Niets uit deze publicatie mag worden overgenomen zonder toestemming van de Stichting Werkgroep Oud-Castricum.
Jaarboek 6, pagina 23
Wat was … Hermana State
Vele Castricummers weten bij het noemen van deze naam onmiddellijk wat bedoeld wordt. Met ‘Hermana State’ denkt men aan het grote statige huis, dat de Dorpsstraat sierde en dat in 1964 is gesloopt.
Op diezelfde plaats is nu (anno 1983) de Amro-bank gevestigd (red: ABN filiaal is gesloten in 2018).
Ook weten veel Castricummers, in het bijzonder de ouderen, zich nog enkele bewoners te herinneren als dokter Schoonhoff, de familie Heideman en notaris van Cranenburgh.
In oude archiefstukken kwam ik meerdere malen de naam ‘Zorgvlied’ tegen voor een voornaam herenhuis aan de Dorpsstraat. Dit wekte mijn interesse en vormde de aanleiding voor een onderzoek naar de plaats, herkomst en bewoners van dit herenhuis. Tijdens deze speurtocht in de archiefstukken bleek al gauw dat huize Zorgvlied en Hermana State hetzelfde pand betrof. In dit artikel wordt nader ingegaan op geschiedenis, ligging en de bewoners van dit buitenverblijf.
Bouw omstreeks 1794
Zorgvlied moet omstreeks 1794 gebouwd zijn. Volgens een vermelding van een der laatste bewoners zou dit jaartal in een ‘eerste steen’ hebben gestaan. Het gehele bezit bestond uit het herenhuis met een erf, een moestuin, een boomgaard en een stuk bos achter het huis, zich uitstrekkende tot aan de beek (nu Korte Cieweg) en vervolgens nog een grote tuin aan de overkant van de weg (waar nu het pand van woninginrichting Huitenga staat). Bij de verschillende verkopingen wordt in de officiële akten het gehele eigendom als volgt onderverdeeld en omschreven:
- “Een Heerenhuis genaamd Zorgvlied en erve, staande en gelegen aan de straatweg in de Kerkbuurt te Castricum getekend op de kadastrale kaart sectie B met nummer 379, groot 16 roeden en 90 ellen (16,90 are).
- Een tuin bestaande uit boomgaard, moesland en bos, gelegen achter het voorgaande perceel sectie B nummer 378 groot 11 roeden en 60 ellen en nummer 378a groot 4 roeden en 30 ellen.
- Een voor- of overtuin bestaande in moesland en boomgaard liggende over het perceel nummer 1 getekend op de kadastrale kaart sectie B nummer 390 ter grootte van 14 roeden en 90 ellen.”
Jaarboek 6, pagina 24
De eerste eigenaar, bewoner van Zorgvlied is Mr. Joachim Nuhout van der Veen, schout van Castricum en Bakkum. Nuhout van der Veen wordt op 6 september 1814 als schout en secretaris opgevolgd door Pieter Kieft. Al eerder was hij geïnstalleerd als president van de rechtbank te Alkmaar. In 1816 koopt hij de buitenplaats ‘Middenhout’ gelegen in de Alkmaarse Hout (Nuhout van der Veen is uitvoerig behandeld in het 1e jaarboekje van Oud-Castricum).
Op 8 augustus 1816 wordt het herenhuis en bijbehorende bovengenoemde percelen publiekelijk verkocht met de conditie dat het pand op 1 januari 1817 te aanvaarden is. Overigens verklaart Nuhout van der Veen in de betreffende notariële akte van eigendomsoverdracht (noot 1) van hetzelve Perceel te zijn “wettige eigenaar doch daarvan geene bewijzen te kunnen produceren alzoo dezelve in den oorlog van het jaar 1799 zijn weggeraakt.”
Voor het bedrag van 2.150 gulden wordt Cornelis Oldenburg, landbouwer te Bergen, eigenaar.
Het bericht in de Alkmaarsche Courant van de bovengenoemde publieke verkoping vermeldt: “Een aangenaam welgelegen en sedert weinig jaren nieuw gebouwd Buitenverblijf, genaamd Zorgvlied, staande en gelegen te Castricum in de Kerkbuurt aan de Heerenweg, bestaande in een modern en welgebouwd Heerenhuis met onderscheide Behangen kamers en verdere Gemakken, mitsgaders daarbij behorende wel aangelegde Tuinen met vele weldragende Vruchtbomen, groot ruim een half morgen.”
