkmaar 1811-1815.

Publicaties:

  • Alberts, prof. mr. dr. W.J., De geboorte en groei van de Nederlandse gemeente, Nauta Reeks 1, Alphen aan den Rijn 1966.
  • Blauw, K., Rapport der provinciale commissie ter bestudering van de gemeentelijke indeling van Noord-Holland (6 banden), Eerste deel: algemene beschouwingen, bijlage: historisch overzicht van de gemeentelijke indeling van Noord-Holland.
  • Blécourt, mr. A.S. de, De organisatie der gemeenten gedurende de jaren 1795 – 1851 , Haarlem 1903.
  • Kaan, N.A., De gemeente Castricum en haar raadhuizen, 5e Jaarboekje Werkgroep Oud-Castricum.
  • Koeken, mr. M.J.A.Y., Van stads- en plattelandsbestuur naar gemeentebestuur, ‘s-Gravenhage 1973.
  • Overwater, A.M., Het Bestuur van Barendrecht, 18 11-2001.
  • Raadschelders, J.C.N., Plaatselijke bestuurlijke ontwikkelingen 1600-1980. Een historisch-bestuurskundig onderzoek in vier Noord-Hollandse gemeenten, Proefschrift, ‘s-Gravenhage, 1990.
  • Rombach, J.H., De rechtstreeks gekozen gemeenteraad van Alkmaar: 14 oktober 1851 – 1 oktober 1972, Alkmaars Jaarboekje, 1972, blz. 126 t/m 156.
  • Zuurbier, S.P.A., Wie was … Joachim Nuhout van der Veen, 1e Jaarboekje Werkgroep Oud-Castricum, 1978.

Jaarboek 31, pagina 16

Personalia leden van het gemeentebestuur van 1812 tot 1919:

Apeldoorn, Jacob, geboren Egmond-Binnen 19-1-1 827, landbouwer op Noord-Bakkum, aldaar overleden 3-10-1880, gehuwd met Trijntje Apeldoorn, zoon van Gerrit Apeldoorn en Petronella de Waard. Raadslid van 25-7-1 877 tot t 3-10-1880 (overleden).

Asjes, Albert, geboren op De Brabantse Landbouw 16- 11-1793, veehouder op de Albert’s Hoeve in de Oosterbuurt, overleden Castricum 16-12-1 860, gehuwd met Elisabeth de Bie, zoon van Evert Asjes en Codijntje !Hessing. Raadslid van 2-9-1841 tot 16-12-1860 (overleden).

Asjes, Arie, geboren Castricum 1-1-1833, veehouder op de Albert’s Hoeve in de Oosterbuurt, overleden Castricum 17-6-1921 , gehuwd met Dieuwertje Bommezij, zoon van Albert Asjes en Elisabeth de Bie. Raadslid van 3-9-1895 tot 3-9-1901.

Asjes, Evert, geboren Dalfsen (Ov) 6-6-1 757, veehouder op De Brabantse Landbouw in het duingebied en op de Albert’s Hoeve in de Oosterbuurt, overleden Castricum 15-3-1 827, gehuwd met Codijntje Hessing, zoon van Assje Berents en Jannichje Janssen. Raadslid van 5-1-1812 tot 15-3-1827 (overleden), wethouder van 2-12-1820 tot 6-12-1821.

Boreel van Hogelanden, jonkheer Jacob Willem Gustaaf, geboren Velsen 10-9-1852, burgemeester van Castricum, Heemskerk en Haarlem, lid van de Tweede Kamer en van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, woonde op het landgoed Waterland te Velsen, overleden Bloemendaal 16-7-1937, gehuwd met (1) barones Maria C. Schimmelpenninck van der Oye, (2) jvr. Cornelia M. van Weede, zoon van jhr. Willem Bareel van Hogelanden en jonkvrouwe Margaretha J.M.P. Bareel. Burgemeester van 1-12-1877 tot 1-5-1888.

Brakenhoff, Gerrit, geboren Castricum 16-9-1818, veehouder op boerderij Starrenburg aan de Bleumerweg, overleden Castricum 14-9-1861, gehuwd met Antje Stet, zoon van Jacob Brakenhoff en Antje van der Beek. Raadslid van 11-6-1860 tot 14-9-1861.

