Niets uit deze publicatie mag worden overgenomen zonder toestemming van de Stichting Werkgroep Oud-Castricum.
Gebouw De Duynkant
De Stichting Werkgroep Oud-Castricum is eigenaar van het gebouw De Duynkant, vlakbij het station, op de hoek van de Geversweg – Duinenboschweg. Het onlangs vernieuwde onderkomen heeft een bij- en vlindervriendelijke tuin, een tentoonstellingsruimte, een filmzaal, werkruimte voor de vrijwilligers, archief, een keukentje en een bergzolder. In het pand is onder meer de archeologische collectie van de werkgroep ondergebracht en historisch prent- en kaartmateriaal over Castricum en Bakkum.
Verbinding
Het gebouw aan de Geversweg 1b is in 1936-1937 neergezet als telefooncentrale. Tot ongeveer 1966 heeft het als zodanig gefungeerd. Daarna stond het een paar jaar leeg. Van 1969 tot 1993 is het verhuurd aan de Stichting Werkgroep Oud-Castricum. In 1993 droeg de gemeente Castricum het pand in eigendom over aan de stichting. Het gebouw is twee keer uitgebreid, de eerste keer in 2002 en de tweede keer eind 2017- begin 2018.
Het gebouw hield vanaf het begin tot heden dezelfde functie, namelijk een plaats die verbinding mogelijk maakt. De telefooncentrale verbindt mensen met een telefoonaansluiting. ‘Het clubhuis’ van Oud-Castricum verbindt heden en verleden: de werkgroep brengt verslag uit via publicaties, films, lezingen, fotomateriaal, jaarboeken en website van het vroegere erfgoed aan de inwoners van Castricum en Bakkum en andere belangstellenden.
Geschiedenis van het gebouw en de plek
Het gebied ten westen van het spoor, tegen de duinrand aan, waarin gebouw De Duynkant ligt, heette ook De Duinkant. In het 33e Jaarboek (2010) staat hierover een boeiend artikel. Dat gebied is al veel ouder, terwijl de exacte datering van het gebied echter een raadsel blijft. Al
in 1820 wordt er melding gemaakt van een klein wijkje Duinderbuurt met zo‘n 5 huizen die tegen de binnenduinrand stonden. Er zou zelfs al rond 1200 een Duinbuurt geweest zijn. Het gebied De Duinkant lijkt daarmee niet alleen een mooi, maar ook een oud buurtje.
Oud-Castricum wilde de geschiedenis van het verdwenen buurtje Duinkant en zijn bewoners levend houden. De naam van het gebouw De Duynkant fungeert als een soort gedenkteken voor die oude buurt.
Verdwenen
In de 19e eeuw liepen de duinen in oostelijke richting door tot aan de tegenwoordige Mient. In 1865 werd het zand van die duinen afgegraven om het talud van de spoorlijn aan te leggen en om het land geschikt te maken voor agrarisch gebruik. Zo ontstond het gebied dat de Zanderij wordt genoemd. Van het oorspronkelijke duingebied is niet veel meer over.
Ook de huizen die er stonden zijn verdwenen. In 1943 moesten op last van de Duitse bezetter de huizen in het gebied Duinkant (en andere huizen die in het schootsveld lagen) afgebroken worden. Alleen boerderij Hoeve Nooitgedacht en de telefooncentrale bleven over. Helaas is die boerderij uit circa 1916 inmiddels ook gesloopt. De telefooncentrale mocht blijven staan, omdat die klaarblijkelijk van belang was voor de Duitsers.
Na de Tweede Wereldoorlog bepaalden de autoriteiten dat in het kader van de wederopbouw de duinzijde onbebouwd moest blijven om het zicht op het duinlandschap te behouden. Er mocht dus lange tijd niet meer gebouwd worden tussen het spoor en de duinen. In dat gebied zijn daarom geen afgebroken huizen meer herbouwd. Wel zijn er in het begin van de 1950-er jaren enkele tuinderswoningen gebouwd. In de jaren daarna zijn er in gebied de Zanderij wel huizen en bedrijfsgebouwen neergezet.
Speculaties over de locatie van de telefooncentrale
De locatie van telefooncentrale is misschien bewust op de hoek Geversweg – Duinenboschweg gesitueerd om een goede telefoonverbinding mogelijk te maken, zowel met Duin en Bosch als met de rest van Castricum en Bakkum. Het gebouw ligt daar immers vrij centraal tussen het centrum van Castricum (hemelsbreed 700 meter), van Bakkum (1400 meter) en van Duin en Bosch (1300 meter).
Volgens het telefoonboek van 1915 was Duin en Bosch een belangrijke klant; ze kregen immers niet voor niets telefoonnummer 1. Bovendien had de inrichting zelf een telefooncentrale, die overigens in 1973 nog is uitgebreid.
Om de automatische telefooncentrale (nummer 1539) te kunnen bouwen, moest de PTT de grond kopen van de spoorwegen, die vanaf ongeveer 1865 tot 1936 eigenaar was.
Aan de bouw van de centrale heeft mevrouw Sien Nijman – Zonneveld nog bijzonder herinneringen:
“Toen de telefooncentrale in 1937 werd gebouwd, moesten wij ’s avonds daar koperdraadjes zoeken. Die mochten we hebben. Die draadjes verkochten we aan opkoper Siem Ooms. Het geld stopten we in een potje en daarvan kon bij kleermaker Jaap Twisk een jasje gemaakt worden voor mijn broer Jan.”
Castricum heeft vroeger een eigen telefoondienst gehad. Sinds 1909 als hulptelefoonkantoor met telegraaf en telefoondienst inclusief de benodigde spreekcel in de keuken van de brievengaarder Res en vanaf 1924 tot 1962 in het postkantoor aan de Burgemeester Mooijstraat. In 1962 werd het postkantoor aan de Ruiterweg geopend en in 1966 kwam de telefooncentrale daarbij.
Rond de (negentien)twintiger jaren had elke stad een eigen telefoon- netwerk en werden telefoonkabels van de abonnees naar de telefooncentrale gespannen. Dit leidde tot klachten van omwonenden; de telefoonpalen en kabels zouden het uitzicht verpesten en tot horizonvervuiling leiden. Uiteindelijk gingen de lijnen in alle steden ondergronds. In 1930 kwamen er netnummers, waarmee het mogelijk werd om naar abonnees in andere steden te bellen.
De telefooncentrale aan de Geversweg was een automatische en technische centrale, die verbeterde verbindingen voor Bakkum, Castricum en Duin en Bosch mogelijk maakte. In 1937 leverde de PTT dergelijke centrales op in onder meer Akersloot, Castricum, Heemskerk en Uitgeest. De eerste automatische centrale in Nederland is in 1925 in Haarlem in gebruik genomen.
Automatisch wil hier zeggen dat de abonnee vanuit zijn aansluiting zelf de gewenste verbinding tot stand kan brengen met behulp van een kiesschijf, die stroomimpulsen rechtstreeks naar de centrale stuurt.
De bouw van de centrale startte in 1936. De nieuwe telefooncentrale werd uiteindelijk op 28 september 1937 in gebruik genomen. In het Bloemendaals weekblad van 24 september 1937 staat:
“Van genoemd tijdstip af zullen de aangeslotenen op deze telefoonnetten dus automatisch kunnen telefoneren en tevens automatisch bereikbaar zijn voor de abonnees behorende tot het telefoondistrict Haarlem. De voor hetautomatisch interlokaal verkeer te bezigen kengetallen zijn de volgende:
Heemskerk K512
Castricum-Bakkum K518
Uitgeest-Akersloot K513″
In 1937 had de telefooncentrale aan de Geversweg 169 abonnees. De capaciteit was 300 nummers met een maximum van 800 nummers via latere uitbreidingen.
Pas in 1962 werden telefonistes overbodig, omdat het hele telefoonnet werd geautomatiseerd.
In 1963 kreeg de centrale aan de Geversweg, na verschillende uitbreidingen, 1800 nummers. Na de laatste uitbreiding tot 2600 nummers werd het tijd voor een nieuwe telefooncentrale aan de Ruiterweg. Deze werd gebouwd door de firma de Nijs en in september 1966 opgeleverd.
Het gebouw aan de Geversweg heeft na de ingebruikname van de centrale aan de Ruiterweg tot in 1969 ongebruikt leeg gestaan.
Clubgebouw van Oud-Castricum
Op 16 mei 1967 werd de Werkgroep Oud-Castricum opgericht.
Het gebouw aan de Geversweg 1b kwam vrij in 1969 en Oud-Castricum was hiervan al in een vroeg stadium op de hoogte. De werkgroep had geen eigen onderkomen en vergaderde op de zolder van het oude raadhuis aan de Dorpsstraat. De collectie was nog beperkt en bestond voornamelijk uit archeologische vondsten. De werkgroep bewaarde die op de zolder van het oude gemeentehuis en her en der bij enkele leden.
In 1970 kocht de gemeente Castricum het gebouw van de PTT voor 13.000 gulden. Ze verhuurde het vervolgens aan Oud-Castricum en subsidieerde de verschuldigde huur.
