19 maart 2018

Vermoedelijk nóg een ‘kasteel’

Het onderzoeksteam wordt geassisteerd door wethouder Marcel Steeman en Hans van Weenen (rechts) Foto: Peter van Eerden
Het onderzoeksteam wordt geassisteerd door wethouder Marcel Steeman en Hans van Weenen (rechts)    Foto: Peter van Eerden

Een grote verrassing, ook voor deskundigen: naast de ondergrondse overblijfselen van het voormalige kasteel Cronenburg bevat de bodem van Castricum mogelijk resten van nog een klein kasteel of ‘blockhuijs’. Het zou zijn gebouwd in de veertiende eeuw en heeft gestaan in een weiland aan de Doodweg bij het Bonhoeffer College.

Resten

Donderdag (15 maart 2018) werd door middel van geofysisch onderzoek gezocht naar resten in de bodem. De gebruikte technieken zijn bij uitstek geschikt voor het opsporen van aan het oppervlak onzichtbare resten van muren, funderingen en greppels. Het onderzoek werd uitgevoerd door het bedrijf ArcheoPro onder belangstelling van wethouder Marcel Steeman. Aangetoond werd dat er in de bodem nog restanten zijn van een grachtenstelsel met een vierkante structuur. De uitslag van aanvullende inmetingen naar de indeling van het kasteelterrein wordt binnenkort verwacht.

Onderzoek

De gemeente werd over de mogelijke archeologische resten geïnformeerd door amateurhistoricus Hans van Weenen die bij archiefonderzoek aanwijzingen voor het kasteel ontdekte. Het college besloot op basis van de gegevens van Van Weenen nader onderzoek te financieren dat moest uitwijzen wat eventueel over is van de voormalige bebouwing. De omgeving staat bekend om zijn archeologische waarden, maar aan nóg een kasteel nabij Cronenburg werd nooit gedacht. Ook het Rijk en de Provincie Noord-Holland wisten niet van deze historische plek af. De resten zullen niet worden opgegraven, in lijn met wetgeving die beoogt archeologische waarden in de grond (‘in situ’) te behouden voor het nageslacht.

Parel

Van Weenen vertelde enthousiast dat hij zich al langer verdiept in het ontstaan van Castricum, met name de tijd voor de stichting van kasteel Cronenburg: “Daarover bestaan weinig geschreven bronnen. De werkgroep Oud-Castricum heeft echter voortreffelijk onderzoek verricht in het Oud-rechterlijk Archief en grondtransacties vertaald waarin veel oude veldnamen voorkomen die mij op het spoor hebben gezet. De mensen woonden destijds namelijk op de hoge gronden en dat waren ook de plekken waar vaak versterkingen werden gebouwd. Die worden genoemd op slechts een paar heel oude kaarten. Eén daarvan is dit ‘blockhuijs’, vermoedelijk gebouwd in 1338”. Hij besluit: “Een nieuwe parel in het Oer-IJ gebied om trots op te zijn”.

Peter van Eerden

Bron:
Nieuwsblad Castricum.nl

Abonneer
Laat het weten als er
0 Reacties
Nieuwste
Oudste
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties