Jaarboek 25, pagina 55
Vijftig jaar kerk in Bakkum

Rond 1900 wilden de katholieken van Bakkum eigenlijk al een eigen kerk. In die tijd ging Dirk Cornelis Twisk, in 1866 in Bakkum geboren, met enkele anderen naar Haarlem om de bisschop, Monseigneur (Mgr.) Bottemanne, het plan voor te leggen om een eigen kerk in Bakkum te stichten. “Het idee zullen we in overweging nemen”, zei de bisschop en daar is het toen bij gebleven.
Door de groei van Bakkum kwam het plan voor een kerk in Bakkum in 1935 weer naar boven. De parochie van de Pancratiuskerk bestond uit ongeveer 6.000 zielen, waarvan er 1.200 in Bakkum woonden. Eerst zou er een school in Bakkum moeten komen en dan zou de kerk volgen. Er werd een commissie gevormd en giften werden verzameld.
Toen brak de Tweede Wereldoorlog uit en alle bouwplannen verdwenen van tafel.
Pastoor De Wit
Op 26 november 1949 ontving J.Th.J. de Wit, kapelaan in Scheveningen, de volgende brief van de bisschop: “Weleerwaarde Kapelaan, Bij dezen delen Wij U mede, dat Wij U benoemen tot Kapelaan te Castricum, met de opdracht onder de bestaande parochie van de H. Pancratius daar te Bakkum de oprichting van een nieuwe parochie voor te bereiden. Wij verzoeken U Vrijdag 9 december aanstaande op Uw nieuwe standplaats aanwezig te zijn. Met oprechte hoogachting verblijven Wij gaarne Uw dienaar in O.H. J.P. Huibers, Bisschop van Haarlem.”
De grens voor de nieuwe parochie was de spoorlijn, daarnaast ging de ‘bomenbuurt’ ook tot de parochie behoren. Deze buurt is via de overweg in de Eerste Groenelaan met Bakkum verbonden. De Wit wilde graag dicht bij zijn toekomstige parochianen wonen en daarom betrok hij in februari 1950 een woning aan de Vinkebaan.

Pastoor De Wit benoemde verder in een bouwcommissie G. Borst en P. Stuifbergen. Architect ir. dr. Thomas Nix uit Rotterdam maakte de ontwerpen voor kerk en pastorie en na gesprekken met het bisdom was er begin september 1950 een definitieve tekening voor een kerk met 750 zitplaatsen. Besloten werd dat de firma A. Castricum te Castricum de kerk mocht gaan bouwen voor de prijs van ongeveer 115.000 gulden. Wegens geldgebrek was er nog geen plaats voor de pastorie.

Op 8 november 1950 werd de eerste steen gelegd door deken B.G. Hosman van Beverwijk. Deze steen bevindt zich links in de altaarruimte bij de preekstoel. Achter deze steen is een loden bus ingemetseld met daarin een oorkonde die de volgende tekst bevat: “In het Heilig Jaar 1950, op de octaafdag van de plechtige dogmaverklaring van Maria’s Tenhemelopneming, in het 12e jaar van het Pontificiaat van Paus Pius de twaalfde, het 2e jaar van de regering van Hare Majesteit Koningin Juliana, het 15e jaar van het Episcopaat van Monseigneur J.P. Huibers, is op de 8e november de eerste steen gelegd door Deken B. G. Hosman, van de parochiekerk Bakkum, die toegewijd aan Maria, haar Tenhemelopneming tot titel voert. In aanwezigheid van Deken B.G. Hosman, Pastoor J.Th.J. de Wit, Pastoor G.J. Goes, Burgemeester C.F. Smeets, architecten De Jongh, Taen en Nix uit Rotterdam, aannemer A. Castricum, opzichter G. Jansen en de leden van de bouwcommissie P. Stuifbergen en G. Borst en wethouder P. de Vries”.
Het Nieuw Noordhollands Dagblad schreef op 5 april 1951: “De bouw van de nieuwe Parochiekerk in het hart van Bakkum vordert goed.
Jaarboek 25, pagina 56
Dagelijks zijn tien a vijftien man in de weer en men hoopt omstreeks Pinksteren het kerkgebouw in gebruik te kunnen nemen.”

Op 29 mei 1951 vond de kerkinzegening plaats door vicaris-generaal Ammerlaan. Deze dag was voor pastoor De Wit wel een heel bijzondere dag, omdat hij ook zijn zilveren priesterfeest vierde. Op 3 juni van dat jaar werd de eerste plechtige H. Mis door pastoor De Wit in de nieuwe kerk opgedragen. Het kerkbestuur bestond toen uit pastoor De Wit, G. Borst, J. Kleverlaan, P. Stuifbergen en N. Veldt, de latere wethouder van Castricum. Op 21 augustus 1951 werd de kerk geconsacreerd door de bisschop van Haarlem, Mgr. Huibers, die daarna een pontificale Heilige Mis opdroeg.
Kerkenbollenveiling en kerkvee
Het spreekt vanzelf dat er heel wat geldmiddelen voor de nieuwe parochie nodig waren. Er moesten kerkgewaden in de liturgische kleuren worden aangeschaft, een monstrans (waarin gewijde hosties worden bewaard), een ciborie (kelk voor hosties) en andere altaarbenodigdheden. Pastoor De Wit wist veel bijdragen van de parochianen te verwerven. Verder werd er plaatsengeld vastgesteld; de eerste banken gingen 25 gulden per jaar kosten. Links waren de vrouwen- en rechts de mannenplaatsen. C. de Nijs, de latere koster, inde tijdens de kerkdiensten het geld voor de losse plaatsen.
Doordat de financiële situatie van de kerk redelijk gezond was, kon er na enkele jaren al gedacht worden aan een pastorie naast de kerk. De kosten daarvan werden begroot op 70.000 gulden en begin 1954 werd de pastorie door de firma P. de Nijs opgeleverd. Wat was pastoor De Wit blij, temeer omdat hij bij het bisdom gedaan had weten te krijgen dat er bij de pastorie ook een garage voor zijn oude Chevrolet kon worden gebouwd.
Gelden voor de jonge parochie vloeiden ook binnen via de kerkenbollenveiling. Het systeem werkte als volgt. Aan bollenkwekers werd gevraagd een partij bloembollen beschikbaar te stellen. Deze werden gepoot in een akker die gratis werd onderhouden. Als de tijd daar was, werd van de kansel afgekondigd dat de bloembollen in een café werden geveild. Zo’n veiling bracht heel wat geld op, omdat de koper vaak de gekochte partij weer beschikbaar stelde, zodat er weer opnieuw geveild kon worden. De grote man achter de kerkenbollenveilingen was Piet Zonneveld.
Ook was er een actie met kerkvee, het lammerenfonds. Daarvoor werden enige lammeren door veehouders een periode gevoederd en verzorgd en daarna verkocht. De opbrengst was dan voor de kerk. Ook kon men in het bezit komen van een ‘papieren lammetje’, waardoor men zich verplichtte een bepaald bedrag gelijk aan de verzorging van een lam aan de parochie bij te dragen. Later behoorden ook pinken tot het kerkvee. En nog steeds draagt de werkgroep ‘Bij de pinken’, onder de kundige leiding van Joh Duijn, jaarlijks enkele duizenden guldens als opbrengst van de verkoop van kerkvee aan de parochie af.
Groei en afname van de parochie
Door de uitbreiding van het dorp groeide het aantal parochianen gestaag van 1.584 in 1952 tot 2.404 in 1964. Pastoor De Wit kreeg dan ook in 1957 assistentie in de persoon van kapelaan Kok en later achtereenvolgens van kapelaan Wenneker en kapelaan Van Adrichem.
In oktober 1961 kwam Th.G. (Dirk) Brandsen als kapelaan naar Bakkum. Buiten zijn taak in deze parochie had hij een drukke baan in het ziekenhuis Duin en Bosch en in de zomermaanden verzorgde hij later ook de kerkvieringen op het kampeerterrein Bakkum. In die tijd kon men hem dan ook regelmatig op zijn bromfiets in het dorp aantreffen. In dit verband is het wel aardig te vermelden, dat het kerkbestuur op 5 november 1962 besloot de pastoor een autovergoeding van 500 gulden per jaar te geven en aan de kapelaan een bromfietsvergoeding van 100 gulden per jaar.

Door de oprichting van de Bethlehemparochie aan het Kortenaerplantsoen in 1966 werd het grondgebied van de parochie verkleind. De spoorlijn werd toen de uiterste grens. Pastoor De Wit ging in augustus 1967 met emeritaat. Hij overleed plotseling nog geen drie maanden later. Opvolger was Chr. ten Velthuis, die pastoor van de parochie was van augustus 1967 tot 1 april 1972. De pastores Ten Velthuis en Brandsen waren parochiepriesters in een tijd waarin veel zaken in de katholieke kerk ter discussie werden gesteld.
De tijd van grote vernieuwingen voor kerk en maatschappij was aangebroken. De roep om inspraak en democratisering kwam ook binnen de kerk op gang. De ontkerkelijking was groot. Bij een enquête onder de Castricumse parochianen in 1968 werden al 41 procent niet praktizerenden geteld. Er werden gespreksgroepen van gelovigen opgericht en beide pastores onderhielden goede contacten met deze groepen die, daartoe aangemoedigd door de besluiten van het Tweede Vaticaans Concilie en in Nederland door onder andere bisschop Bekkers en kardinaal Alfrink, hun eigen verantwoordelijkheid niet uit de weg gingen.
Dit alles leidde tot enige vernieuwingen en veranderingen in de katholieke kerk. In 1969 werd in de Bakkumse parochie een parochieraad ingesteld, die deels bestond uit rechtstreeks door de parochianen gekozen leden en deels uit leden die, vanwege hun functie binnen de katholieke gemeenschap in Bakkum, vrijwel automatisch lid van de parochieraad dienden te zijn. De parochieraad was de voorloper van de huidige parochievergadering.
Jaarboek 25, pagina 57

Pastor Brandsen
Pastor Dirk Brandsen wist veel oude en jonge parochianen enthousiast te maken om mee te denken en mee te werken in werkgroepen en koren. Het eerste nummer van het parochieblad ‘de Schakel” verscheen en ouders gingen samenwerken in een gezinsvieringengroep. Jan Meijer en Leo Prinz leidden en begeleidden kinder- en jongerenkoren. In 1976 werd het 25-jarig bestaan van de parochie aangegrepen om de krachten van de Bakkumse gemeenschap te bundelen.
Er was een uitgebreid feestprogramma bestaande uit eucharistievieringen, een promenadeconcert, een muziekshow, het Orakels Cabaret, een bustocht door de duinen voor de ouderen en een groot slotfeest op het plein bij de Cuneraschool. Kort na deze festiviteiten werd de start gegeven van de actie ‘Geef Bakkum de ruimte’ voor de bouw van een ontmoetingsruimte bij de kerk. Dit leidde tot de feestelijke opening van ‘De Eenhoorn’ in november 1980.

Naar een pastorale eenheid
Door een tekort aan priesters en het kleinere aantal gelovigen gingen in 1982 de drie parochies, St.-Pancratius, de Bethlehem en de Maria ten Hemelopneming één pastorale eenheid vormen. De pastores van die parochies, Brandsen, Van Dinteren en Vis rouleerden in de drie wijkkerken.
Ook op oecumenisch gebied ontwikkelden zich initiatieven, zoals de oprichting van de Raad van kerken Castricum, die cursussen en gespreksgroepen organiseerden en het houden van interkerkelijke liturgische vieringen.
In 1982 vierde de parochie het zilveren priesterjubileum van pastor Brandsen. In 1984 werd hij ernstig ziek. Hij schreef in ‘de Schakel’ van juli 1984: “Lieve mensen, u hebt mij dat leven aan de andere kant van het gordijn helpen te leven. Ik hoop dat we samen nog wat kunnen optrekken. Alle goeds voor u allen en tot een volgende keer. Ik blijf aan u denken in mijn contacten met de Schepper van al wat leeft.” Op 4 september 1984 overleed pastor Dirk Brandsen op 56-jarige leeftijd. Hij was bijna 23 jaar lang in Bakkum werkzaam en aan hem heeft de Bakkumse gemeenschap heel veel te danken.
Pastor Frits Bakker kwam in 1983 naar Bakkum en Castricum. Voor de drie parochies ging hij als vormingswerker vrijwilligers voor pastorale taken opleiden en begeleiden. Dankzij zijn enthousiaste aanpak ontstonden er werkgroepen voor liturgie, doop, vormsel, jongerenpastoraat en avondwake.
In 1986 kwam pastor J. Kroegman het priesterteam versterken. Daarvóór was pastor Th.V. Klawer een jaar voor de drie parochies werkzaam geweest. In 1989 werd pastor Jan van Diepen aangesteld, hij ging in de pastorie in Bakkum wonen. In het jaar daarna arriveerde pastor Gerard Huisman. In 1991 ging pastor Vis met pensioen. Van Diepen en Huisman vormden een hecht team, de taken werden goed verdeeld. Nieuwe plannen werden gesmeed, sommige konden worden uitgevoerd, andere werden niet opgepakt, omdat het elan van de jaren (negentien) zestig bij de gelovigen niet meer zo aanwezig was. De secularisatie nam grotere vormen aan. Toch ontstond er een nieuw kerkkoor ‘Cantare’. Pastor G. Zaal werd weekend-assistent voor de drie parochies.
Van Diepen had bij zijn komst al kenbaar gemaakt dat hij hier, gezien zijn leeftijd, hooguit tien jaar zou blijven. Hij heeft zich aan zijn woord gehouden en in augustus 1998 werd met pijn in het hart afscheid van hem genomen. Hij vertrok naar Den Helder en per 1 november van dat jaar werd kapelaan H. Versteeg tijdelijk benoemd. Het was al direct duidelijk dat deze benoeming in het geheel niet paste in de geest van de door de vorige pastores van Bakkum en Castricum geleide geloofsgemeenschap. Eind december 1999 nam Versteeg afscheid. Daarop volgde een jaar met invallende pastores, waaronder Luis Vergara, Bertus Stuifbergen en mevrouw L. Hoogeland. Het waren drukke tijden voor pastor Gerard Huisman, die ter gelegenheid van zijn 25-jarig jubileum als pastoraal werker in september 2000 terecht in het zonnetje werd gezet. Per 1 maart 2001 volgde de benoeming van pastor Luis Daniel Vergara Fernandez uit Mexico. Pastor A.M. Cassee uit Heemskerk bleef administrator (kerkrechtelijk gezien het hoofd van de parochie). Per 1 juni 2002 is Vergara tot administrator van de gezamenlijke parochies van Bakkum en Castricum benoemd.