Rentenierswoning
Op 22 februari 1817 wordt de bezitting doorverkocht voor 2.700 gulden aan de heer Dirk Wijnands, al vele jaren rentenier en wonende te Castricum (noot 2).
Wijnands, van geboorte een Amsterdammer, bezit ook het lange pannenhuis; hij gaat wonen op Zorgvlied. Na ongeveer 16 jaren in het herenhuis gewoond te hebben, vestigt hij zich omstreeks 1833 in de Grote Houtstraat te Haarlem, de plaats waar zijn vrouw is geboren. Hier zal Wijnands in 1836 overlijden.
Op 20 juni 1834 wordt ten overstaan van notaris Jacob Nuhout van der Veen de condities en voorwaarden voor een publieke verkoping te houden op 25 juni 1834 notarieel vastgesteld (noot 3). Dit geschiedt op verzoek van de heer Jan Arendszoon van Bommel, meester koekenbakker wonende in de stad Haarlem, als speciaal gemachtigde van de heer Dirk Wijnands.
De gehele bezitting wordt op 24 november 1834 voor 1.900 gulden gekocht door Trijntje Kuyper, pas weduwe geworden van de heer Johannes Petrus de Leu (noot 4). Laatstgenoemde was geboren in Leiden, fabrikant en woonde nog maar kort in Castricum toen hij alhier op 40-jarige leeftijd op 3 november 1835 overleed.
Trijntje Kuyper verkoopt het gehele bezit op 3 januari 1837 voor 2.100 gulden (noot 5) aan haar zuster Antje Kuyper op dat moment winkelierster in Alkmaar. De verkoping wordt gepasseerd voor notaris Samuel Anthony de Moraaz, wonende te Alkmaar. Antje Kuyper zal in 1844 te Castricum met genoemde notaris in het huwelijk treden.
Op 20 okt. 1845 verkoopt het echtpaar de Moraaz-Kuyper (noot 6) het herenhuis Zorgvlied voor 2.900 gulden aan de heer Jacobus von Dentzsch, gepensioneerd kapitein der Genie van het leger in Oost-Indië en dan reeds wonende in Castricum. Hij was als officier versierd met het ‘Metalen Kruis’. Jacobus von Dentzsch overlijdt op 43-jarige leeftijd in 1849 te Castricum.
Sophie Wilhelmina Paré weduwe van Jacobus von Dentzsch, doet omstreeks 1852 aan het gemeentebestuur van Castricum een aanbod tot verkoop van haar buitenplaatsje Zorgvlied voor 3.500 gulden om hierin het raadhuis en de school onder te brengen. Het huis is 9,0 meter breed en 7,80 meter lang en de bijliggende gronden zijn tot 2.000 gulden waard. Er bestaan namelijk bij het gemeentebestuur plannen om een school te bouwen, welke met inbegrip van de meubelen 3.000 gulden zal moeten kosten. Om tot financiering van dit plan te komen wordt alles nog wat kritisch bekeken.
Jaarboek 6, pagina 25
Lange en vele gesprekken volgen op het aanbod van mevrouw de weduwe von Dentzsch. Tenslotte wordt echter besloten een school te bouwen naast het Raadhuis.
De weduwe von Dentzsch is overigens een zeer eigenzinnig type; regelmatig ligt zij overhoop met het gemeentebestuur. Ook gaat zij nog al eens bij Gedeputeerde Staten in beroep tegen een te hoge aanslag in de belastingen. Zo motiveert in 1854 het gemeentebestuur de indeling van mevrouw de weduwe von Dentzsch in een hoge belastingklasse door onder andere te stellen dat het buitenplaatsje wat door haar wordt bewoond, het enige en ook het voornaamste perceel in de gehele gemeente is, dat met oosterse weelde is gemeubileerd.
Sophie Wilhelmina Paré vertrekt met haar zoon Jacob Frederik Daniël en een dienstbode op 17 april 1861 naar Amsterdam. Een dag later verkoopt zij de gehele bezitting aan Pieter Kreur, een rentenier van bijna 71 jaar en komende van Assendelft (noot 7).
Pieter Kreur komt op 10 mei 1861 in Castricum wonen samen met zijn echtgenote Gerritje Kranenburg en zijn dienstbode Jannetje Krom. In 1875 verkoopt Pieter Kreur het stuk grond aan de overkant van Zorgvlied (sectie B nummer 390) aan de smid Jan de Groot, die er in 1875 een huis op laat bouwen. Uit de oude akten bleek overigens dat aan de overkant van Zorgvlied niet alleen de grond hoorde bij het bezit, maar ook een rij iepenbomen, die langs de Dorpsstraat waren geplant vanaf de hoek van de Schoolstraat tot voorbij wat nu ‘de Speckkoper’ is geheten. De beide echtelieden overlijden in Zorgvlied; eerst Gerritje Kranenburg op bijna 79-jarige leeftijd en twaalf jaar later op 5 september 1885 overlijdt Pieter Kreur op 95-jarige leeftijd.
