Niets uit deze publicatie mag worden overgenomen zonder toestemming van de Stichting Werkgroep Oud-Castricum.
Jaarboek 36, pagina 42
De Maerdijk of Korendijk, een dijk van een monument
Met een treurdicht in de lokale krant werd in 1999 voor het eerst de zorgelijke toestand van de middeleeuwse Maerdijk, ook wel Korendijk genoemd, in de publiciteit gebracht. Na een lange periode van overleggen, onderzoeken, informatie uitwisselen en beslissingen nemen, heeft in 2010 in opdracht van de gemeente Castricum het herstel plaatsgevonden. Op zaterdag 5 juni 2010 vond de feestelijke opening plaats. Het traject naar het herstel is een onderdeel van de dijkgeschiedenis geworden en mag daarom niet in het jaarboek ontbreken.
Cultuurhistorie
De Maerdijk, ook wel genoemd Korendijk, is voor de kern Castricum van groot belang geweest als waterkering. De dijk ligt aan de noordkant van de grenssloot die de scheiding vormt tussen Castricum en Heemskerk. Aangenomen wordt dat de aanleg in de tweede helft van de 12e eeuw heeft plaatsgevonden. ‘Maer’ is waarschijnlijk een verbastering van maet of maat dat hooiland betekent. Behalve een waterkering zal de dijk ook een verhoogde toegangsweg naar de drassige hooilanden zijn geweest. Op een kaart uit 1680 staat Korendijk geschreven als Cooredijck. ‘Coore’ of Koren kan herleid worden tot keur of schouw. Dit zou kunnen betekenen dat de staat van onderhoud regelmatig werd gecontroleerd.
De Maerdijk/Korendijk verbindt de binnenduinrand met de vroegere buurtschap Heemstede, een zandrug in het binnendeltalandschap van het Oer-IJ. De dijk beschermde de Castricumse weidegronden tegen het opdringende water samen met de verdwenen Bogaards- of Molendijk. Deze dijk liep vanaf Heemstede in noordelijke richting en sloot aan op de hoge gronden van Noordend. Bij sterke wind kon het water vanuit het Wijkermeer, via de nu nog bestaande Dye, ver het voormalige binnendeltagebied worden binnen gestuwd.
In de Maerdijk/Korendijk bevindt zich een dijk lus, een dijk omlegging die na een dijk doorbraak is aangebracht. Het is niet met zekerheid bekend wanneer die dijk doorbraak heeft plaatsgevonden. In zijn rapport ‘Over de jaarlijkse aanwas van organisch sediment in door dijkbreuk gevormde kolken’(1948), beweert A. Reijne dat de Korendijk in 1643 is door gebroken. Hij schrijft:
“Nadat de Sint-Aagtendijk omstreeks het einde van de dertiende eeuw vanaf de hoge gronden bij Beverwijk tot aan de strandwal van Akersloot als één gesloten dijktracé tot stand was gekomen, degradeerden de Castricumse dijken tot secundaire waterkeringen. De Sint-Aagtendijk was niet altijd doorbraakbestendig, wan tin 1643 stond het water toch weer tot aan de Castricumse dijken en brak ook de Korendijk door.”
De oudst bekende afbeelding van het doorbraak gat, ook wel ‘wiel’ genoemd, komt voor op een anonieme kaart uit de eerste helft van de 17e eeuw. Uit een register van 1730 blijkt dat ten zuiden van de dijk, ter hoogte van de doorbraak, percelen land namen hebben als Dronkenkamp (Verdronkenkamp) en Kromweels (Kromwiel).
Jaarboek 36, pagina 43
Nadat de lokale dijken hun functie als primaire waterkeringen hadden verloren, zal het onderhoud meer gericht zijn geweest op de weg functie dan op de waterkerende functie. De dijkdoorbraak in de Maerdijk/Korendijk kan inderdaad na de aanleg van de Sint-Aagtendijk plaatsgevonden hebben. De doorbraakplas is in de loop van de 20e eeuw gebruikt als vuilstortplaats en op die plek is de dijkweg naderhand weer rechtgetrokken.
Groeiende bezorgdheid
Eens was de Korendijk een mooie groene dijk waarover af en toe een paard en wagen met hooi ging. Door de druk van het tegenwoordige landbouwverkeer werd het dijklichaam steeds verder in de dijksloten weg gedrukt en vertoonde de kruin diepe wielsporen waarin het regenwater bleef staan.
Die situatie leidde in 1999 tot een treurdicht in de lokale krant, waarin de bezorgdheid over de toestand van de dijk werd verwoord.