Brakenhoff, Jacob, geboren Castricum 22-12-1788, veehouder aan de Brakersweg, overleden Castricum 17-12-1859, gehuwd met (!) Antje van der Beek, (2) Neeltje Kuijs, (3) Grietje Beentjes, zoon van Jan Brakenhoff en Jannetje Molenaar. Raadslid van 10-9-1 85 1 tot 17-12-1859 (overleden).

Brakenhoff, Jacobus, geboren Alkmaar 23-7-1843, landbouwer, overleden Nijmegen 18-11-1929, gehuwd met Elisabeth Reijnders, zoon van Jacob Brakenhoff en Neeltje Stet. Raadslid van 7-11-1878 tot 16-10-1882 (wegens vertrek naar Nijmegen); wethouder van 11-8-1880 tot 16-10-1882.

Brakenhoff, Jan, gedoopt Limmen 15-2-1757, veehouder in de Oosterbuurt, overleden Castricum 30-3-1835, gehuwd met Jannetje Molenaar, zoon van Frans Brakenhoff en Jacoba van Leunen. Raadslid van 2-12-1820 tot 2-1-1828; wethouder van 2-12-1820 tot 2-1-1828.

Brasser, Gerrit, geboren Akersloot 18-1-1750, veehouder op boerderij Kronenburg, overleden Castricum 30-10-1825, gehuwd met Apollonia van Vliet, zoon van Jan Brasser en Guurtje Groot. Raadslid van 5-1-1812 tot 2-12-1820; wethouder van 1-51817 tot 2-12-1820.

Bruijn, Dirk, geboren Castricum 21-8-1805, veehouder op Bakkum, overleden Castricum 18-3-1 887, gehuwd met Trijntje van Bruijnswaarcl, zoon van Pieter Bruijn en Trijntje Leijen. Raadslid van 8-4-1868 tot 17-9-1873.

Bruijnswaard, Klaas van, geboren Castricum 6-9-1779, duinmeijer, schelpenvisser en veehouder, overleden Haarlemmermeer 19-5-1856, gehuwd met Maartje Koene, zoon van Jan van Bruijnswaard en Geertje van Velzen. Raadslid van 14-6-1 827 tot 10-9-1851.

Duinmaijer, Simon, gedoopt Castricum 8-11-1759, veehouder op Noord-Bakkum, overleden Heiloo 20-6-1827, gehuwd met (1) Aaltje Molenaar, (2) Catharina Everhout, zoon van Cornelis Duinmaijer en Maartje Groen. Raadslid van 5-1-1812 tot 3-12-1822 (in verband met vestiging in Heiloo); wethouder van 1-5-1817 tot 2-12-1820.

Duijn, Pieter, geboren Castricum 24-7-1853, veehouder aan de Heereweg, overleden Castricum 17-7-1910, gehuwd met Trijntje Stet, zoon van Willem Duijn en Willemijntje Kuijs. Raadslid van 21-1-1904 tot 17-7-1910 (overleden).

Dijkman, Theodorus, geboren Heemskerk 26-8-1863, veehouder op boerderij ‘De Groene Klaver’ in de Oosterbuurt, overleden Castricum 15-11-1912, gehuwd met Catharina Hoogewerf, zoon van Anthonius Dijkman en Agnes Groen. Raadslid van 27-7-1910 tot 15-11-1912 (overleden).

Franse, Henricus Antonius Franciscus, geboren Amsterdam 2-5-1847, landbouwer en winkelier, woonde aan de Overtoom, overleden Castricum 26-1-1917, gehuwd met (1) Henderika Scheerman, (2) Trijntje Kouwenberg, zoon van Antonius F. Franse en Carolina J. Visbeek. Raadslid van 31-3-1892 tot 16-8-1893 .

Glorie, Frans, geboren Castricum 15-7-1813, veehouder aan de Breedeweg, overleden Castricum 5-11-1891, gehuwd met Neeltje de Groot, zoon van Klaas Glorie en Antje Nanne. Raadslid van 31-7-1866 tot 1-9-1891.

Goes, Joseph Maria, geboren Amsterdam 26-4-1861, bloemkweker, lid van Prov. Staten, overleden Driebergen-Rijsenburg 27-7-1942, gehuwd met Maria Voorting, zoon van Nicolaas J. Goes en Susanna C. Diepen. Raadslid van 5-9-1893 tot 4-9-1 917; wethouder van 2-9-1902 tot 14-12-1904 en van 5-9-1905 tot 4-9-1917.