Dokterswoning
Vanaf 1881 bewoont dokter Pieter Stolp een deel van Zorgvlied. Deze arts geboren op Texel, Nederlands Hervormd, is ongehuwd en vestigt zich op 25-jarige leeftijd op 18 februari 1881 in Castricum. Hij was de opvolger van Anthonie Reijnders, die vanaf 1845 de medische zorg in Castricum had behartigd. Pieter Stolp trouwt in 1883 met de 28-jarige Christina Johanna Planteydt, geboren in Egmond aan Zee; zij wordt op 4 februari 1884 ingeschreven in het bevolkingsregister van Castricum. Vanaf dit moment wonen dus op Zorgvlied de hoogbejaarde Pieter Kreur, zijn dienstbode Jannetje Krom en dokter Stolp met echtgenote. Mogelijk heeft de welgestelde Pieter Kreur in ruil voor geneeskundige hulp een deel van zijn huis afgestaan aan dokter Stolp. Op 23 februari 1883 verkoopt Kreur het huis en achterliggende tuinen voor 3.000 gulden bij een onderhandse akte aan de dokter.
Na het overlijden van Pieter Kreur in 1885 blijft zijn dienstbode Jannetje Krom nog op Zorgvlied wonen; zij overlijdt er op 5 september 1891 op 68-jarige leeftijd.
Dokter Stolp neemt kort na het overlijden van Pieter Kreur het pand eens flink onder handen. Zo laat hij eerst in 1886 de schuur afbreken; een jaar later wordt de westgevel iets naar binnen verplaatst en worden aan de westkant en aan de achterkant een uitbouw opgetrokken. Bovendien worden in 1893 aan de bovenverdieping veranderingen aangebracht.
Dokter Stolp blijft er wonen tot 1905; op 1 augustus van dat jaar verkoopt hij Zorgvlied met de bijbehorende percelen grond (sectie B nummer 378 en 378a) voor 6.000 gulden aan zijn opvolger de arts Jacobus Rentmeester, die al een maand eerder op Zorgvlied is komen wonen (noot 8). Jacobus Rentmeester, geboren in 1854 te Alkmaar, is eveneens Nederlands Hervormd en was voor zijn komst naar Castricum arts in Utrecht; de plaats waar zijn vrouw Petronella Hendrina van der Jagt in 1860 was geboren.
Rond diezelfde datum op 9 augustus 1905 is ook de nog jonge, ongehuwde en katholieke arts Yeb Schoonhoff naar Castricum gekomen; hij heeft zijn intrek genomen in hotel de Rustende Jager. Waarschijnlijk dat de voor het overgrote deel katholieke bevolking van Castricum uit de twee nieuwe doktoren koos voor de katholieke dokter Schoonhoff. Een jaar later namelijk op 28 juli 1906 vertrekt dokter Rentmeester met zijn gezin naar Almelo. Zorgvlied en achterliggende tuinen worden op 2 juli 1906 eveneens voor 6.000 gulden doorverkocht aan dokter Schoonhoff (noot 9).
Dokter Yeb Schoonhoff neemt dan op 6 september 1906 zijn intrek in het doktershuis. Hij geeft het huis de naam ‘Hermana State’. Hermana was een voormalige state in de omgeving van Tjum in Friesland. Yeb Schoonhoff is een Fries; hij is op 7 februari 1874 in Bolsward geboren. Op 13 augustus 1906 is zijn vrouw de eveneens in Bolsward geboren Petronella Sabina Johanna Bruinsma naar Castricum gekomen; zij waren kort daarvoor gehuwd.
Dokter Schoonhoff blijft hier ongeveer 20 jaar. Op 3 juni 1926 wordt in café De Vriendschap (nu de Speckkoper) een openbare verkoping gehouden van zijn bezittingen. In de Alkmaarse courant staat aangekondigd: “De verkoping van het Landhuis Hermana State aan de Rijksstraatweg met grooten tuin, voorzien van gas en electrisch licht, groot 32,8 are. Voor deze verkoping is het gehele bezit opgesplitst.”