Verdriet om de Korendijk
Langs het Krengenbos
en dwars door het lage veld
verbind je al eeuwen de duinzoom
met de hoogte van Heemstee.
Wie kent je betekenis nog,
als beschermer van grazige weiden
in Castricum’s polderland.
Je keerde het water
dat via geulen vanuit de Wijkermeer,
door de stuwende wind,
tot aan je dijkvoet werd gebracht.
Eens verhief je je groene rug
boven de weilanden uit
en lag je als een sieraad in het land,
omzoomd met twee verzonken glinsterende linten.
Maar nu wordt je kruin steeds breder,
gegroefd met diepe wielsporen
waar het regenwater in blijft staan.
De sloten die je omringen worden steeds smaller
en onder het geweld
van zwaar
je er langzaam in weg.
Is er iemand die zich erom bekommert
dat jouw schoonheid vergaat?
Is er iemand met jouw lot begaan?
Ernst Mooij (1999)
In juli 2000 brengt Ernst Mooij zijn bezorgdheid over de toestand van de dijk in een brief onder de aandacht van het college van burgemeester en wethouders. Hierop volgt een ontvangstbevestiging en daar blijft het bij.
Begin september verschijnt er een berichtje in de lokale krant met de volgende mededeling: ‘Een aantal wegen en bermen zijn onder beheer en in eigendom van de gemeente gebracht door de wet herverdeling wegen en ruilverkaveling. De Korendijk als belangrijk historisch element in het landschap vraagt in dit verband bijzondere aandacht. Het college wil onderzoeken op welke wijze deze dijk beter toegankelijk kan worden gemaakt voor wandelaars en eventueel fietsers.’
Het traject naar een gedeeltelijk herstel
Ondanks de noodkreet en het feit dat op de cultuurhistorische waardenkaart van de provincie Noord-Holland aan de dijk een zeer hoge cultuurhistorische waarde wordt toegekend, wordt er bij verschillende instanties geen gehoor gevonden en gebeurt er niets. In april 2003 is de Stichting tot behoud van de natuurlijke en cultuurhistorische waarden in de Alkmaardermeer omgeving (kortweg de ‘stichting met de lange naam’) zich met de dijk gaan bemoeien.
In een schrijven vraagt de stichting aan het college van burgemeester en wethouders de nodige stappen te nemen om tot herstel van de dijk te komen en deze begaanbaar te maken voor recreatief medegebruik. In juni deelt het college mee dat een plan van aanpak opgesteld gaat worden voor het behoud en beheer van de dijk.
Vanuit natuur beherende organisaties komt een plan om van de dijk en het doorbraak gat een stapsteen te maken in de ecologische verbindingszone ten zuiden van Castricum. Een ecologische verbindingszone biedt dieren ruimte om zich te kunnen verplaatsen, soortgenoten te ontmoeten en te overleven.
Het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier werkt een plan uit, waarbij het gaat om het herstel van de ecologische waarden in samenhang met de cultuur-historische waarden en mogelijkheden voor waterberging. De provincie wil 22 procent van de kosten bijdragen.
Jaarboek 36, pagina 44
Een verkennend grondonderzoek brengt aan het licht dat er in het dijklichaam en het voormalige doorbraak gat verontreiniging zit van diverse materialen, waaronder asbest. De gemeente en de provincie overleggen over deze tegenvaller en over de kosten voor sanering. De keuze wordt gemaakt om het project toch door te zetten.
Eind april 2006 wordt met het uitdiepen van het wiel en het verstevigen van de dijk begonnen. Het eindresultaat is een perfect ronde uitgraving van het voormalige doorbraak gat met een doorsnede van 15 meter. Aan de dijk wordt niets gedaan, omdat het uitgraven van doorbraak kolk niet de verwachte ‘schone grond’ oplevert voor het herstel van de dijk en de vervuilde grond moet worden afgevoerd.
Onvrede over het resultaat
De stichting met de lange naam (Stichting tot behoud van de natuurlijke en cultuurhistorische waarden in de Alkmaardermeer omgeving) is niet tevreden over het resultaat. Smalend wordt gesproken van een paddenpoel en men betreurt dat de stichting niet bij de plannen betrokken is geweest.
In een schrijven aan het college van burgemeester en wethouders maakt de stichting haar ongenoegen over de gang van zaken bekend. Uit een brief van de Castricumse Monumentenraad aan het college blijkt dat ook zij niet tevreden is met het resultaat. Zij schrijft:
“Wij hebben kennisgenomen van de (gedeeltelijke) uitgraving van het voormalige wiel. Van een restauratie is hiermee uit cultuurhistorisch oogpunt nog geen sprake. Wij vragen ons af welke doelstelling het Hoogheemraadschap met de uitvoering van dit plan heeft willen dienen.”
