|
Klik hier voor een uitleg over het gebruik van de informatiebank artikelen en documenten
|
|
|
Documentnummer | : | 09484 |
---|---|---|
Titel | : | Wan Chun twee jaar blikvanger op strand |
Auteur | : | Jan Butter |
Datering | : | 19 september 1992 |
Beschrijving | : | Opgerakeld Mensen, organisaties, instellingen, gebouwen of gebeurtenissen staan plotseling in het nieuws. Weken achtereen volgt de krant alle verwikkelingen op de voet. Maar dan, soms zeer abrupt, verdwijnt het nieuws weer uit de kolommen. In de serie 'Opgerakeld' wordt teruggeblikt op zaken die de afgelopen jaren de IJmond hebben beziggehouden. Vandaag: de stranding van de Wan Chun op het strand tussen Castricum en Heemskerk. Verkopers van patat friet waren er als de kippen bij. Jutters loerden op hun kans. Het hart van de strandvonder klopte sneller en dagjesmensen liepen af en aan. Alleen de ambtenaren van Rijkswaterstaat en de bergers kregen er grijze haren van. Twee jaar lag de 120 meter grote vrachtvaarder Wan Chun hulpeloos op het strand tussen Castricum en Heemskerk. De laatste spektakulaire scheepsramp voor de kust van de IJmond was 20 jaar geleden na een vliegende novemberstorm. De gestrande kolos vond na een paar mislukte bergingen en een felle brand zijn einde in de smeltovens van Hoogovens. Strandpaal 47 was de plek des onheils in de nacht van 12 op 13 november 1972. In een heftig noodweer raakte de Wan Chun in nood voor de pieren van IJmuiden. De ankers vonden geen grip en tot overmaat van ramp sloegen de motoren af. Het schip raakte op drift en de 29 koppen tellende Chinese bemanning werd in allerijl van boord gehaald door Wijk aan Zeese redders. De reis als spookschip duurde niet lang. Terwijl de schipbreukelingen een warm onthaal kregen in café De Zon in Wijk aan Zee, zette de vliegende storm het stuurloze gevaarte op het strand van Heemskerk en Castricum. Het begin van een eindeloze stroom toeristen, die 2 jaar zou aanhouden. Lopend of comfortabel achterop bij een tractor. Tot groot genoegen van de patat- en viskramen. Taiwan Opruimen, dacht Rijkswaterstaat. Immers, de waarde van het schip zou het niet halen bij de bergingskosten. Men had buiten de waard gerekend. De Haarlemse berger A. Elfrink dacht de Wan Chun van het strand te trekken. Hij kocht het schip dat in 1945 in Noorwegen was gebouwd. De vrachtvaarder was pas enkele weken in de handen van een reder uit Taiwan. De naam Wan Chun was er nog maar net op geschilderd. Elfrink bedacht een plan. Hij zoog het zand rond de Wan Chun weg. Bij hoog tij zouden de slepers van Wijsmuller het schip door de zandbanken heen naar open zee trekken. Zo gezegd, zo gedaan. Maar de moedige Elfrink kreeg te kampen met tal van tegenslagen. Bij een laatste poging kantelde het tot dan toe rechtop staande schip. De Wan Chun vlijde zich langzaam op de linkerzij en zakte steeds dieper in het zand. Het is dan al een jaar na de schipbreuk. De doodstrijd van het vrachtschip was daarmee nog niet ten einde. Begin april 1974, men had zojuist besloten het schip ter plekke te slopen, brak zware brand uit op de arme Wan Chun. Een brand die gepaard ging met luide knallen. De vuurzee zou maar liefst 3 dagen zou aanhouden. Er was geen redden aan. De brandweer moest in allerijl de waaghalzen wegsturen die op het schip waren geklommen. Even later moesten de spuitgasten zelf maken dat ze weg kwamen. De brandstoftanks met een restant van 5000 liter stookolie explodeerden één voor één. Vele duizenden mensen spoedden zich opnieuw naar het strand. De boot stond van voor tot achter in lichterlaaie. Het zoveelste prachtige plaatje in het journaal. Prooi Het geblakerde schip werd een prooi voor de Beverwijkse sloper Gerrit Kruk. Zelden had hij zoveel bekijks bij een sloopwerk. Kruk zegt achteraf dat hij van het begin af aan interesse had voor het schip. Niet om te slopen maar om vlot te trekken. De dekselse Elfrink was hem voor. Elfrink pakte de berging goed aan, vertelt Kruk, maar hij zag een ding over het hoofd. In de schoorsteen zat nog een watertank met 3000 liter, die met stoom werd verwarmd voor heet water aan boord. Toen de sleepboten begonnen te trekken, ging het water klotsen en raakte het schip uit het evenwicht, aldus zijn verklaring. Eenmaal op zijn kant, was er geen redden meer aan. En zo viel de Wan Chun alsnog in de handen van Kruk. Het zou nog een half jaar duren voor de laatste klomp staal van het strand was verdwenen. De Wan Chun was een mooi werk, aldus Kruk. Maar tegelijk een heidens karwei. Het schip moest in 'handzame' stukken schroot worden gesneden omdat ze anders niet de smeltovens van Hoogovens pasten. Ook het transport van de circa 2.000 ton staal had heel wat om het lijf. Kruk legde hiervoor speciaal een noodweg van staalplaten aan over het strand en door de duinen. Ook moest het diep weggezakte schip helemaal worden uitgegraven. Een zomer lang was de sloop een verzetje voor de badgasten. De afvoer van het schroot had pas plaats na het strandseizoen. Pas toen keerde de rust op het 'stille strand' terug. 1 zwart wit foto maakt deel uit van het artikel. Het gestrande schip op zijn zij liggend op het strand. 1 zwart wit foto maakt deel uit van het artikel. Het gestrande schip werd een attractie van de eerste orde. Origineel van de zwart wit foto. Foto's Studio Honing |
Soort | : | Krantenartikel |
Naam krant | : | Dagblad Kennemerland |
Jaargang/nummer | : | |
Plaats | : | Bakkum |
Straat/wijk | : | |
Medium | : | Krantenartikel (origineel) |
Rubriek | : | Wan Chun |
Subrubriek | : | |
Plaatsing | : | A4-01 |
Archiefdoos-map-nr. | : | 2-6-16 |
Record aangepast: 29 november 2019