Opsplitsing van het grondgebied in 1926
Op bijgaande schets is de opsplitsing aangegeven in 5 kavels (met bijbehorend kadasternummer). Zo wordt perceel nummer 3217 groot 10,15 are met het doktershuis en perceel nummer 3214 groot 7,30 are op genoemde openbare verkoping verkocht aan Hendrik Jan Heideman, manufacturier, wonende te Castricum (noot 10). De overige percelen nummer 3215 groot 5,16 are, nummer 3216 groot 5,20 are en nummer 3218 groot 4,99 are worden als bouwterrein verkocht aan respectievelijk Cornelis Bregman, Anthoon van Benthem en B. Kazenbroot.
In 1929 koopt Hendrik Jan Heideman van het naastliggende perceel nummer 3216 het achterste gedeelte groot 1,98 are van Antoon van Benthem, zodat het gehele aaneen liggende perceel een grootte heeft van 19,43 are. Hiervan gaat echter in 1936 nog een strook grond af van circa 4 meter breed ten behoeve van een verbreding van de Dorpsstraat; de grootte van het gehele perceel komt daardoor op 18,65 are.
H.J. Heideman bewoont vele jaren Hermana State; aan de overkant drijft hij zijn manufacturenzaak (op de plaats waar nu de zaak van Huitenga is gevestigd).
In de oorlog gaat Heideman in Huizen wonen; zijn zoon zet de manufacturenzaak voort.
In de periode 1937 – 1941 heeft burgemeester Mr. C.A.F.H.W.B. van den Clooster, baron Sloet tot Everlo er enkele kamers van bewoond; daarna was er nog de Duitse Ortskommandantur in gevestigd.
Jaarboek 6, pagina 26
Notariswoning
Hermana State wordt op 27 juli 1943 gekocht door notaris Hendricus A.A.M. van Cranenburgh (noot 11) en wonende te Castricum. Een deel van het huis wordt als kantoor gebruikt. Tot kort voor de sloop is het pand bewoond door de familie van Cranenburgh.
Het pand is in het jaar 1964 gesloopt. Bij de sloop bleek dat de wanden van het dubbelwandige houten huis met turf was opgevuld. Het huis had verder een stenen fundering en een ongelooflijk grote kelder.
Op 31 december 1965 wordt het perceel verkocht aan garagehouder B.S.C. Lute, (noot 12), die het op 27 december 1967 doorverkoopt aan de Amro bank (noot 13). Het oorspronkelijke perceel nummer 3214 is niet bij de verkoop betrokken, waardoor het geheel een grootte heeft van 11,35 are.
In 1968 – 1969 is op deze plaats (zie schets) een gebouw neergezet, waarin de Amro bank is gevestigd. Het bankgebouw is op 3 juli 1970 officieel opengesteld, hiermee voorgoed het einde bezegelend van Hermana State.
Het blijft jammer dat dit uit historisch oogpunt zo bijzonder bouwwerk niet bewaard is gebleven en dat bovendien de huidige bebouwing zo weinig associaties oproept met dit voorbije verleden.
S.P.A. Zuurbier
Bronnen
- Notarieel archief aanwezig op het streekarchief te Alkmaar.
- Raadsnotulen gemeente Castricum.
- Bevolkingsregisters.
- Kadastrale archieven in Alkmaar en Amsterdam.
- Aantekeningen van Dr. J. Belonje uit Alkmaar betreffende Zorgvlied.
Noten
1) notaris Gerrit de Heer te Alkmaar, d.d. 8 aug. 1816, deel 967 akte 157.
2) notaris Jacob Nuhout van der Veen, d.d. 22 febr. 1817, deel 1198 akte 46.
3) idem, d.d. 25 juni 1834, deel 1218 akte 21.
4) notaris S.A. de Moraaz, d.d. 24 nov. 1835, deel 1247 akte 173.
5) idem, d.d. 3 jan. 1837, deel 1250 akte 1.
6) notaris Ad. P. de Lange, d.d. 20 okt. 1845, deel 1171d akte 106.
7) notaris Coenraad Schreuder te Velsen, d.d. 18 april 1861.
8) notaris G. van Hoek, d.d. 1 aug. 1905.
9) notaris M. Gouverne te Bergen, d.d. 2 juli 1906.
10) notaris Jacobus Petrus Stuijt te Castricum, d.d. 3 juni 1926.
11) notaris Reinier Chr. A. van Cranenburgh te Haarlem, d.d.
27 juli 1943.
12) notaris Schreurs te Hoorn, d.d. 31 dec. 1965.
13) notaris Westen te Castricum, d.d. 27 dec. 1967.
14) collectie Ton de Groot.