Ook de Stichting Werkgroep Oud-Castricum sluit zich bij de bezwaarmakers aan. De bezwaren van die drie organisaties zijn niet zonder resultaat gebleven. De gemeente nodigt de bezwaarmakende partijen uit voor overleg in september 2006. De standpunten worden verkend en een verslag hiervan zal aan het college worden voorgelegd.
De gemeente stelt een werkgroep in, waarin naast ambtenaren van de gemeente en het Hoogheemraadschap ook vertegenwoordigers van de hiervoor genoemde organisaties zitting hebben, alsook de Historische Kring Heemskerk en het PWN.
Jaarboek 36, pagina 45
Wandelroute
Met het instellen van de werkgroep wordt het traject van burgerparticipatie ingezet. Onder voorzitterschap van Gerard Boers, beleidsmedewerker Ruimte, komt de werkgroep op 24 juli 2007 voor het eerst bijeen. Niet het herstel van de Maerdijk/Korendijk lijkt de hoogste prioriteit te hebben, maar het uitbrengen van een routebeschrijving.
De Maerdijk of Korendijk route wordt een wandeling van 8 km door het zuidelijke deel van de gemeente Castricum. De route voert langs de duinvoet, over de dijk, door het polderlanden via een rustiek dorpsgedeelte naar de dorpskom van Castricum.
Op zaterdag 8 december 2007 opent wethouder Christel Portegies de wandelroute met de onthulling van een aan de dijk geplaatst informatiepaneel. De routeboekjes liggen klaar, de route wordt onthuld, maar door de regen en de diepe wielsporen is de niet herstelde dijk nauwelijks begaanbaar.
Wandelliefhebbers, die het nieuws over de nieuwe wandelroute in de krant hadden gelezen, waren teleurgesteld. Door de diepe met water gevulde kuilen zagen zij zich genoodzaakt om rechtsomkeert te gaan.
Een reactie in de krant vaneen teleurgestelde wandelaar:
“Toen ik las van de ingebruikname van de wandeling, verwachtte ik dat de weg dan toch eindelijk opgeknapt was, maar er is helemaal niets aangedaan. Ik weet niet wie de wandeling heeft samengesteld, maar die heeft hem vast nooit gelopen.”
Cultuurhistorische verkenning en uitvoeringsplan
Ondertussen is voorafgaand aan het voorgenomen herstel van de dijk veel verkennend onderzoek verricht. De Maerdijk/Korendijk was vroeger een grasdijk, dus moest het groene karakter van de dijk zoveel mogelijk behouden blijven.
Omdat eigentijds agrarisch bestemmingsverkeer gebruik van de dijk moet kunnen maken, moest gezocht worden naar mogelijkheden om de stabiliteit ervan te verbeteren. De gemeente had het bureau Beek & Kooiman de opdracht verstrekt voor het uitvoeren van een Cultuurhistorische verkenning en het opstellen van een herstelplan.
Onder voorzitterschap van René Marcelis, de opvolger van Gerard Boers, wordt de cultuurhistorische verkenning gepresenteerd aan de werkgroep, inmiddels aangevuld met agrariër Gerard Veldt. Daarna zet HB Adviesbureau de resultaten van de milieuonderzoeken uiteen, zoals de waterbodemkwaliteit, de waterkwaliteit, de grondsamenstelling van de dijk, de bodemvervuiling en de natuurwaarden. Ook zijn er hoogte- en profielmetingen gedaan. Vervolgens wordt een ‘programma van eisen’ besproken.
Voor het herstel van de dijk worden de volgende uitgangspunten geformuleerd:
- de dijk ophogen tot 0,30 meter boven NAP;
- geen grond van elders aanvoeren, met uitzondering van de ondergrond verharding en zand voor het zandbed;
- het talud herprofileren en een kruinbreedte van minimaal 3 meter aanhouden;
- de dijksloot aan de Castricummerzijde waar nodig iets verbreden;
- met de aanleg van twee rijsporen van betonplaten het karakter van een groene dijk zoveel mogelijk handhaven;
- tussen de rijsporen een strook van zogenaamd gewapend gras aanbrengen als paardenpad en voor het behoud van de groene uitstraling;
- de vleugels van het wiel uitgraven zodat er een ruimere halve cirkel ontstaat;
- handhaving van het rechte dijkstuk bij het wiel in het belang van de weggebruikers, maar wel enigszins verlaagd om het beeld van de dijkdoorbraak te accentueren (idee Piet Termes).
Op 14 januari 2009 komt de werkgroep voor het laatst bijeen om de uitgangspunten nog eens na te lopen en materiaalkeuzes te maken. Het wordt duidelijk dat het herstel veel geld gaat kosten. Rekening houdend met een mogelijke provinciale subsidie stemt het college van burgemeester en wethouders er mee in het herstel te laten uitvoeren.
Het aanbestedingstraject kan beginnen. De opdracht wordt gegund aan Aannemingsbedrijf Markus BV. Voor bijna 180.000 euro (exclusief btw) wordt de klus uitgevoerd. Daarin zijnde eerder genoemde onderzoeken en de voorbereidingskosten niet meegerekend.
Vanaf eind november 2009 tot en met maart 2010, met onderbrekingen wegens sneeuw en vorst, hebben de werkzaamheden plaatsgevonden.
Om zoveel mogelijk gemotoriseerd verkeer te weren, is besloten om de dijk, gelegen tussen de Malleweg en de Heemstederweg, aan te wijzen als rijwielpad. Wie een perceelgrond heeft met een ontsluiting op de dijk, kan in aanmerking komen voor een ontheffing voor landbouwvoertuigen.
Jaarboek 36, pagina 46
Financiering
De reconstructie van de Maerdijk/Korendijk is een onderdeel van het programma Samen Werken In het Groen (SWIG), een initiatief van de gemeente Castricum, de provincie Noord-Holland, PWN, Landschap Noord-Holland, LTO Noord en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. Het project is voor 50 procent gefinancierd door de gemeente Castricum als onderdeel van de meerjarige Investeringsimpuls Buitengebied en voor 50 procent door de provincie Noord-Holland in het kader van het Investeringsbudget Landelijk Gebied. De financiering is mede mogelijk gemaakt door een flinke financiële bijdrage uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling.
Opening
Onder stralende weersomstandigheden vindt op zaterdag 5 juni 2010 de officiële opening van de gereconstrueerde Maerdijk / Korendijk plaats. De ontvangst van de genodigden is op de Hollaan 2, op de boerderij van Gerard Veldt. Zij worden door middel van een beeldpresentatie geïnformeerd over het traject dat moest worden afgelegd om tot herstel van de dijk te komen.
Vervolgens vertrekt een paardentram naar de dijk met aan boord een select gezelschap, waaronder gedeputeerde Meerhof van de provincie Noord-Holland, burgemeester Emmens-Knol en wethouder Portegies. Zittend op de bok en met de leidsels in haar handen spoort wethouder Portegies de paarden aan en wordt een rit over de dijk gemaakt. Daarmee wordt de dijk officieel in gebruik genomen.
Jaarboek 36, pagina 47
Ode aan de Korendijk
Langs het Krengenbos
en door het lage land
verbind je al eeuwenlang
de duinzoom met Heemstee,
beschermde je de grazige weiden,
in het Castricumse polderland.
Je keerde het water vanuit het Wijkermeer,
door de wind opgestuwd
door de restgeulen van het Oer-IJ.
Eens werd het watergeweld je teveel.
Je hield het niet meer en brak door.
Met een dijk lus werd de wond geheeld
en kon het water weer worden gekeerd.
Je verhief je groene rug boven het maaiveld uit.
Je verschafte de landman met paard en wagen
een begaanbare weg naar het land.
Tegen het landbouwverkeer van nu
was je niet bestand.
Je lichaam werd breder en platter.
Je kruin raakte diep gegroefd.
Je verloor je schoonheid.
Je werd een modderpoel.
Je ondergang leek nabij.
Gelukkig kwam er een reddingsplan.
Je flanken zijn weer strak
en je kruin weer vlak.
Parmantig lig je er weer bij,
gehard tegen tractorengeweld.
Wandelaars, fietsers en paardrijders,
zij zullen je gaan waarderen.
Zij zullen je verheffen
tot de promenade van Castricum.
Ernst Mooij (2010)
Na aankomst bij het doorbraak gat voeren de wethouder en de gedeputeerde kort het woord. Piet Blom, oud-voorzitter van de Werkgroep Oud-Castricum, draagt daarna vol overgave een lofdicht voor over de Maerdijk/Korendijk. Wandelaars, fietsers, ruiters en het lokale landbouwverkeer kunnen nu goed gebruik maken van deze parel in het Castricumse buitengebied.
Ernst Mooij
Bronnen:
- Documentatie over Maerdijk/Korendijk, Werkgroep Oud-Castricum;
- Termes, P., Maerdijckje ofte Cooredijck, Heemskring nummer 37, Historische Kring Heemskerk, 2007;
- Westenberg, J., Kennemer dijkgeschiedenis, Amsterdam 1974.