Vrijwilligers
Zoals eerder vermeld, werken er veel vrijwilligers in de parochie van Bakkum. Zij oefenen een zelfstandige functie uit, in een bestuur of in een werkgroep. De (vice)voorzitter heeft als coördinator een belangrijke taak. Peter Alkemade, een uitstekende organisator, was voorzitter van het kerkbestuur. Tijdens zijn voorzitterschap speelden de volgende belangrijke gebeurtenissen: het 25-jarig jubileum van de parochie (1976), het zilveren priesterjubileum van pastor Brandsen (1982), de vorming van een pastorale eenheid van de drie parochies (1982), het overlijden van pastor Brandsen (1984) en de vervulling van de daardoor ontstane vacature.
In 1987 kwam er een nieuwe parochiestructuur met een parochiebestuur en een parochievergadering. Harrie Geerts werd daarvan de nieuwe voorzitter. Onder zijn leiding kwam pastor Van Diepen naar hier. Veel jaren van overleg volgden naar aanleiding van het in 1990 verschenen rapport van de Commissie Kerkgebouwen Beverwijk, die van mening was dat twee van de drie parochiekerken in Bakkum en Castricum moesten sluiten. De Bethlehemparochie werd opgeheven.
In 1994 bepaalde het bisdom dat de kerk van Bakkum bleef bestaan en een zelfstandige parochie kon blijven. Harrie Geerts, die kan terugzien op een moeilijke maar geslaagde bestuursperiode, droeg in 1996 de vice-voorzittershamer over aan Nel Weckseler. Zij kwijt zich ook nu nog enthousiast van haar taak.
In 2000 heeft het bisdom nog eens bevestigd dat deze parochie kan blijven voortbestaan. Er moet dan wel sprake blijven van een levendige parochiegemeenschap met voldoende inzet van vrijwilligers. Hopelijk vormt de zeer geslaagde viering van het 50-jarig bestaan in 2001 een belangrijke basis voor een gezonde toekomst van de parochie van Bakkum.
Harry van de Sandt
De auteur Harry van de Sandt is redactielid van ‘de Schakel’, het parochieblad van de Bakkumse parochiegemeenschap.
Bronnen:
- Archief van de parochie Maria ten Hemelopneming
- Baars, F., Historie van de rooms-katholieke Pancratiusparochie, 6e Jaarboekje Werkgroep Oud-Castricum, 1983.
- Verschenen artikelen over Bakkum:
- Bakkum, de Heerlijkheid en zijn ambachtsheren
- Bakkum, einde gemeente
- Bakkum in de 18e eeuw
- Bakkum omstreeks 1830
- Bakkum na 1930, de huizen en hun bewoners
- Bakkum, vijftig jaar kerk
- Bewoningsgeschiedenis Bakkum Noord
- Boenstraatje te Bakkum
- Cafés en kasteleins in Bakkum
- Cunerakapel
- Kampeerterrein Bakkum
- Kermis in Bakkum
- Kermis in Castricum en Bakkum
- Klompenbuurt in Bakkum
- Koninklijk Landgoed Bakkum (deel 1)
- Koninklijk Landgoed Bakkum (deel 2)
- Ongevallen in Bakkum
- Een vreeselijk ongeluk
- Starburg buitenplaats in Bakkum
- Verschenen jaarboekartikelen over de Pancratiuskerk:
- Pancratiuskerk tot reformatie
- Pancratiuskerk: restauratie in 1953
- Pancratiuskerk: restauratie in 1992
- Klok van de hervormde kerk
- Groeten uit Wetsinge
- Verschenen jaarboekartikelen over de katholieke Pancratiuskerk:
- rooms-katholieke Pancratiusparochie
- rooms-katholieke Pancratiuskerk, vorige
- extra:
- begraven in Castricum
- De gereformeerde kerk
- Nederlands Hervormde Gemeente
- 50 jaar kerk in Bakkum