Door: Eric Bor
Van maart tot en met december zie je in het weekend en op feestdagen regelmatig zweefvliegtuigen boven het duingebied. Die komen van het zweefvliegveld van de E.Z.Z.C., de Eerste Zaanse Zweefvlieg Club. Deze vereniging werd in 1936 opgericht en vond na de oorlog het Watervlak in het Duinreservaat (nabij de Brabantse Landbouw) een ideale plek om als zweefvliegveld te gebruiken. Zweefvliegtuigen kunnen starten door ze voort te trekken met een motorvliegtuig. Deze methode mag men in het duingebied natuurlijk niet gebruiken. Er wordt daarom gebruik gemaakt van een staalkabel van zo’n 900 meter lang, die door de sterke motor van een lier aan de overkant van het veld met grote snelheid wordt ingetrokken, waardoor het zweefvliegtuig als een vlieger wordt opgetrokken.
In de jaren zestig werd er een Rolls Royce motor van 180 pk gebruikt voor het optrekken. Er was toen een kabel van 1500 meter nodig om het vliegtuig tot ongeveer 300 meter op te trekken. De huidige TOST5-lier trekt de vliegtuigen aan een kabel van 900 meter met een versnelling van 0-100 km per uur in 3 seconden, afhankelijk van het weer, tot wel 450 meter omhoog. Vanaf 400 meter blijf je 5 à 6 minuten in de lucht, tenzij je op een plek komt waar veel thermiek is (heel warme, opstijgende lucht), dan wordt de vlucht langer.
De staalkabel laat op een zeker moment los en valt dan naar beneden. In de jaren vijftig werd hij daarna met handkracht teruggetrokken naar de startplek. In de jaren zestig werd daar een jeep voor gebruikt en tegenwoordig een trekker. De zweefvliegtuigen, die van heel licht materiaal gemaakt zijn, werden vroeger lopend vanuit de hangar naar de startplek gebracht. Tegenwoordig gaat dat met behulp van een golfcar.
Zweefvliegen is een veilige sport. Statistisch is het veiliger dan autorijden. Bij de 40 zweefvliegclubs in Nederland zijn er jaarlijks 20 meldingen van incidenten, die lang niet allemaal een dodelijke afloop hebben. Sinds kort is het weer mogelijk op woensdagavond mee te vliegen. Als gevolg van de coronamaatregelen was dit lange tijd niet mogelijk. Informatie hierover is in te winnen via het mailadres meevliegen@ezzc.nl
Tekst:
- E. Bor & J.K. van der Pauw, De hemel is het sportterrein van de zweefvlieger. In: Nieuwsblad voor Castricum 9 juni 1967,
- Artikel ‘Zweefvliegen EZZC’ op website Castricum.info.
- website E.Z.Z.C..
- Afb. 1. Vliegtuig Grünau Baby in 1956; op de achtergrond mannen die de kabel terugtrekken.. Foto: Beeldbank Oud-Castricum.
- Afb. 2. Landend zweefvliegtuig in 1959. Foto: Beeldbank Oud-Castricum.
- Afb. 3. Twee zweefvliegtuigen met reclameopdruk in 1964. Foto: Beeldbank Oud-Castricum.
- Afb. 4. Het opleidingsvliegtuig PH-867 (een ASK-21) wordt opgetrokken. Foto: E.Z.Z.C.,
- Afb. 5. In de cockpit van de PH-777 (een Discus B). Foto: E.Z.Z.C..
Lees meer over de E.Z.Z.C.:
N.B. Meer columns van Eric Bor lezen?
U vindt al zijn columns hier.