Handgraaf, Hendrik, gedoopt Velsen 26-6-1807, timmerman, woonde in de Kerkbuurt, overleden Castricum 7-10-1863, gehuwd met Catharina Traan, zoon van Harmanus Handgraaf en Leentje van Leeuwen. Raadslid van 16-5-1860 tot 23-9-1863.

Hogenstijn, Johan Jacob, geboren Castricum 19-10-185 1 veehouder op de Brakersweg, overleden Castricum 21-3-1912, gehuwd met Klaasje van den Berg, zoon van Jan Hogenstijn en Elisabeth A. Eckhart. Raadslid van 3-9-1901 tot 21-3-1912 (overleden).

Kieft, Pieter, geboren Westzaan 20-6-1782, schoolonderwijzer, schout en burgemeester, woonde aan de Dorpsstraat, wegens fraude ontslagen en veroordeeld in 1836, na 1841 kastelein in Amsterdam, aldaar overleden 3-2-1843, gehuwd met (1) Elisabeth Smit, (2) Maria H. Korte, zoon van Cornelis Kieft en Neeltje Rooij. Schout van 6-1-1813 tot 1-12-1825, Burgemeester van 1-12-1825 tot 22-1-1836 (datum in hechtenisname).

Kuijs, Gerrit, geboren Castricum 8-7-1863, landbouwer, tuinder aan de Brakersweg, overleden Castricum 15-3-1938, gehuwd met Aagje Admiraal, zoon van Pieter Kuijs en Aaltje Duijnmeijer. Raadslid van 7-9-1909 tot 1-9-1931; wethouder van 4-9-1923 tot 6-9-1927.


Jaarboek 31, pagina 17

Kuijs, Jacob, geboren Akersloot 25-4-1837, veehouder in de Oosterbuurl, overleden Castricum 15-2-1916, gehuwd met (1) Maartje Schotvanger, (2) Klaasje Terra, zoon van Pieter Kuijs en Eva Schermer. Raadslid van 16-9-1875 tot 7-7-1910 (ontslagbrief 3-6-191o); wethouder van 20-12-1882 tot 5-9-1 905.

Kuijs, Jan, geboren Akersloot 11-5-1816, veehouder in de Oosterbuurt, overleden Castricum 27-5-1862, gehuwd met (1) Trijntje Sinnige, (2) Guurtje Kuijs, zoon van Jacob Kuijs en Neeltje Dekker. Raadslid van 2-9-1857 tot 27-5-1862 (overleden); wethouder van 16-5-1860 tot 27-5-1862 (overleden).

Kuijs, Jan, geboren Castricum 21-11-1820, landbouwer en bloemkweker, woonde in de Kerkbuurt, overleden Castricum 13-12-1884, gehuwd met Aaltje Duijn, zoon van Pieter Kuijs en Maartje Bruijn. Raadslid van 24-9-1862 tot  13-12-1884 (overleden).

Kuijs, Jan, geboren Akersloot 18-2-1843, veehouder, vertrekt in 1877 naar Limmen, overleden Alkmaar 1-5-1918, gehuwd met Maartje van Veen, zoon van Cornelis Kuijs en Antje Dekker. Raadslid van 1-10-1863 tot 28-6-1877.

Kuijs, Petrus, geboren Castricum 7-7-1879, bloemkweker en koopman in zaden en tuinvruchten, overleden Castricum 22-6-1951 , gehuwd met Geertrudis Piepers, zoon van Pieter Kuijs en Koosje Brakenhoff. Raadslid van 27-7-1910 tot 4-9-1923; wethouder van 2-9-1919 tot 4-9-1923.

Lommen, Petrus Henricus Leo Josephus (Piet), geboren Tilburg 10-9-1885, ambtenaar ter secretarie te Valburg, te Ursem, lid Prov. Staten van Noord-Holland, burgemeester, overleden Castricum 10-11-1936, gehuwd met Emma F.R.M. Maury, zoon van Maximinus D.H.H. Lommen en Geertruida M.C. Spigt. Burgemeester van 1-8-1918 tot 10-11-1936 (overleden).