Het interieur van de oude telefooncentrale moest uiteraard grondig worden aangepakt om het gebouw te kunnen gebruiken. De leden verwijderden honderden meters elektrische leidingen. De dakconstructie werd aangepast om op de zolder meer opbergruimte te creëren. Er kwam centrale verwarming en het terrein rond het gebouw werd aangelegd. Op 17 november 1973 opende de toenmalige burgemeester Van Boxtel gebouw De Duynkant.
De eerste uitbreiding
Nadat Oud-Castricum de voormalige telefooncentrale in 1969 betrok, hebben de leden zo’n 12 jaar enthousiast kunnen werken in gebouw De Duynkant. Maar door de jaren heen kwamen er zoveel leden bij dat het gebouw te klein werd. In 1981 deed het bestuur daar voor het eerst melding van. Er volgde een herinrichting en daarna een aanvraag bij de gemeente voor uitbreiding. Omdat in eerste instantie de vestiging van een oudheidkamer werd overwogen – die echter niet van de grond kwam – duurde de planning van de uitbreiding lang. In 1991 gaven de leden het gebouw daarom zelf een opknapbeurt.
In 1993 werd de werkgroep eigenaar van het gebouw. In 1996 bleek de ruimte echt veel te klein. Er moest een grotere werkruimte komen. Het bestuur nam contact op met een architect, die echter eerst een futuristische en te dure uitbreiding ontwierp. Zo kwam de eerste uitbreiding pas in 2002 tot stand. Ook het oude gedeelte van het gebouw heeft toen een ware metamorfose ondergaan, vooral door zelfwerkzaamheid van een aantal werkgroepleden.
De uitbreiding van het gebouw zou niet mogelijk zijn geweest zonder subsidie van de gemeente.
De tweede uitbreiding
De Geversweg 1b te Castricum heeft een grondoppervlakte van 279 vierkante meter en een bebouwd oppervlakte van 245 vierkante meter. Als bouwjaar is vermeld 2001. In het kadaster staat het gebruik omschreven als ‘bijeenkomstfunctie’.
In 2011, negen jaar na de eerste verbouwing, werd de toeloop van het bezoekend publiek zo groot, dat er een nieuwe
film- en archiefruimte nodig bleek. In november van dat jaar werd in een brief aan het college verzocht medewerking te verlenen aan een uitbreidingsplan. Er moesten diverse hobbels worden genomen om het bestemmingsplan te wijzigen.
Het duurde uiteindelijk tot februari 2017 voordat de gemeente liet weten dat op basis van het plan van een architect uit Limmen en een plaatselijk bouwbedrijf de omgevingsvergunning kon worden verleend voor een uitbreiding van totaal 100 vierkante meter. Toen mocht de bouwcommissie, die binnen de werkgroep was gevormd, echt aan de slag om de bouw voor te bereiden en te begeleiden.
Nadat de werkgroep in staat bleek om een groot deel van de bouwkosten te financieren en het ontbrekende bedrag bijeen was gebracht door giften van donateurs en sponsors, kon de bouw eind september 2017 starten. Vervolgens werd de herinrichting van het pand met behulp van de leden ter hand genomen. In mei van dit jaar waren de werkzaamheden nagenoeg afgerond en het resultaat mag er zijn. De fraaie filmzaal is voorzien van een groot televisiescherm en biedt plaats aan ruim 40 bezoekers. Door toevoeging van een archiefruimte van 30 vierkante meter is het bestaande archief inclusief de zolder opnieuw ingedeeld. Zowel de tentoonstellings- als de werkruimte zijn veel economischer ingericht.
De Gulle tuin
De tuin rondom De Duynkant kreeg de naam ‘Gulle tuin’. Deze herinnert aan de Gulleweg, die in de 19e eeuw langs de plek liep waar nu het gebouw staat. De opnieuw aangelegde tuin is geïnspireerd op het duinlandschap. PWN gaf toestemming om zand uit het duingebied te gebruiken. Zo is een duintje ontstaan waar duinflora als slangenkruid, teunisbloem en zwarte toorts zal groeien, zodat er een leefmilieu voor wilde bijen en vlinders ontstaat. Aan de achterzijde en langs de sloot zijn vlier, Gelderse roos en egelantier geplant. De heg aan de voorzijde bestaat uit meidoorn en sleedoorn.
Op vrijdag 15 juni 2018 verrichtte burgemeester Mans de officiële heropening van gebouw De Duynkant, waarbij in de filmzaal de film van Hans Kinders over de verbouwingswerkzaamheden werd vertoond.