Louter, Gerrit, geboren Castricum 28-11- 1863, landbouwer en kruidenier, woonde aan het Schulpstet en aan de Dorpsstraat, overleden Castricum 15-5-1958, gehuwd met Adriana de Weijer, zoon van Simon Louter en Guurtje Brakenhoff. Raadslid van 2-9-1913 tot 2-9- 1919; 4-9-1923 tot 1-9-1931; wethouder van 6-9-1927 tot 1-9-1931.

Louter, Jan, geboren Castricum 26-1-1798, veehouder aan de Brakersweg, overleden Castricum 24-5-1869, gehuwd met Maartje Tromp, zoon van Simon Louter en Aagje Morsch. Raadslid van 2-1-1834 tot 31-7-1866.

Louter, Simon, geboren Castricum 22-2-1825, landbouwer op het Noordend, overleden Castricum 28-7-1915, gehuwd met Guurtje Brakenhoff, zoon van Jan Louter en Maartje Tromp. Raadslid van 20-12-1882 tot 3-9-1895.

Melker; Willem, gedoopt Akersloot 26-4-1796, veehouder in de Oosterbuurt, overleden Castricum 15-11-1872, gehuwd met Maartje Beugel, zoon van Wulbert Melker en Klaasje Castricum. Raadslid van 5-7-1832 tot 2-1-1836; wethouder van 5-7-1832 tot 2-1-1836.

Melker, Wulbert, geboren Castricum 12-10-1824, landbouwer in de Oosterbuurt, overleden Castricum 13-10-1903, gehuwd met Jannetje Schermer, zoon van Willem Melker en Maartje Beugel. Raadslid van 11-8-1880 tot 13-10-1903 (overleden); wethouder van 20-10-1889 tot 2-9-1902.

Moens, Carel Hendrik, geboren Kampen 21-6-1841 , burgemeester, vanaf 1877 notaris, woonde vanaf 1870 in Beverwijk, aldaar overleden 12-5-1920, gehuwd met Lucretia F. Harger, zoon van Anthony Moens en Johanna Lambert. Burgemeester van 1-7-1869 tot 15-11-1877.

Mooij Cornelis, geboren Bergen 14-5-1821, landbouwer en gemeenteontvanger, overleden Castricum 13-1-1888, gehuwd met Antje Schermer, zoon van Jan Mooij en Neeltje Bruin. Raadslid van 8-4-1868 tot 2-6-1880; wethouder van 8-4-1868 tot 3-9-1872 en van 16-9-1875 tot 2-6-1880.

Mooij, Johannes (Jan), geboren Castricum 10-3-1848, bloemist, bestuurslid van de Groot-Limmerpolder, gemeenteontvanger, burgemeester, woonde aan de Dorpsstraat, overleden Amsterdam 8-2-1939, gehuwd met Neeltje Kuijs, zoon van Cornelis Mooij en Antje Schermer. Burgemeester van 5-6-1888 tot 1-6-1918.

Muijs, Pieter, geboren Beemster 9-12-1781, veehouder op boerderij Kranenburg, overleden Castricum 11-6-1841 , gehuwd met Guurtje Brasser, zoon van Jan Muijs en Trijntje Kloek. Raadslid van 1-12-1825 tot ’11-6-1841 (overleden); wethouder van 2-1 -1828 tot 11-6-1841 (overleden).

Park, Adrianus van der, geboren Assendelft 30-8-1819, veehouder in de Oosterbuurt, overleden Castricum 20-1-1892, gehuwd met Neeltje Hageman, zoon van Jan van der Park en Petronella Brakenhoff. Raadslid van 17-9-1873 tot 1-9-1891; wethouder van 10-7-1878 tot 20-10-1889.

Quack, Jan de, geboren Rotterdam 16-8-1769, klerk, magazijnmeester, ambtenaar bij een ministerie, commissaris van politie, vrederechter, burgemeester van Beverwijk en Castricum, genoot landelijke bekendheid als dichter, toneel- en romanschrijver, woonde in Beverwijk, aldaar overleden 4-7-1852, gehuwd met Petronella J. van Sluijs, zoon van Jan de Quack en Hester Esbeek. Burgemeester van 6-2-1837 tot 13-5-1852.

Ranke, Fulps, geboren Castricum 3-1-1768, aannemer, woonde aan de Dorpsstraat, overleden Castricum 1-5-1835, gehuwd met Aaltje Dekker, zoon van Maarten Ranke en Grietje Aalstius. Raadslid van 5-1-1812 tot 1-5-1  17 en van 6-12-182 1 tot 1-5-1835 (overleden).

Rendorp, jonkheer Jacob, geboren Amsterdam 3-11-1795, cavalerie-officier, luitenant-kolonel bij de Amsterdamse schutterij, burgemeester van Heemskerk en Castricum, woonde vele jaren op kasteel Marquette en vanaf 1869 in ‘s-Gravenhage, aldaar overleden 30-7-1879, gehuwd met jvr. Agneta M.C. Deutz van Assendelft, zoon van Mr. Willem Rendorp van Marquette en Paulina A. Bareel, Burgemeester van 13-5-1852 tot 1-1-1868.

Rommel, Johannes Frederik, geboren Castricum 10-7-1817, eigenaar van De Rustende Jager, ook landbouwer, overleden Castricum 27-5-1879, gehuwd met (1) Trijntje Alberti, (2) Anna P. Waagmeester, zoon van Bat1holomeus N. Rommel en Johanna M. Telvoren. Raadslid van 10-9-1851 tot 2-9-1857; van 11-5-1859 tot 16-9-1875; wethouder van 7-9-1869 tot 16-9-1875.

Schermer, Cornelis, gedoopt Heemskerk 7-2-1791, broodbakker, woonde aan de Dorpsstraat, overleden Castricum 21-12-1877, gehuwd met (1) Antje Dekker, (2) Willemijntje Brakenhoff, (3) Maartje Bakker, zoon van Jan Schermer en Hillegonda Knaap. Raadslid van 2-1-1828 tot 2-1-1834; van 10-9-1851 tot 8-4-1868; wethouder van 22-12-1858 tot 8-4-1868.

Schotvanger, Jan, geboren Limmen 23-1-1805, veehouder aan de Kooiweg, overleden Castricum 16-8-1878, gehuwd met (1) Grietje Kuijs, (2) Catharina Traan, (3) Antje Stet, zoon van Dirk Schotvanger en Guurtje Bruijn. Raadslid van 15-1-1862 tot 16-8-1878 (overleden); wethouder van 24-9-1862 tot 7-9-1869 en van 3-9-1872 tot 10-7-1878.


Jaarboek 31, pagina 18

Schotvanger, Pieter, geboren Castricum 1797, veehouder in de Oosterbuurt, overleden Castricum 12-12-1858, gehuwd met (1) Jannetje Pepping, (2) Arendje Kuijs, zoon van Dirk Schotvanger en Guurtje Bruijn. Raadslid en wethouder van 2-1-1836 tot 12-12-1858 (overleden).

Schrama, Cornelis, geboren Castricum 1-3-1746, veehouder in de Oosterbuurt, overleden Castricum 4-11-1830, gehuwd met Elisabeth van Duijn, zoon van Engel Schrama en Neeltje Cornelis. Raadslid van 1-5-1817 tot 2-12-1820.

Schuijt, Jacob, geboren Velsen 16-7-1875, landbouwer aan de Cieweg, overleden Leidschendam 17-6-1957, gehuwd met (1) Bregje Hofland, (2) Maria Gallé, (3) Cornelia Bakker, zoon van Jan Schuijt en Neeltje Castricum. Raadslid van 4-9- 1917 tot 11-6-1920.

Schuijt, Jan, geboren Heemskerk 15-12-1831, landbouwer in de Duinderbuurt, overleden Castricum 4-4-1910, gehuwd met Neeltje Castricum, zoon van Simon Schuijt en Hilletje Koopman. Raadslid van 4-2-1885 tot 4-4-1910 (overleden).

Slooten, Teunis, geboren Wormer 12-2-1819, veehouder op boerderij Kronenburg, overleden Heiloo 1-3-1909, gehuwd met (1) Antje Kooij, (2) Rensje Strooker, zoon van Willem Slooten en Jannetje Kroon. Raadslid van 20-3-1861 tot 8-4-1868.

Slop, Gerrit, geboren Koog aan de Zaan 13-3-1878, timmerman en gemeenteopzichter, woonde aan de Bakkummerstraat, vanaf 1939 in Arnhem, aldaar overleden 24-6-1955, gehuwd met Adriana Rond, zoon van Dirk Slop en Dieuwertje de Boer. Raadslid van 12-7-1912 tot 19-7-1913.

Soll, Jan Adam van, geboren Amsterdam 16-1-1813, broodbakker en brievengaarder, overleden Castricum 10-12-1891, gehuwd met Margrietje Rensenbrink, zoon van Jan van Soll en Antje Beijl. Raadslid van 5-1-1881 tot 10-12-1891.

Spaansen, Cornelis, geboren Schoorl 22-12-1863, veehouder aan de Breedeweg, overleden Castricum 11-12-1925, gehuwd met Johanna Henneman, zoon van Cornelis Spaansen en Trijntje Kap. Raadslid van 1-9-1891 tot 7-9-1909; van 5-3-1913 tot 11-12-1925 (overleden); wethouder van 14-12-1904 tot 7-9-1909 en van 4-7-1917 tot 2-9-1919.

Stet, Klaas, geboren Castricum 7-11-1793, veehouder aan de Brakersweg, overleden Huiswaard 19-6-1866, gehuwd met (1) Trijntje Koeleveld, (2) Neeltje Bruijn, zoon van Reijer Stet en Neeltje IJpelaan. Raadslid van 17-6-1835 tot 11-7- 1860; wethouder van 22-9-1841 tot 11-7-1860.

Tromp, Gerrit, geboren Castricum 3-1-1768, winkelier, koopman in schelpen, woonde aan het Schulpstet, overleden Castricum 3-7-1832, gehuwd met Willemijntje van Winsen, zoon van Jan Tromp en Antje IJpelaan. Raadslid van 2-12-1820 tot 3-7-1832 (overleden); wethouder van 6-12-1821 tot 3-7-1832 (overleden).

Twisk, Floris, geboren Heemskerk 18-11-1775, schelpenvisser, veehouder op de Bleumerweg, overleden Castricum 16-5-1860, gehuwd met Maartje Bakkum, zoon van Cornelis Twisk en Guurtje Kleibroek. Raadslid van 1-5-1817 tot 6- 12-1821 en van 3-12-1822 tot 10-9-1851.

Twisk, Jan, geboren Castricum 31-5-1833, landbouwer op Bakkum, overleden Bakkum 23-5-1910, gehuwd met Aagje Bos, zoon van Cornelis Twisk en Stijntje Zonneveld. Raadslid van 1-9-1891 tot 25-8-1909.

Twisk, Pieter, geboren Castricum 15-2-1865, veehouder en directeur Boerenleenbank, woonde aan de Burg. Mooijstraat, overleden Heiloo 9-4-1939, gehuwd met (1) Adriana Bakker, (2) Hendrika van Benthem, zoon van Cornelis Twisk en Willemijntje Kuijs. Raadslid van 16-11-1910 tot 2-9- 1919; RKSP van 9-7-1920 tot 1-9-1931, Vrije Lijst van 1-9-19 1 tot 3-9-1935.

Valkering, Petrus Johannes, geboren Limmen 14-2-1874, bloemkweker en handelsreiziger, overleden Castricum 14-8-1955, gehuwd met Aagje Heere, zoon van Timon Valkering en Dieuwertje Duin. Raadslid en wethouder van 7-9- 1909 tot 2-9-1919.

Zaalberg, Hermanus, geboren Leiden 17-5-1812, mede directeur in het familiebedrijf en fabriek van wollen dekens te Leiden, koopman en grossier in manufacturen, burgemeester van Castricum en Heemskerk, overleden Beverwijk 18-4-1884, gehuwd met Elisabeth H. Kiewit, zoon van Johannnes C. Zaalberg en Maria Brouwer. Burgemeester van 21-1-1868 tot 1-7-1869.

6 februari 2014

Fractie VVD maakt kennis met bestuur Oud-Castricum

Bezoek VVD aan Duynkant 5-2-2014 (2)Op 5 februari j.l. ontving het bestuur van de Werkgroep Oud-Castricum een aantal leden van de fractie van de VVD-Castricum. De fractie had hierom verzocht in verband met de naderende gemeenteraadsverkiezingen en wilde wel eens horen hoe de werkgroep functioneert en waar men zich op dit moment mee bezig houdt. Na een inleiding van de waarnemend werkgroepvoorzitter Gerard Veldt kwamen onderwerpen aan de orde als de uitbreidingsplannen voor De Duynkant, recente educatieve projecten en films en de zorg voor het verval van de monumentale boerderij Kronenburg. De fractieleden werden ook nog even rondgeleid in de werkruimte en mochten tot slot een kijkje nemen op de archiefzolder.